Eco vmbo 3gl H7 voorbereiding Coronatoets

Economie
VMBO
3GL
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 3

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Economie
VMBO
3GL

Slide 1 - Tekstslide

Voorbereiding toets hoofdstuk 7

Leer de slides goed
Maak de oefenvragen


Slide 2 - Tekstslide

Werkzaamheden van de gemeenten, provincies en waterschappen 


Gemeente: Het uitgeven van een nieuw paspoort, jeugdzorg bieden aan gezinnen, maatregelen nemen zodat ouderen langer thuis kunnen wonen.

Provincies: De aanleg van een nieuwe weg tussen twee steden, het aanwijzen van een nieuw bedrijventerrein.

Waterschappen:Maatregelen nemen tegen overstromingen, het zuiveren van afvalwater. 

Slide 3 - Tekstslide

De overheid heft accijns op 
1.  Alcohol
2. Tabak
3. Brandstoffen

Accijns is een extra gebruikersbelasting op bepaalde goederen om het gebruik daarvan te beinvloeden.

Slide 4 - Tekstslide

Ideële  reclame overheid
De overheid kan ook gedrag beinvloeden door Ideële  reclame.

Dat is in verhouding goedkoper en makkelijker dan om bijvoorbeeld een verbod op iets te handhaven. En burgers hebben ook een eigen verantwoordelijkheid.

Denk aan reclame tegen roken en alcoholgebruik.

Slide 5 - Tekstslide

Sociale verzekeringen en voorzieningen




Sociale verzekeringen worden betaald uit (verzekerings)premies.
Sociale voorzieningen worden betaald uit belastingontvangsten.

Verzekeringen zijn alleen voor verzekeringnemers, voorzieningen zijn voor iedereen.

Slide 6 - Tekstslide

Overheids inkomsten en uitgaven en werk(loosheid)


Als er meer mensen werken (en dus een hoger inkomen hebben) ontvangd de overheid meer belasting.

De overheid hoeft dan tegelijkertijd minder aan WW-uitkeringen te betalen.

Slide 7 - Tekstslide

Collectieve goederen
De overheid levert ook zelf goederen en diensten, we noemen deze voorzieningen. Enkele reden hiervoor zijn o.a.:

De voorzieningen moeten betaalbaar blijven (bv. gezondheid).
De overheid wil de kwaliteit waarborgen (in de hand houden).
Voor sommige voorzieningen is het onmogelijk om iedereen apart te laten betalen (bv. de aanleg van dijken).

Slide 8 - Tekstslide

De rijksbegroting
Als de overheid geld tekort heeft kan ze er voor kiezen op de uitgave te bezuinigen of om de belastingen (inkomsten) te verhogen. 

Belasting verhogen kan ook nadelen opleveren, bijvoorbeeld:

Door de hogere belastingen houden de inwoners minder geld over en kunnen dus minder doen. Uiteindelijk levert dat voor de gemeente sociale problemen op, of minder inkomsten vanwege winkels of bedrijven die failliet gaan. 

Slide 9 - Tekstslide

Privatisering
Als de overheid werkzaamheden aan particuliere bedrijven uitbesteed kan dat voordelen en nadelen hebben.

Voordelen:
Betere kwaliteit van de goederen of diensten door specialisten.
De overheid houd meer tijd over voor andere belangrijke zaken.
Nadelen:
Hogere prijs voor de consument omdat bedrijven winst willen maken.
Lagere kwaliteit van de goederen en/of diensten.

Slide 10 - Tekstslide

Belastingen

Naast de inkomensbelastingen - vennootschapsbelasing voor bedrijven en inkomstenbelasting voor personen, ook wel directe belastingen genoemd  -  betaal je ook vaak belasting als je iets koopt (BTW en accijns). Hierdoor worden de producten duurder, dit noem je kostprijs verhogende belastingen.

Slide 11 - Tekstslide

Het draagkrachtbeginsel

Het draagkrachtbeginsel betekend dat mensen met een hoog inkomen in verhouding meer belasting betalen dan mensen met een laag inkomen.

Immers: 25% van 100000 is meer dan 25% van 1000.

Slide 12 - Tekstslide

Andere baten
De overheid krijgt niet alleen geld door belastingontvangsten, ze hebben ook andere inkomensbronnen:

Aardgasbaten
Boetes
Inkomsten uit casino's

Slide 13 - Tekstslide

Kartel
Grote bedrijven maken wel eens onderling afspraken om concurrentie te beperken of om de verkoopprijs (kunstmatig) hoog te houden.
Dit soort onderlinge (prijs) afspraken noem je een kartel, dit is bij wet verboden omdat dit nadelig kan zijn voor andere bedrijven en/of voor de consumenten (het werkt de vrije marktwerking tegen). 

Slide 14 - Tekstslide

Oefenvragen

Slide 15 - Tekstslide

Op welke producten heft de overheid accijns?
A
Aardgas
B
Boetes
C
Alcohol, tabak en brandstof
D
Schoon drinkwater

Slide 16 - Quizvraag

Als de overheid geld tekort heeft kan ze er voor kiezen op de uitgave te bezuinigen of om de belastingen (inkomsten) te verhogen.
Belasting verhogen kan ook nadelen opleveren, waarom?

Slide 17 - Open vraag

Hoe kan de overheid op een relatief goedkope en makkelijke manier gedrag van burgers beïnvloeden?
A
Een wet (verbod) maken en handhaven
B
Ideële reclame maken

Slide 18 - Quizvraag

Wat zijn werkzaamheden van de provincies?
A
Het uitgeven van een nieuw paspoort
B
De aanleg van een nieuwe weg tussen twee steden
C
Maatregelen nemen tegen overstromingen
D
Het aanwijzen van een nieuw bedrijventerrein

Slide 19 - Quizvraag

Als er meer mensen aan het werk zijn ontvangst de overheid ...
A
Meer belasting
B
Minder belasting

Slide 20 - Quizvraag

Hoe noem je het als de overheid werkzaamheden aan particuliere bedrijven uitbesteed?
A
Uitbesteding
B
Privatisering
C
Gunnen

Slide 21 - Quizvraag

Geef 3 redenen waarom de overheid soms zelf collectieve goederen levert.

Slide 22 - Open vraag

Sociale voorzieningen worden betaald uit ...
A
Premieontvangsten
B
Belastingontvangsten

Slide 23 - Quizvraag

Zijn kostprijsverhogende belastingen directe belastingen?
A
Ja
B
Nee

Slide 24 - Quizvraag

Noem een voordeel en een nadeel van privatisering.

Slide 25 - Open vraag

Welke van de onderstaande belastingen zijn kostprijsverhogende belastingen?
A
Inkomstenbelasting
B
BTW
C
Accijns
D
Vennootschaps-belasting

Slide 26 - Quizvraag

Het draagkrachtbeginsel betekend dat ..
A
Iemand met een hoger inkomen minder belasting betaald
B
Iemand met een lager inkomen minder belasting betaald
C
Alle inkomens een gelijk bedrag aan belasting betalen
D
Alle inkomens een gelijk percentage aan belasting betalen

Slide 27 - Quizvraag

Noem 2 andere baten (inkomsten) die de overheid heeft buiten de belastingontvangsten.

Slide 28 - Open vraag

Hoe noem je het als een groep bedrijven onderling (prijs) afspraken maken om de concurrentie te beperken?
A
Verboden afspraken
B
Een Overeenkomst
C
Een kartel

Slide 29 - Quizvraag

Is een kartel wettelijk toegestaan?
A
Ja
B
Nee

Slide 30 - Quizvraag

Slide 31 - Tekstslide