Inkomsten en uitgaven van de overheid

INKOMSTEN EN UITGAVEN VAN DE OVERHEID
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 20 min

Introductie

Je kunt benoemen welke inkomsten en uitgaven de gemeente en het Rijk hebben. Je kunt uitleggen wat een rijksbegroting is. Je kent het verschil tussen directe en indirecte belastingen. Je kunt de btw berekenen die in de consumentenprijs is verwerkt.

Onderdelen in deze les

INKOMSTEN EN UITGAVEN VAN DE OVERHEID

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt benoemen welke inkomsten en uitgaven de gemeente en het Rijk hebben. Je kunt uitleggen wat een rijksbegroting is. Je kent het verschil tussen directe en indirecte belastingen. Je kunt de btw berekenen die in de consumentenprijs is verwerkt.

Slide 2 - Tekstslide

6

Slide 3 - Video

00:27
Noem drie soorten voorzieningen die door de overheid betaald worden.

Slide 4 - Open vraag

00:27
Hoe komt de overheid aan het geld om de voorzieningen te kunnen betalen?

Slide 5 - Open vraag

01:51
Wie bepaalt hoeveel geld aan welke voorziening wordt uitgegeven?

Slide 6 - Open vraag

01:51
Hoe kun jij invloed uitoefenen op de keuzes die gemaakt worden ten aanzien van de voorzieningen?

Slide 7 - Open vraag

02:27
Wie maken de begroting en beslissen dus over de inkomsten en uitgaven van ons land?
A
de koning
B
de ministers
C
staatssecretarissen
D
bevolking

Slide 8 - Quizvraag

02:54
Welke uitspraak over de miljoenennota en de rijksbegroting is juist?
A
De rijksbegroting licht de miljoenennota toe.
B
De miljoenennota licht de rijksbegroting toe.
C
De rijksbegroting en de miljoenennota zijn hetzelfde.
D
De rijksbegroting en de miljoenennota hebben niet met elkaar te maken.

Slide 9 - Quizvraag

Inkomsten van de gemeente
Een groot deel van de inkomsten van de gemeente komt van het Rijk. Daarnaast betalen burgers en bedrijven gemeentelijke belastingen en heffingen zoals OZB (onroerendezaakbelasting), rioolheffing, afvalstoffenheffing, parkeerbelasting, toeristenbelasting en hondenbelasting.

Slide 10 - Tekstslide

Bereken hoeveel procent van de inkomsten afkomstig zijn van het Rijk en hoeveel procent eigen inkomsten van de gemeente zijn.

Slide 11 - Open vraag

Inkomsten en uitgaven van de centrale overheid

De centrale overheid (het Rijk) maakt ieder jaar in de rijksbegroting en de miljoenennota de financiële plannen voor het komende jaar bekend.

Slide 12 - Tekstslide

Rijksbegroting en miljoenennota
De rijksbegroting is een overzicht van de verwachte inkomsten en uitgaven vor het komend jaar. 

De miljoenennota is een toelichting op de rijksbegroting door de minister van Financiën. 

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Wat zou jij doen om een hoge staatsschuld te voorkomen?

Slide 15 - Open vraag

Belastingen: 
inkomensten voor de overheid

Er zijn twee soorten belastingen:
  • directe belastingen
  • indirecte belastingen

Slide 16 - Tekstslide

Directe belastingen
Worden direct aan de belastingdienst betaald.

Het gaat om de belasting over inkomen, winst en vermogen.

Slide 17 - Tekstslide

Indirecte belastingen
Zitten verwerkt in de prijs van producten en diensten. Ze worden betaald aan de verkoper, deze draagt ze af aan de belastingdienst.

Het gaat om btw en accijns.

Slide 18 - Tekstslide

Direct of indirect?

Over een prijs in de postcodeloterij betaal je kansspelbelasting.
A
directe belasting
B
indirecte belasting

Slide 19 - Quizvraag

Direct of indirect?

Als je je overnachting op een camping betaalt, zit in dat bedrag ook toeristenbelasting.
A
directe belasting
B
indirecte belasting

Slide 20 - Quizvraag

Wat heb je geleerd?

Slide 21 - Tekstslide

Wat staat er in de rijksbegroting?

Slide 22 - Open vraag

Loonbelasting is een ... belasting.
A
directe
B
indirecte

Slide 23 - Quizvraag

Een winkelier ontvangt voor zijn producten:
A
de inkoopprijs inclusief btw.
B
de verkoopprijs exclusief btw.
C
de verkoopprijs inclusief btw.
D
de inkoopprijs exclusief btw.

Slide 24 - Quizvraag

extra uitleg

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Video