1.1. Waar heb jij behoefte aan? - deel 1

1.1 Waar heb jij behoefte aan?
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

1.1 Waar heb jij behoefte aan?

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?

  • 5 slechtste gewoonten van docenten
  • Introductie boek / methode
  • Start 1.1
  • Klein beetje huiswerk

Slide 2 - Tekstslide

Wat hebben we nodig?
  • Boek Pincode, economie, 6e editie 3 vwo of 3 havo
  • Schrift (ruitjes of lijntjes)
  • Lessonup: inlogcode voor je klas
  • Rekenmachine
  • Oordopjes (als je rustig wilt werken)

Slide 3 - Tekstslide

Het boek: Opbouw
  • 4 paragrafen per hoofdstuk
  • Elk hoofdstuk  een thema
  • Samenvatting (p.30)
  • Begrippen (p.31)
  • Herhaling opdr. (p.32)
  • Plusopdrachten (p.34)
  • Rekenen (p.36)

Slide 4 - Tekstslide

Het boek: de lessen

  • In principe een paragraaf per week
  • Vier toetsen in het jaar: 1 en 2, 3 en 4, 5 en 6, 7 en 8.
  • Leertoets en verslag als vormen van toetsing.
  • Hoe leren: begrippen kennen en kunnen toepassen! En: rekenopgaven!

Slide 5 - Tekstslide

Belangrijk! 
  • Antwoord altijd in hele zinnnen. 
  • Schrijf altijd je berekeningen op.
  • Antwoord een meerkeuze vraag altijd met een hoofdletter.
  • Gebruik de juiste symbolen zoals: %, $, €
  • Rond antwoorden correct af. Mensen op gehele getallen, geld op twee decimalen, procenten op een decimaal.

Slide 6 - Tekstslide

Behoeften -  1.1

Slide 7 - Tekstslide

Economie, wat is dat?

Slide 8 - Woordweb

Economie
Wetenschap die bestudeert hoe een samenleving (gezinnen, bedrijven, overheid) haar schaarse middelen gebruikt om in haar behoefte te voorzien. 

Slide 9 - Tekstslide

Behoeften

Slide 10 - Woordweb

Waar heb jij behoefte aan?
Basis behoefte = noodzakelijke levensbehoeften (primaire)
  • Voeding
  • Kleding
  • Woonruimte
Overige behoefte (wil je graag hebben)= secundaire behoeften
  • Die heb je om je leven beter of prettiger te maken 

Slide 11 - Tekstslide

In je behoeften voorzien
  • Productiefactoren nodig: natuur, arbeid, kapitaal, ondernemerschap (KANO)
  • Maar middelen zijn niet onbeperkt:
  1. Tijd
  2. Geld
  • We moeten keuzes maken! De economie bestudeert welke keuzes wij maken.....

Slide 12 - Tekstslide

Doen!
  • Lees bladzijde 8 en 9 t/m opgave 6.
  • Maak opdracht 1,3 en 4-6.
  • Maak thuis opgave 8 en rekenen opgave 1.

Slide 13 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?

  • Herhaling mandarijn
  • Vervolg 1.1: alternatief aanwendbaar
  • Huiswerk

Slide 14 - Tekstslide

Doelen van deze les
Na deze les / begin volgende les kun je:
  • uitleggen dat er verschillende soorten behoeften bestaan
  • de spanning tussen behoeften en middelen uitleggen (schaarste)
  • het verschil uitleggen tussen goederen en diensten (zelf ontdekken)
  • het begrip alternatief aanwendbaar hanteren

Slide 15 - Tekstslide

Wat is schaarser?
En waarom?
Zout
Zand

Slide 16 - Poll

Een mandarijn is een schaars goed
Ja
Nee

Slide 17 - Poll

Schaarste

  • Een schaars product = je hebt voor het maken van het product middelen (productiefactoren) nodig
  • Middelen zijn beperkt en behoeften zijn oneindig.

Slide 18 - Tekstslide

WAT IS SCHAARSTE?
A
Dat er heel veel van alles is
B
Er is weinig beschikbaar
C
Een bepaald product is heel zeldzaam
D
Productiemiddelen moeten worden opgeofferd om een product voort te brengen

Slide 19 - Quizvraag

Waarom is de kleding van Burberry schaars?
A
Omdat er weinig van is
B
Omdat het duur is
C
Omdat er middelen nodig zijn om het te maken
D
Omdat het zeldzaam is

Slide 20 - Quizvraag

Een dienst is
A
dat je voor iemand werkt en daarvoor betaald krijgt
B
dat je een product koopt wat je mee naar huis kan nemen
C
iets afnemen bij iemand om zo in je behoefte te voorzien
D
hetzelfde als goederen

Slide 21 - Quizvraag

Wat is geen dienst?
A
Rijles
B
Tandarts
C
Auto
D
Autoverzekering

Slide 22 - Quizvraag


2. Welke van de onderstaaande behoefte is 
een overige behoefte? 
A
Een broodje shoarma.
B
Een ananas.
C
Een bioscoopkaartje.
D
Geen van deze antwoorden.

Slide 23 - Quizvraag

Er is altijd meer vraag naar primaire behoeften dan secundaire behoeften
A
Juist
B
Onjuist

Slide 24 - Quizvraag

Opdracht

- Lees pagina 10 en maak opdracht 11.
- Rekenopgave 2, 3 en 5.

Slide 25 - Tekstslide