H8 - §8.5 Gehoorschade - §8.6 Geluidsniveau

Welkom in de les
Vandaag:
  • Nakijken
  • terugblik
  • lesdoelen §8.5 en 8.6
  • instructie §8.5 en 8.6
  • Maken opdrachten
  • Afsluiten les 

 


§8.5 Gehoorschade en §8.6 Geluidsniveau
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
ScienceMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Welkom in de les
Vandaag:
  • Nakijken
  • terugblik
  • lesdoelen §8.5 en 8.6
  • instructie §8.5 en 8.6
  • Maken opdrachten
  • Afsluiten les 

 


§8.5 Gehoorschade en §8.6 Geluidsniveau

Slide 1 - Tekstslide

Vragen §8.4

Slide 2 - Tekstslide

Terugblik

Slide 3 - Tekstslide

Opgave 52

Slide 4 - Tekstslide

Opgave 56

Slide 5 - Tekstslide

De toonhoogte van een geluid kan verschillen.
Welke bewering is waar?
A
De toonhoogte van een geluid hangt af van de frequentie van de trilling.
B
De toonhoogte van een geluid hangt af van de grootte van de trilling
C
De sterkte van een geluid hangt af van de frequentie van de trilling.
D
De sterkte van een geluid hangt af van de trillingstijd van de trilling.

Slide 6 - Quizvraag


A
B
Welke bewering is waar
A
Bij A is de toon hoger en de geluidssterkte groter
B
Bij B is de toon hoger en de geluidssterkte kleiner
C
Bij A is de toon hoger en de geluidssterkte kleiner
D
Bij B is de toon hoger en de geluidssterkte groter

Slide 7 - Quizvraag

Bepaal de trillingstijd van de
trillingsgrafiek. (10 vakjes is 0,01 s)
A
0,025s
B
0,0025s
C
4s
D
0,04s

Slide 8 - Quizvraag

Bepaal de frequentie van de
trillingsgrafiek. (10 vakjes is 0,01 s)
A
4Hz
B
0,0025Hz
C
400Hz
D
0.04Hz

Slide 9 - Quizvraag

Bepaal met behulp van de trillingsgrafiek de frequentie.
A
500 Hz
B
5 Hz
C
2 Hz
D
0,5 Hz

Slide 10 - Quizvraag

Ischa spring in 6 seconde 2 x op en neer op een trampoline, ze spring 1,2 meter hoog.
Wat is de frequentie en amplitude.
A
3 Hz en 1,2 m
B
0,33 Hz en 1,2 m
C
3 Hz en 0,6 m
D
0,33 Hz en 0,6 m

Slide 11 - Quizvraag

Je leert ...
  • opnoemen uit welke onderdelen je oor bestaat;
  • uitleggen hoe je een audiogram maakt;
  • uitleggen hoe je geluidsoverlast tegengaat;
  • aangeven in welke eenheid je geluidsniveau aangeeft;
  • berekeningen met het geluidsniveau doen;
  • een audiogram interpreteren;
  • uit een grafiek aflezen hoe sterk geluid moet zijn zodat jet het net kunt horen.

Slide 12 - Tekstslide

Discussievraag
Cicaden kunnen samen heel veel
geluid maken.

Hoeveel geluid kan een groep Cicaden
maken?

Slide 13 - Tekstslide

Gehoorschade
Lawaaidoofheid
- gehoorbeschadiging waarbij je
sommige tonen minder goed hoort.


Slide 14 - Tekstslide

Gehoorschade
Audiogram
- grafiek waarin je kunt zien welke frequenties
minder goed gehoord worden.


audicien

Slide 15 - Tekstslide

Gehoorschade
Dit is het audiogram van een 
dirigent.
a. Voor welke frequentie is het gehoor van 
de dirigent het meest beschadigd?
b. Hoe groot is de gehoorbeschadiging bij de
frequentie?
c. Levert deze gehoorbeschadiging veel
last op voor de dirigent.

Slide 16 - Tekstslide

Gehoorschade
Een gehoorapparaat versterkt de tonen waar in het audiogram een dip zit.

Slide 17 - Tekstslide

Wat verstaan we onder geluidsoverlast?

Slide 18 - Open vraag

Geluidsoverlast
Geluidsoverlast of geluidshinder 
is het last hebben van geluid van anderen.

Slide 19 - Tekstslide

Geef een voorbeeld van wat jij verstaat onder geluidsoverlast?

Slide 20 - Open vraag

Geluidsoverlast?
Geluidsoverlast of geluidshinder 
is het last hebben van geluid van anderen.

Slide 21 - Tekstslide

Geluidsoverlast
Geluidssterkte:
- hoe hard is geluid

Geluidssterkte meet je met een decibelmeter.

De eenheid van geluidssterkte is decibel (dB).

Slide 22 - Tekstslide

Geluidsoverlast
Geluidssterkte meet je in 
decibel (db). 

De gehoordrempel is het 
moment wanneer geluid 
hard genoeg is om te horen. 

Slide 23 - Tekstslide

Aan de slag!

  • Lezen §8.5 uit je boek
  • Maak alle opgaven behalve route ✱
Zs
timer
15:00

Slide 24 - Tekstslide

Geluidssterkte (decibel - dB)

Slide 25 - Tekstslide

De eenheid voor geluidssterkte is
A
Hertz
B
frequentie
C
decibel
D
centimeter

Slide 26 - Quizvraag

Gehoordrempel
Gehoordrempel: 
- geluidsniveau waarboven je 
geluid net kunt horen.

Slide 27 - Tekstslide

Pijngrens
Pijngrens: 
- geluidsniveau waarboven 
geluid pijn gaat doen.

Slide 28 - Tekstslide

Rekenen met Decibel (dB)
Bij een tweemaal zo harde bron gaat het geluidsniveau omhoog met 3dB.
Stel een stofzuiger heeft een geluidsniveau van 70 dB.
1
2
3
4

Slide 29 - Tekstslide

De geluidssterkte van één radio is 50 dB.
Als je er een tweede radio naast zet die net zo hard staat wordt de geluidssterkte
A
51 dB
B
53 dB
C
100 dB
D
100 Hz

Slide 30 - Quizvraag

Je ziet een audiogram van Kees.
Welke tonen hoort Kees niet
goed meer.
A
10 tot 70 dB
B
1 tot 8 Hz
C
100 tot 800 Hz
D
1000 tot 8000 Hz

Slide 31 - Quizvraag

Aan de slag!

  • Lezen §8.5 uit je boek
  • Maak alle opgaven behalve route ✱

  • Lezen §8.6 uit je boek
  • Maak alle opgaven behalve route ✱
Zs

Slide 32 - Tekstslide

Aan de slag!

  • Lezen §8.5 uit je boek
  • Maak alle opgaven behalve route ✱

  • Lezen §8.6 uit je boek
  • Maak alle opgaven behalve route ✱
Zf

Slide 33 - Tekstslide

Wat weet je al???

Slide 34 - Tekstslide

Als de amplitude en frequentie van een geluid groter wordt dan is
A
het geluid zachter en de toon lager
B
Het geluid harder en de toon lager
C
Het geluid harder en de toon hoger
D
Het geluid zachter en de toon hoger

Slide 35 - Quizvraag

Acht kinderen zingen een liedje, ze zingen allemaal even hard.
Elke leerling produceert een geluid van 60 dB hoe groot is de geluidssterkte van de hele groep
A
60 dB
B
69dB
C
84dB
D
120dB

Slide 36 - Quizvraag

Een toeter produceert een geluid van 52 dB. Het geluidsniveau wordt verhoogd naar 58 dB
Hoeveel maal is het geluid harder geworden.
A
2x
B
3x
C
4x
D
8x

Slide 37 - Quizvraag

Hoe hard is het geluid van een drukke weg ongeveer.
A
50 dB
B
60 dB
C
70 dB
D
80 dB

Slide 38 - Quizvraag

Hoe hard is het geluid van een opstijgende straaljager
A
60 dB
B
80 dB
C
100 dB
D
130 dB

Slide 39 - Quizvraag

Bij welk geluidsniveau doet geluid pijn aan de oren.
A
80 dB
B
90 dB
C
120 dB
D
140 dB

Slide 40 - Quizvraag

Hoe noem je dit soort grafiek.
A
een frequentie grafiek
B
een geluidssterkte grafiek
C
een geluidsniveau grafiek
D
een audiogram

Slide 41 - Quizvraag

Welke tonen kan de persoon
waarvan dit audiogram is
niet goed horen?
A
250Hz t/m 1000Hz
B
2000Hz t/m 8000Hz
C
4000Hz t/m 8000Hz
D
250Hz t/m 8000Hz

Slide 42 - Quizvraag

Je kunt...
  • aangeven in welke eenheid je geluidsniveau aangeeft;
  • berekeningen met het geluidsniveau doen;
  • een audiogram interpreteren;
  • uit een grafiek aflezen hoe sterk geluid moet zijn zodat jet het net kunt horen.

Slide 43 - Tekstslide

Ja, dat kan ik!
😒🙁😐🙂😃

Slide 44 - Poll