Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
meervoud herhalen en lidwoorden writing nakijken
Nederlands leren is een eitje
Get your folder out, your notebook and a pen
Pak je map, je schrift en een pen
1 / 20
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
In deze les zitten
20 slides
, met
tekstslides
.
Lesduur is:
90 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Nederlands leren is een eitje
Get your folder out, your notebook and a pen
Pak je map, je schrift en een pen
Slide 1 - Tekstslide
Wat doen we vandaag?
Meervoud herhalen (Plural repeat)
lidwoorden (articles)
Writing assessment bespreken
Tijd voor het script
oefeningen voor lidwoord
Slide 2 - Tekstslide
Plural with -en/meervoud met -en
Be careful:
after a word with a short vowel you have to add a consonant:
Let op: na een woord met een korte klinker moet je een medeklinker toevoegen:
de bal-de ballen (en niet: de balen)
de man-de mannen (en niet: de manen)
het bos-de bossen
Slide 3 - Tekstslide
Plural with -en/meervoud met -en
Words with a long vowel that end with 1 consonant loose one of the vowels:
straat – de straten
het meer – de meren
de boot – de boten
de pepernoot-de pepernoten
de minuut – de minuten
Slide 4 - Tekstslide
Meervoud met -s/Plural with -s
After words that end with: -e, -el, -en, -er, -em and -ie you add an -s:
Hotel-hotels
varken-varkens
There are a few exceptions.
kind - kinderen, blad - bladeren, ei - eieren, lied - liederen
Slide 5 - Tekstslide
Words that get
's
in plural
All words that end on a
vowel
(except -e, é, en -ee):
-a: de opa – de opa’s
-i: de taxi – de taxi’s
-o: de auto – de auto’s
-u: de paraplu – de paraplu’s
-y: de baby – de baby’s
Slide 6 - Tekstslide
Put the sentence in the plural
How do you do this?
1 you need to change the subject into a plural subject
2 you need to change the verb and conjugate into a plural form
De moeder leest een boek.
De moeders lezen een boek.
Het kind loopt naar huis.
De kinderen lopen naar huis.
Slide 7 - Tekstslide
Oefenen: enkelvoud-meervoud
de stoel-
de boot-
het raam-
het meisje-
de man-
Slide 8 - Tekstslide
Nouns get article (lidwoord)
de
in the plural
Nouns all get “de” as the article in the plural:
de jongen – de jongens
het meisje – de meisjes
het konijn-de konijnen
Slide 9 - Tekstslide
Articles
Het lidwoord (article) is never on its own.
it is always in front of a noun,
het zelfstandig naamwoord
some words don't get an article
Slide 10 - Tekstslide
link to video
https://www.youtube.com/watch?v=1hNbmIz2tIQ
Slide 11 - Tekstslide
Namen van talen, metalen, sporten en spelen zijn het.
Woorden met twee lettergrepen die beginnen met be-, ge-, ver- en ont- krijgen het:
het gezin
(the parents and children)
Woorden die eindigen op –isme, -ment en –sel zijn het.
En er zijn uitzonderingen (exceptions)..
Slide 12 - Tekstslide
Sometimes no article
1. We don’t use articles for names of cities, countries and months. For example:
Saila woont in Haarlem. Zij is in oktober jarig.
2. You don’t use an article when you cannot count the noun:
Ik drink thee, cola of bier…
Slide 13 - Tekstslide
No article-geen lidwoord
3. You don’t use an article when you use the profession or job of someone:Camiel is docent. Lisette is fietsenmaker.
4. You don’t use an article for undefined people or objects in the plural:
In de zomer zijn bloemen niet zo duur.
Ik koop dan vaak rozen.
Ik vind rozen erg mooi.
Slide 14 - Tekstslide
Wijs de lidwoorden aan
point out the articles
Het water is koud in de winter.
Het stoplicht staat op rood.
De opticien gaf mij een bril.
De auto rijdt op het fietspad!
Het boek ligt open op de tafel.
Slide 15 - Tekstslide
Practise
Find all the articles in the text:
https://nt2taalmenu.nl/nt2-a1-lezen-tekst-5/
Doe de oefeningen 1 en 2. Do the exercises 1 and 2.
timer
10:00
Slide 16 - Tekstslide
Feedback writing assessment
Ik stuur je deze mail omdat ik wil geef tips en onderbouwing wanner je kom naar Nederlands
Ik stuur je deze mail omdat ik je tips wil geven. Wanneer kom je naar Nederland?
Ik gebruikt Duolingo en het helpt mij leer Nederlands snel.
Ik gebruik Duolingo (en) het helpt mij snel Nederlands te leren.
Slide 17 - Tekstslide
Feedback writing assessment
-not all mistakes are improved (so there are still mistakes)
witregel (white line) between greeting, intro/middle part/ending
-Hoe gaat het (met je/jou)? Met mij gaat het goed.
-questions but without question words (vraagwoorden)
Slide 18 - Tekstslide
https://www.taal-oefenen.nl/taal-groep-7/woordsoorten/lidwoorden
Slide 19 - Tekstslide
Spelletjes/games
Slide 20 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
maandag 15 november
November 2021
- Les met
15 slides
NT2
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
meervoud en spreken/draaiboek. maken vlog
November 2023
- Les met
29 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
Mastering Articles: When and How to Use Them
September 2023
- Les met
14 slides
Criterion A luistertoets en het meervoud
September 2023
- Les met
10 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 6
Nouns en Articles
April 2024
- Les met
10 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 4
listening practise and grammar
Januari 2023
- Les met
12 slides
Nederlands
Middelbare school
havo
Leerjaar 5
M3CE Articles: definite, indefinite and zero
April 2023
- Les met
18 slides
Engels
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 3,4
22 november
Januari 2023
- Les met
24 slides
NT2
Middelbare school
havo
Leerjaar 5