All words that end on a vowel (except -e, é, en -ee):
-a: de opa – de opa’s
-i: de taxi – de taxi’s
-o: de auto – de auto’s
-u: de paraplu – de paraplu’s
-y: de baby – de baby’s
Slide 7 - Tekstslide
Put the sentence in the plural
How do you do this?
1 you need to change the subject into a plural subject 2 you need to change the verb and conjugate into a plural form
De moeder leest een boek.
De moeders lezen een boek.
Het kind loopt naar huis.
De kinderen lopen naar huis.
Slide 8 - Tekstslide
Nouns get article (lidwoord) de in the plural
Nouns all get “de” as the article in the plural:
de jongen – de jongens
het meisje – de meisjes
het konijn-de konijnen
Slide 9 - Tekstslide
Quiz
Slide 10 - Tekstslide
Hoe maak ik van een zelfstandig naamwoord een meervoud?
Slide 11 - Open vraag
Wat is het meervoud van sticker?
A
Stickeren
B
Sticker's
C
Stickers
Slide 12 - Quizvraag
Wat is het meervoud van vakantie?
A
Vakantie's
B
Vakanties
C
Vakantieën
Slide 13 - Quizvraag
Wat is het meervoud van taxi?
A
Taxi's
B
Taxiën
C
Taxis
Slide 14 - Quizvraag
Wat is het meervoud van zee?
A
Zeeën
B
Zeeen
C
Zee's
Slide 15 - Quizvraag
Wat is het meervoud van kaas?
A
Kasen
B
Kazen
C
kaas's
Slide 16 - Quizvraag
Wat is het meervoud van druif?
A
Druifen
B
Druifs
C
Druiven
Slide 17 - Quizvraag
Wat is het meervoud van boot?
A
boots
B
boten
C
botten
D
booten
Slide 18 - Quizvraag
I understand how to put a noun into the plural.
😒🙁😐🙂😃
Slide 19 - Poll
5 min task
Oefeningen meervoud terug. Kijk naar je fouten en verbeter ze.
Return of your exercises. Check your mistakes and correct them.
Slide 20 - Tekstslide
VLOGGEN IN DE KLAS
Vloggen
Slide 21 - Tekstslide
Draaiboek vlog/script vlog
Slide 22 - Tekstslide
Slide 23 - Tekstslide
Maak voordat je gaat filmen een script. Een script is een stappenplan waarin staat wat je gaat doen en en wat je gaat zeggen in je video.
Create a script before you start filming. A script is a roadmap that describes wat you will do and what you will say in your video.
Slide 24 - Tekstslide
Inleiding (introduction)
Main part (kern)
Vertel wie je bent
Vertel waar jouw video over gaat
1 Op welke manier leer jij Nederlands?
2 Wanneer spreek je Nederlands? En met wie?
3 Geef 3 redenen waarom het belangrijk is om Nederlands te leren.
Slide 25 - Tekstslide
Slot
Ending
Sluit af met een tip: vertel wat jij de leukste of beste activiteit vindt om Nederlands te leren.
Finish with a tip: tell about what you consider the best or most fun activity to learn Dutch.
Slide 26 - Tekstslide
Task
Werk aan je script. Je kan je tekst in een Google doc zetten of op papier. Werk alleen of in tweetallen.
Daarna bespreek je je script met een klasgenoot en vraag om feedback.
Work on your script. You can write the text in a Google doc or on paper. Do this on your own or in pairs. Then discuss with a classmate and ask for feedback.