Herhaling Taalverzorging h4,5,6

Tussenletter in samenstellingen
3 soorten tussenletters:

Tussenletters –en
Tussenletter –e-
Tussenletter –s-

1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Tussenletter in samenstellingen
3 soorten tussenletters:

Tussenletters –en
Tussenletter –e-
Tussenletter –s-

Slide 1 - Tekstslide

Tussenletters -e-
  • Als het eerste woord een meervoud met -s heeft, gebruik je -e- als tussenletters.
  • garage = garages

  • DUS:
  • garagedeur
  • garagebedrijf


Slide 2 - Tekstslide

Tussenletters -en-
  • Als het eerste woord alleen een meervoud heeft op -en, gebruik je -en- als tussenletters.
  • Bananendoos
  • Schoenenwinkel
  • Kippensoep


Slide 3 - Tekstslide

Tussenletters gebruiken

Tussenletters -s:

De tussenletter -s kun je meestal horen.


spruitje + lucht = spruitjeslucht







Twijfel je over de tussenletter -s, omdat je deze niet goed hoort?

Vervang dan het tweede deel.


damesschoen, want het is ook damestoilet

Slide 4 - Tekstslide

Aan elkaar of los
Je leert welke woorden je aan elkaar of los moet schrijven.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Aan elkaar of los?
In het Nederlands schrijf je twee of meer woorden aan elkaar als ze één begrip vormen. 
Dit doe je bijvoorbeeld bij:
  • samenstellingen die bestaan uit twee of meer zelfstandige naamwoorden.
Bijvoorbeeld: kassabon, bibliotheekpas, motorbootverzekering.

  • werkwoorden die beginnen met voorzetsels zoals na, op, over, uit.
Bijvoorbeeld:
– Ik heb de hond uitgelaten. Wij gaan de hond uitlaten.

  • woorden met er-, daar-, hier- en waar- plus een voorzetsel.
Bijvoorbeeld: erin, daarachter, hierbij, waarover.



Slide 9 - Tekstslide

Quizzzz

Slide 10 - Tekstslide

Kies de samenstelling met de juiste tussenletter:
paard + sport
A
paardesport
B
paardensport

Slide 11 - Quizvraag

Kies de samenstelling met de juiste tussenletter:
voorjaar + storm
A
voorjaarsstorm
B
voorjaarstorm

Slide 12 - Quizvraag

kies de samenstelling met de juiste tussenletter:
zon + scherm
A
zonnescherm
B
zonnenscherm

Slide 13 - Quizvraag

In de zin staat één woord los geschreven dat aan elkaar moet. Noteer de juiste schrijfwijze.

Martin, als jij niet een beetje door eet, kom je straks te laat op school!

Slide 14 - Open vraag

Kies de samenstelling met de juiste tussenletter:
beer + sterk
A
berensterk
B
beresterk

Slide 15 - Quizvraag

In de zin staat één woord los geschreven dat aan elkaar moet. Noteer de juiste schrijfwijze.

Verdorie, ik ben met mijn broek in het prikkel draad blijven hangen.

Slide 16 - Open vraag

Het gebeur... regelmatig dat men fouten maakt in werkwoordspelling.
A
gebeurd
B
gebeurt
C
gebeurdt

Slide 17 - Quizvraag

In de zin staat één woord los geschreven dat aan elkaar moet. Noteer de juiste schrijfwijze.

Wil jij de tuinstoelen in klappen voor je ze in de schuur zet?

Slide 18 - Open vraag

Aan elkaar of los?

A
Babybed
B
Baby bed

Slide 19 - Quizvraag

In de zin staat één woord los geschreven dat aan elkaar moet. Noteer de juiste schrijfwijze.

Wil je eerst even de hond uitlaten en daarna de vuilnis bakken buiten zetten?

Slide 20 - Open vraag

Vin.. jij werkwoordspelling moeilijk om te leren?
A
Vindt
B
Vind

Slide 21 - Quizvraag

Aan elkaar of los?
A
Operatiekamer
B
Operatie kamer
C
Operatie-kamer

Slide 22 - Quizvraag

werkwoordspelling (v.t.)
A
Zij begeleiden de vrouw naar huis gisteren
B
Zij begeleidden de vrouw naar huis gisteren.

Slide 23 - Quizvraag

Werkwoordspelling

verstuurt vs verstuurd
A
De oude man verstuurt de brief.
B
De oude man verstuurd de brief.

Slide 24 - Quizvraag

Aan elkaar of los?
A
Liefdesscène
B
Liefdes scène

Slide 25 - Quizvraag

werkwoordspelling
(worden) ... je vader boos als je een onvoldoende haalt?
A
word
B
wordt

Slide 26 - Quizvraag

Aan elkaar of los?
A
bananen schil
B
bananenschil

Slide 27 - Quizvraag

Aan elkaar of los?

A
minimum inkomen
B
minimuminkomen

Slide 28 - Quizvraag

Aan elkaar of los?
A
speur hond
B
speurhond

Slide 29 - Quizvraag

geen tussenletter
Tussenletter 
e
Tussenletters
en
Tussenletter
s
tomaat+sap
groente-soep
champignon+saus
gehakt+bal
rogge+brood
bakker+room
varken+vlees
geit+kaas
kalf+kroket
worst+broodje
koffie+kopje
garnaal+pastei

Slide 30 - Sleepvraag

Aan elkaar of los?


A
Coronavirus
B
Corona virus

Slide 31 - Quizvraag

Aan elkaar of los?
A
barbecue vlees
B
barbecuevlees

Slide 32 - Quizvraag