Ook wel auctoriale verteller genoemd.
Doet niet mee aan het verhaal.
Doet zich voor als de schrijver.
Hij ziet, hoort en weet alles.
Typerend voor het auctoriale perspectief zijn zinnen als: “Later zou hij nog vaak aan deze dag terugdenken”, “Hij wist toen nog niet…”, “Zonder dat zij het merkte…”, “Zij was nu eenmaal iemand die steeds…”.