Herhaling argumentatie

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Agenda
  1. Argumentatie herhaling
  2. Vragen bij het goede betoog/de examentekst
  3. Vragen? 

Slide 2 - Tekstslide

Jaarplanning
  • P1 = gedocumenteerd betoog, examenvaardigheden argumentatie 
  • P2 = mondeling over 4 literaire werken 
  • P3 = examenvaardigheden 

Slide 3 - Tekstslide

Nevenschikkende argumentatie is:
A
twee of meer argumenten ondersteunen gezamenlijk het standpunt
B
een argument wordt ondersteund door een of meer subargumenten
C
je hebt twee argumenten die samen geldig moeten zijn
D
een argumentatie met heldere opbouw

Slide 4 - Quizvraag


Wat voor soort argumentatie is dit?
A
meervoudige argumentatie
B
enkelvoudige argumentatie
C
onderschikkende argumentatie
D
meervoudige onderschikkende argumentatie

Slide 5 - Quizvraag

Wat is onderschikkende argumentatie?
A
er zijn twee losse argumenten
B
je hebt één argument die het standpunt alleen kan ondersteunen
C
een argument wordt ondersteund door een ander argument
D
het eerste argument krijgt hulp van een tweede argument

Slide 6 - Quizvraag


Wat voor soort argumentatie is dit?
A
nevenschikkende argumentatie
B
onderschikkende argumentatie
C
nevenschikkende en onderschikkende argumentatie

Slide 7 - Quizvraag

Wat voor soort argumentatie is dit?
A
enkelvoudige argumentatie
B
nevenschikkende argumentatie
C
neven- en onderschikkende argumentatie
D
onderschikkende argumentatie

Slide 8 - Quizvraag


Wat voor soort argumentatie is dit?
A
nevenschikkende argumentatie
B
enkelvoudige argumentatie
C
onderschikkende argumentatie
D
nevenschikkende en onderschikkende argumentatie

Slide 9 - Quizvraag

Argumentatiestructuur

Slide 10 - Tekstslide

Standpunt = leerlingen moeten zelf hun docent kiezen
Verzin 2 argumenten, maak ze onderschikkend

Slide 11 - Open vraag

Argumentatieschema's
3 soorten:
1) Argumentatie op basis van kenmerken
2) Argumentatie op basis van vergelijking
3) Argumentatie op basis van causaliteit

Slide 12 - Tekstslide

Ik vrees dat leerkrachten in het basisonderwijs niet de zo gewenste loonsverhoging zullen krijgen, want de docenten in het voortgezet onderwijs kregen laatst ook nul op het rekest.

Dit is een argumentatieschema op basis van ...
A
kenmerk of eigenschap
B
oorzaak en gevolg
C
voorbeelden
D
vergelijking

Slide 13 - Quizvraag

Martha is een goede schrijfster, want ze weet haar lezers altijd te boeien met haar blogposts.
Welk soort argumentatieschema is dit?
Een argumentatieschema op basis van ...

A
autoriteit
B
kenmerk/eigenschap
C
vergelijking
D
oorzaak-gevolg

Slide 14 - Quizvraag

Scheiden moet niet duurder worden. Ouders zullen dan minder gaan scheiden en daardoor zullen kinderen langer in een ruziënde omgeving moeten leven. Argumentatieschema op basis van ...
A
doel/middel
B
kenmerk/eigenschap
C
oorzaak / gevolg
D
voor- / nadelen

Slide 15 - Quizvraag

Wat zijn drogredenen?
A
redenering met droge feiten
B
tegenargumenten
C
een reden die niet klopt, maar wel waarschijnlijk lijkt
D
argumenten om je standpunt te onderbouwen

Slide 16 - Quizvraag

Welke drogreden herken je? Kies uit: overdrijven voor- en nadelen, vals dilemma, overhaaste generalisatie, onjuist beroep op autoriteit, verkeerde vergelijking, persoonlijke aanval, ontduiken van bewijslast, cirkelredenering, vertekenen van het standpunt of bespelen van publiek.

Meneer Brand zegt wel hoe belangrijk het is om goed Nederlands te schrijven in een sollicitatiebrief, maar hij had gisteren zelf ook een spelfout in zijn presentatie staan.

Slide 17 - Open vraag

Drogredenen
1. Autoriteitsargument
2. Vals dilemma
3. Overhaaste generalisatie
4. Verkeerde vergelijking
5. De persoonlijke aanval
6. Het ontduiken van bewijslast
7. De cirkelredenering
8. Het vertekenen van een standpunt
9. Het bespelen van publiek 


Slide 18 - Tekstslide

Drogredenen
6. Het ontduiken van bewijslast

"Geef me 1 reden waarom ..."
"Iedereen snapt wel dat ..."

8. Het vertekenen van een standpunt
"Jij bent tegen collecteren? Oh, dus jij bent tegen de medemens helpen?"

9. Het bespelen van publiek 
Gevoelens oproepen

Slide 19 - Tekstslide

timer
1:00
Hulp?
Docent - bij vragen

Klaar?
Ga aan je documentatiemap / schrijfplan werken

Opdracht 
Maak de exenvragen - we bespreken er zo een paar

Slide 20 - Tekstslide

Volgende week
Hoofdgedachte / tekstsoorten (voor je bronnen)

Slide 21 - Tekstslide