Drogredenen

Drogredenen
Een drogreden is een reden of redenering die niet klopt, maar wel aannemelijk lijkt. Drogredenen worden vaak in discussies gebruikt
1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Drogredenen
Een drogreden is een reden of redenering die niet klopt, maar wel aannemelijk lijkt. Drogredenen worden vaak in discussies gebruikt

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Drogredenen
  • Wat is een drogreden?  
  •      -> er wordt een argumentatieschema onjuist gebruikt of er wordt              een discussieregel overtreden 
  • Wat was ook alweer een argumentatieschema?
  •      -> een argumentatieschema geeft aan wat het verband is tussen              een standpunt en zijn argumenten (zie les 5).
  • Er zijn zes argumentatieschema's (zie volgende dia):

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Agumentatieschema's: verschillende soorten argumenten (p. 66 examenbundel e.v.)
  1. Argumentatie o.b.v. autoriteit
  2. Argumentatie o.b.v. kenmerk of eigenschap
  3. Argumentatie o.b.v. oorzaak en gevolg
  4. Argumentatie o.b.v. vergelijking
  5. Argumentatie o.b.v. voorbeelden
  6. Argumentatie o.b.v. voor- en nadelen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Er zijn TWAALF drogredenen die je moet kennen voor de toetsweek en voor het CSE (p. 71 examenbundel e.v.; in de examenbundel worden iets andere termen gehanteerd dan hier)         (1)
Onjuist gebruikt argumentatieschema:
  1. onjuist beroep op een oorzaak-gevolgschema
  2. onjuist beroep op een kenmerk- of eigenschapsschema
  3. onjuist beroep op een voor-en-nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen
  4. onjuist beroep op een voor-en-nadelenschema: vals dilemma
  5. onjuist beroep op een voorbeeldschema: overhaaste generalisatie
  6. onjuist beroep op een vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking
  7. onjuist beroep op autoriteit

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Er zijn TWAALF drogredenen die je moet kennen voor de toetsweek en voor het CSE (p. 72 examenbundel e.v.)           (2)
Overtreding van een discussieregel:
8.  persoonlijke aanval
9.  Ontduiken van bewijslast
10. Cirkelredenering
11.  Vertekenen van een standpunt
12. Bespelen van publiek

-> Elke drogreden wordt hierna uitgebreid besproken




Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij de volgende zeven drogredenen is sprake van onjuist gebruik van een argumentatieschema:

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Onjuist beroep op een oorzaak-gevolgschema


Het argumentatieschema op basis van oorzaak en gevolg wordt onjuist gebruikt als 
  1. de in het argument genoemde oorzaken niet voldoende zijn voor het optreden van het voorspelde gevolg of 
  2. het in het argument genoemde gevolg andere oorzaken kan hebben dan de in het standpunt genoemde oorzaak of
  3. alleen op basis van het gelijktijdig of na elkaar optreden van twee verschijnselen geconcludeerd wordt tot een oorzaak-gevolgrelatie tussen die verschijnselen

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

1. Onjuist beroep op een oorzaak-gevolgschema, voorbeeld:


Jeroen is als vakkenvuller aangenomen bij C1000. Hij zal voortaan wel niet meer om zakgeldverhoging zeuren.


Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Onjuist beroep op een kenmerk- of eigenschapsschema

Het argumentatieschema op basis van een kenmerk of eigenschap
wordt onjuist gebruikt als aan een bepaald kenmerk of eigenschap wel
betekenis wordt toegekend, terwijl andere relevante kenmerken of
eigenschappen worden genegeerd.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

2. Onjuist beroep op een kenmerk- of eigenschapsschema, voorbeeld

Evert komt uit Purmerend en alle inwoners van Purmerend zijn tegen asielzoekers. Evert is tegen asielzoekers.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Onjuist beroep op een voor-en-nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen

Het argumentatieschema op basis van voor- en nadelen wordt onjuist
gebruikt als het gevolg of de gevolgen van een handeling schromelijk
worden overdreven

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

3. Onjuist beroep op een voor-en-nadelenschema: overdrijven van voor- of nadelen, voorbeeld:

Als Nederland het gebruik van softdrugs legaliseert, krijgen we veel meer drugsverslaafden, zal het aanzien en de invloed van ons land in de Europese unie enorm afnemen en zal de illegale teelt vanwege de sterkte van de illegale wiet niet verdwijnen.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Onjuist beroep op een voor-en-nadelenschema: vals dilemma
Het argumentatieschema op basis van voor- en nadelen wordt onjuist
gebruikt als wordt gesuggereerd of aangenomen dat we moeten kiezen
uit twee mogelijkheden met beide even grote nadelige gevolgen, terwijl
er nog andere mogelijkheden zijn

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

4. Onjuist beroep op een voor-en-nadelenschema: vals dilemma, voorbeeld
Ben je geen deel van de oplossing, dan ben je deel van het probleem.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Onjuist beroep op een voorbeeldschema: overhaaste generalisatie
Het argumentatieschema op basis van voorbeelden wordt onjuist
gebruikt als op basis van te weinig en/of niet-representatieve
voorbeelden een standpunt wordt beargumenteerd

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

5. Onjuist beroep op een voorbeeldschema: overhaaste generalisatie, voorbeeld
Bas houdt niet van champignons. Zie je nou wel dat hij een lastige eter is.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6. Onjuist beroep op een vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking
Het argumentatieschema op basis van vergelijking wordt onjuist
gebruikt wanneer de vergeleken situaties op relevante punten van
elkaar verschillen

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6. Onjuist beroep op een vergelijkingsschema: verkeerde vergelijking, voorbeeld
Voorbeeld: Nederland moet veel meer investeren in kinderopvang. Scandinavische landen doen dat toch ook? 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

7. Onjuist beroep op autoriteit
Het argumentatieschema op basis van autoriteit wordt onjuist gebruikt
wanneer een beroep wordt gedaan op een bron die ondeskundig of
belanghebbend is of zichzelf tegenspreekt

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

7. Onjuist beroep op autoriteit, voorbeeld
Tiësto is een van de beste DJ’s ter wereld. Dat heeft Martin Garrix zelf gezegd.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij de volgende vijf drogredenen is sprake van een overtreding van een discussieregel: 

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

8. Persoonlijke aanval
Van een persoonlijke aanval is sprake wanneer een discussiant niet
ingaat op de argumentatie van zijn tegenstander, maar hem
beschuldigt van onkunde, onbetrouwbaarheid of slechte persoonlijke
eigenschappen. De discussiant neemt zijn tegenstander daarmee niet
serieus als gesprekspartner

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

8. Persoonlijke aanval, voorbeeld
Wat weet jij van nu gezondheid, jij weegt zelf 105 kilo!

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

9. Ontduiken van bewijslast
Van het ontduiken van de bewijslast is sprake wanneer een discussiant
geen argumenten wil geven voor het ingenomen standpunt

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

9. Ontduiken van bewijslast, voorbeeld
Voorbeeld: ik vind dat poëzie geschrapt kan worden uit de examenstof voor de havo! Geef me één goede reden waarom dat niet zou kunnen.

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

10. Cirkelredenering
Van een cirkelredenering is sprake wanneer een discussiant een
standpunt onderbouwt door het in andere woorden weer te geven. Als
de discussiant geen andere argumenten geeft, is het tegelijkertijd het
ontduiken van de bewijslast

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

10. Cirkelredenering, voorbeeld
Ik ben de baas omdat ik het hier voor het zeggen heb.

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

11. Vertekenen van een standpunt
Van het vertekenen van een standpunt is sprake wanneer een
discussiant het standpunt of een argument van een tegenstander
onjuist weergeeft of deze een standpunt of argument in de mond legt
dat niet is ingenomen

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

11. Vertekenen van een standpunt, voorbeeld
Jij vindt dat we de toelating van asielzoekers moeten beperken. Dus jij bent een aanhanger van Geert Wilders.

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

12. Bespelen van publiek
Van het bespelen van publiek is sprake wanneer een discussiant een
beroep doet op de emoties van het publiek om het te winnen voor een
standpunt

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

12. Bespelen van publiek, voorbeeld
Je bent toch niet goed bij je hoofd als je daar wil wonen.

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werklozen zijn te beroerd om te werken, dat zie je wel aan mijn buurman.
A
onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
B
verkeerde vergelijking
C
cirkelredenering
D
generalisatie

Slide 33 - Quizvraag

Op basis van te weinig gegevens stelt iemand een algemene regel vast
Supermarktmedewerkers moeten niet klagen als ze overuren maken, want winkeliers werken ook op koopavonden en zaterdag
A
onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
B
verkeerde vergelijking
C
cirkelredening
D
generalisatie

Slide 34 - Quizvraag

er worden dingen met elkaar vergeleken die eigenlijk niet te vergelijken zijn
Iemand die niet vooraf een proefexamen maakt, haalt een slecht resultaat. Jim heeft een onvoldoende, dus hij heeft het proefexamen niet gemaakt.
A
onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
B
verkeerde vergelijking
C
cirkelredenering
D
generalisatie

Slide 35 - Quizvraag

Een foute conclusie trekken; een verkeerde voorstelling van oorzaak en gevolg.
“Ik ben geen kleptomaan, want ik steel niet.”
A
onjuiste oorzaak-gevolgrelatie
B
verkeerde vergelijking
C
cirkelredenering
D
generalisatie

Slide 36 - Quizvraag

Een spreker of schrijver gebruikt bij een cirkelredenering de bewering als het argument zelf. Vaak geeft de spreker of schrijver een definitie of omschrijving van de bewering in zijn argument, zoals in onderstaand voorbeeld een niet-kleptomaan per definitie niet steelt.
Drogredenen 2

  • Onduiken van de bewijslast
  • Verkeerd autoriteitsargument
  • Beroep op traditie
  • Persoonlijke aanval

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onduiken van bewijslast
Je formuleert je argument zo dat je je tegenstanders ervan weerhoudt het standpunt tegen te spreken.

'Ik ben tegen de doodstraf. Ieder weldenkend mens is daar toch tegen!'

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ontduiken van bewijslast
'Als jij geen tegenargumenten kunt bedenken, dan is het dus waar.'



Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verkeerd autoriteitsargument
Je voert iemand op die helemaal geen autoriteit is op het gebied van het onderwerp van de discussie.

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verkeerd autoriteitsargument
'Ik weet zeker dat deze maaltijd gezond is, want dat heeft mijn fitnesstrainer gezegd.'

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beroep op traditie
Je geeft een argument dat gebaseerd is op het idee dat iets zo moet blijven omdat het altijd al zo geweest is.

'Waarom zou ik een mobiele telefoon aanschaffen? Vroeger had niemand een mobiele telefoon en de communicatie verliep altijd prima.'

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beroep op traditie
Natuurlijk moeten leerlingen met pen en papier blijven werken, dit is altijd zo geweest.

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Persoonlijke aanval
Bij een persoonlijke aanval wordt er niet op de bal, maar op de persoon gespeeld. 

 'Als je tegen Zwarte Piet bent, dan ben je geen echte Nederlander'. 

Dit argument valt iemand aan op zijn mening 


Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Persoonlijke aanval
Wat weet jij van nu gezondheid, jij weegt zelf 105 kilo!

Slide 45 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Dat hoef ik niet te bewijzen, dat is gewoon zo!
A
Verkeerd autoriteitsargument
B
Beroep op traditie
C
Persoonlijke aanval
D
Ontduiken van bewijslast

Slide 46 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Condooms verergeren de verspreiding van aids, want dat zegt de paus.
A
Verkeerd autoriteitsargument
B
Beroep op traditie
C
Persoonlijke aanval
D
Ontduiken van bewijslast

Slide 47 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

We eten nooit later dan zes uur, dus nu ook niet.
A
Verkeerd autoriteitsargument
B
Beroep op traditie
C
Persoonlijke aanval
D
Ontduiken van bewijslast

Slide 48 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Nederland stelt niets voor, want het is maar een klein kikkerlandje.

A
Verkeerd autoriteitsargument
B
Beroep op traditie
C
Persoonlijke aanval
D
Ontduiken van bewijslast

Slide 49 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 50 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig werken
  1. Taalblokken  of
  2. Reader schrijfvaardigheid met
    6 opdrachten.

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies