Kijk mensen aan als je een hand geeft en zeg je naam.
Bedenk ook hoe je de hand geeft. Een slappe of een stevige?
Goed zitten.
Ga zitten op de plaats die men je aanwijst.
Hoe ga je zitten?
let op je houding: rechte rug.
Bedenk hoe je wilt gaan zitten; zit je wijdbeens, met je benen naast elkaar of met het ene been over het andere?
Afspraken maken
Is er aan het eind van het gesprek een duidelijke afspraak gemaakt voor de volgende keer? nee? vraag er dan naar.