Een sprinter begint na het startschot te rennen, houdt zijn maximale snelheid vast tot de eindstreep, en loopt dan rustig uit.
Een fietser komt met een constante snelheid aangefietst, remt tot stilstand voor een stoplicht, wacht even voor het rode licht, en fietst dan weer verder.
timer
4:00
Slide 2 - Tekstslide
Schets de diagrammen bij de situaties:
Een sprinter begint na het startschot te rennen, houdt zijn maximale snelheid vast tot de eindstreep, en loopt dan rustig uit.
Een fietser komt met een constante snelheid aangefietst, remt tot stilstand voor een stoplicht, wacht even voor het rode licht, en fietst dan weer verder.
Slide 3 - Tekstslide
Opdracht 9
Slide 4 - Tekstslide
Wat is de afgelegde afstand in stuk 1?
Slide 5 - Tekstslide
Wat is de afgelegde afstand in stuk 2?
Slide 6 - Tekstslide
(v,t)-diagram
Het oppervlakte onder de lijn van een (v,t)-diagram is gelijk aan de afgelegde afstand.
Verdeel het oppervlakte onder de lijn hiervoor in vierkanten en driehoeken.