Aardgas bestaat voornamelijk uit de stof methaan. Als je methaan volledig verbrandt, komen er waterdamp en koolstofdioxide vrij. Geef het reactieschema
Slide 10 - Open vraag
Voorbeeld verbrandingsreactie
Aardgas bestaat voornamelijk uit de stof methaan. Als je methaan volledig verbrandt, komen er waterdamp en koolstofdioxide vrij.
Ontledingsreactie: als er uit één stof meerdere nieuwe stoffen ontstaan.
één beginstof --> twee of meer reactieproducten
Slide 12 - Tekstslide
Als je brood in een reageerbuis verhit, treedt er een reactie op die je kunt vergelijken met het ontleden van hout. Het brood verdwijnt en er ontstaan koolstof, water en witte rook. Geef het reactieschema!
Slide 13 - Open vraag
Bekijk het reactieschema: Brood (s) --> koolstof (s) + water (l) + witte rook (g)
Is hier sprake van een ontleding? leg je antwoord uit!
Slide 14 - Open vraag
Voorbeeld ontledingsreactie
Als je brood in een reageerbuis verhit, treedt er een reactie op die je kunt vergelijken met het ontleden van hout. Het brood verdwijnt en er ontstaan koolstof, water en witte rook.
Hoe ziet het reactieschema eruit?
Brood (s) --> koolstof (s) + water (l) + witte rook (g)
Is dit een ontledingsreactie?
Ja! één beginstof, meerdere (3) reactieproducten
Slide 15 - Tekstslide
Organische stoffen
Organische stoffen: bv. Hout, papier en brood
Ontleding organische stoffen:
organische stof (s) --> koolstof (s) + water (l) + witte rook (g)
Bij de ontleding van organische stoffen ontstaat dus altijd koolstof, water en witte rook!
Slide 16 - Tekstslide
welke stof ontstaat er altijd bij ontleding van organische stoffen?
A
koolstof
B
zuurstof
C
koolstofdioxide
Slide 17 - Quizvraag
wat ontstaat er altijd bij ontleden van een organische stof( zoals brood bijvoorbeeld)
A
koolstof en waterdamp
B
koolstofdioxide en water
C
koolstof en waterdamp en witte rook
D
koolstof en water en witte rook
Slide 18 - Quizvraag
Verbranding vs ontleding
Verbranden
- Zuurstof nodig
- Voldoende brandstof en zuurstof? Verbranding blijft doorgaan.
- Er is warmte nodig voor de reactie te laten verlopen
één beginstof --> twee of meer reactieproducten
Slide 19 - Tekstslide
zet de woorden op de juiste plaats
Verbranding
Ontleding
Zuurstof nodig
Geen zuurstof nodig
Warmte is nodig voor de reactie
Warmte komt vrij bij de reactie
Brandstof + zuurstof --> verbrandingsproducten
één beginstof --> meerdere reactieproducten
Slide 20 - Sleepvraag
Verbranding of ontleding? Suiker --> koolstof + water + witte rook
A
Verbranding
B
Ontleding
Slide 21 - Quizvraag
Verbranding of ontleding? alcohol + zuurstof --> azijnzuur + water
A
Verbranding
B
Ontleding
Slide 22 - Quizvraag
Verbranding of ontleding? suiker --> alcohol + koolstofdioxide
A
Verbranding
B
Ontleding
Slide 23 - Quizvraag
Verbranding of ontleding? mergel (s) → kalk (s) + koolstofdioxide (g)
A
Verbranding
B
Ontleding
Slide 24 - Quizvraag
Verbranding of ontleding? koolstof (s) + zuurstof (g) → koolstofdioxide (g)
A
Verbranding
B
Ontleding
Slide 25 - Quizvraag
Reactieverschijnselen
Je kunt vertellen of er een reactie heeft plaatsgevonden, als één van de volgende reactieverschijnselen hebben plaatsgevonden:
Verandering van kleur
Verandering van geur
Verandering van smaak
Warmte
Rook
Vlammen
Licht
Gasvorming
Slide 26 - Tekstslide
Welke van de onderstaande opties is GEEN reactieverschijnsel?
A
Rook
B
Kleur verandering
C
Licht
D
Fase bij kamertemperatuur
Slide 27 - Quizvraag
Chemische reactie
Geen chemische reactie
van fase veranderen
Verbranden
Ontleden
Slide 28 - Sleepvraag
Chemische reactie
Geen chemische reactie
Slide 29 - Sleepvraag
Geef het reactieschema voor de verbranding van benzine.
+
+
→
Water
Zuurstof
Benzine
Koolstof-dioxide
Slide 30 - Sleepvraag
Maken opgave 8 t/m 13
(12b niet maken)
vanaf blz 13 boek B
Slide 31 - Tekstslide
8
a) koolstof
b) bij verhitten van brood is koolstof ontstaan. Er moet dus een ontledingsreactie hebben plaatsgevonden. (zuurstof kan niet makkelijk bij de boven- en onderkant van het brood komen)
Slide 32 - Tekstslide
9
a) suiker --> koolstof + water + witte rook
b) ja, uit één stof ontstaan meerdere (3) nieuwe stoffen.
Slide 33 - Tekstslide
10
B
Slide 34 - Tekstslide
11
a) ammoniumnitraat --> ammoniak + salpeterzuur
b) ja, uit één stof ontstaan meerdere (2) nieuwe stoffen.
c) ammoniumnitraat --> water + stikstof + zuurstof
d) ontledingsreactie: uit één stof ontstaan meerdere (3) nieuwe stoffen.
ook goed: bij verbranding wordt zuurstof verbruikt/is nodig: bij deze reactie ontstaat juist zuurstof
Slide 35 - Tekstslide
12
a) er ontstaan vlammen
de reactie gaat door als het plastic uit de gasvlam is.
Slide 36 - Tekstslide
13
a) alcohol + zuurstof --> azijnzuur + water
b) nee, er zijn meerdere (2) beginstoffen
c) ja, het is een reactie mét zuurstof. Er zijn alleen géén vuurverschijnselen. Je zou kunnen spreken van een heel langzame verbranding.