Beslag bereiden

Wat gaan we doen?

  • Herhaling beslag soorten
  • Herhaling bereidingswijzen beslag
  • Werking van grondstoffen
  • Toevoegingen beslag
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
Vak-theorieMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we doen?

  • Herhaling beslag soorten
  • Herhaling bereidingswijzen beslag
  • Werking van grondstoffen
  • Toevoegingen beslag

Slide 1 - Tekstslide

welke beslag soorten kun je opnoemen?

Slide 2 - Open vraag

leg de verschillen uit tussen de warme en de koude methode in bereiding en eindresultaat.

Slide 3 - Open vraag

Beslag bereiden

Slide 4 - Tekstslide

Beslag soorten
  • Warm beslag (kapsel en cake)
  • Koud beslag (kapsel/moscovisch en cake)
  • Beslag mix (koude en warme methode)
  • Soezen (kookdeeg)

Slide 5 - Tekstslide

Koud:
Amandel/Quadrille /Madeleine



Cake/Biscuit/ (blind) moscovisch /Byou/Breton  



Progres-/ tyroliënbeslag

Toevoegingen:
 fijn gedraaid amandelspijs en 
vetstof (in blokjes)  

zetmeel, vetstof (bij moscovisch in blokjes), 50-100% krenten/rozijnen, 
potpourri en chocodrups. 

Opgeklopt eiwit en amandelpoeder of hazelnootpoeder

Slide 6 - Tekstslide

Warm:

Amandelbeslag


Cake, Zacht Wener, Duchesse en cacao 


Soezenbeslag

Toevoegingen:
fijn gedraaid amandelspijs

toevoeging van vetstof, dooier en cacao 
 




Let op: Altijd zonder garnituur!

Slide 7 - Tekstslide

Basisgrondstoffen
Ei: lucht opslag/volume toename, smaak en emulgerende werking door lechitine.  Zodra het eiwit begint te coaguleren (stremmen) wordt het eiwitnetwerk stevig. Het eiwit coaguleert volledig bij 70°C en laat hierbij het gebonden vocht los. Al dit water komt volledig beschikbaar voor het verstijfselen van het zetmeel. Bij 70°C begint het verstijfselen van het zetmeel en dit kan tot ca.120° C doorgaan.

Suiker: taaivloeibaarheid (suikerstroop), volume, smaak en structuur.
Vetstof: luchtinslag en emulgerende vermogen.
Tarwebloem: hoog verstijselend en waterbindend vermogen en  (zetmeel is bindend vermogen). Eventueel extra toevoeging van zetmeel

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Bereidingswijze
  • Conditioneren gronstoffen (ca. 22-25 graden)
  • Luchtig maken door kloppen (Ei of vetstof)
  • Toevoegen grondstoffen
  • Garnituur, Welke?

Slide 16 - Tekstslide

Aandachtspunten

  • Eimassa kan niet onbeperkt opgeklopt worden
  • Vetvrij bekken en garde gebruiken bij opkloppen van eiwit en warme beslagen
  • Luchtig geklopte eimassa in lage versnelling taai en standig kloppen voor een fijne luchtverdeling
  • Schiften voorkomen
  • Bereidingsvolgorde van verschillende beslagen, let op smaakstof invloeden
  • Soezenbeslag niet te lang doorroeren-> glutenvorming
  • Invloeden van vet/schoonmaakmiddelen en bloem
  • gesmolten vetstof is onherstelbaar

Slide 17 - Tekstslide

Kookdeeg
  • Souflerende werking van het ei
  • Snelle stoomontwikkeling door grote hoeveelheid vocht
  • Stomen, mag hoeft niet..
  • Bakken op 220 graden, kan
    ook lager..
  • 18 stuks uit 200 vocht

Slide 18 - Tekstslide

Gaar worden/bepalen
Eiwit gecoaguleerd en het zetmeel verstijfseld. Spons structuur
  • Kern 70 graden
  • Waterdamp
  • Suiker opgelost
  • Vetten stellen verstijfseling uit
  • Vorming beslag/deeghuid
  • Stevig eiwitnetwerk 

Slide 19 - Tekstslide

Wat zijn de basisgrondstoffen van cake beslag?

Slide 20 - Open vraag

Wat zijn de hulpgrondstoffen van beslag?

Slide 21 - Open vraag

Ei, Suiker, Tarwebloem (2, 1, 1)
Ei, Suiker, Tarwebloem en Vetstof (1, 1, 1, 1)
Ei, Tarwebloem, Vetstof en Vocht (2, 1, 1, 2)
Kapsel
Cake
Soezen

Slide 22 - Sleepvraag

Eiwit coaguleert bij ca.?
A
55-60 graden
B
60-65 graden
C
65-70 graden
D
75-80 graden

Slide 23 - Quizvraag

Zetmeel verstijfseld bij ca.?
A
55 graden
B
60 graden
C
65 graden
D
70 graden

Slide 24 - Quizvraag

Waarom wordt bij biscuitbeslag een deel van de bloem vervangen door zetmeel?
A
Om het beter te kunnen opspuiten
B
Voor het vasthouden van de vorm van het product
C
Voor een lichte en zachte vloerzijde van het product
D
Om een mooiere structuur te verkrijgen van het product

Slide 25 - Quizvraag

Soezen bakken we op de volgende temperatuur?
A
190 graden
B
200 graden
C
210 graden
D
220 graden

Slide 26 - Quizvraag

Een basisrecept geeft de verhouding van de grondstoffen aan.
A
goed
B
fout

Slide 27 - Quizvraag

Voor de bereiding van amandelbeslag moet de amandelspijs...………….
A
Fijn gedraaid zijn
B
In stukjes gehakt zijn
C
Grof zijn
D
Stug zijn

Slide 28 - Quizvraag

Waarom laat je na het opkloppen van warm beslag de machine enige tijd in een lagere versnelling draaien?

Slide 29 - Open vraag

Hoeveel garnituur kan aan een Moscovisch beslag toegevoegd worden ten opzichte van de bloem?
A
25 tot 75 %
B
75 tot 125%
C
50 tot 100%
D
100 tot 150%

Slide 30 - Quizvraag

Noem de aandachtspunten bij het opkloppen van heelei en eiwit?

Slide 31 - Open vraag

Wat is de reden dat voor een koud kapselbeslag de boter “in de bloem” worden gesneden?

Slide 32 - Open vraag

Let's play a game!

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Link

Toets flexbase
Neem eerst de theorie door
Toets beslag bereiden-> 80% goed = 32

Slide 35 - Tekstslide