Quiz hele hoofdstuk

Voor de quiz

Het zijn allemaal meerkeuze vragen.

Bedenk je dat het op de toets gewoon open vragen zijn en dat je dan moet weten hoe je een berekening opschrijft.

Het is handig om het voor jezelf wel op te schrijven.

1 / 24

Slide 1: Tekstslide

WiskundeMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 1-3

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Lesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Voor de quiz

Slide 1 - Tekstslide

Wanneer kun je termen bij elkaar optellen? Termen zijn bijvoorbeeld:
2x, 5a, -3p, 5ab,

- 3 x^{​ 4 ​ ​}

Als er hetzelfde getal voor staat.

Als ze dezelfde letter(s) en machten bij die letters hebben.

Als ze dezelfde letter(s) hebben.

Dat kan gewoon altijd.

Slide 2 - Quizvraag

1: Herleid.
(3a - 5)(4a + 2)

12 a^{​ 2 ​ ​} + 26 a + 10

7a - 3

-17a + 2

12 a^{​ 2 ​ ​} - 14 a - 10

Slide 3 - Quizvraag

2: Herleid.

(x - 4)^{​ 2 ​ ​}

x^{​ 2 ​ ​} + 16

x^{​ 2 ​ ​} - 8 x + 16

x^{​ 2 ​ ​} + 8 x + 16

x - 16

Slide 4 - Quizvraag

3: Herleid.

(2 k + 5 m)^{​ 2 ​ ​}

4 k^{​ 2 ​ ​} + 20 k m + 25 m^{​ 2 ​ ​}

2 k + 5 m^{​ 2 ​ ​}

4 k^{​ 2 ​ ​} + 25 m^{​ 2 ​ ​}

Kan niet.

Slide 5 - Quizvraag

4: Herleid.

\frac{​ 6 p q ​ ​}{​ 2 p ​} + 4 q

Kan niet

\frac{​ 2 4 p q ^{​ 2 ​ ​} ​ ​}{​ 2 p ​}

\frac{​ 1 4 p q ​ ​}{​ 2 p ​}

Slide 6 - Quizvraag

5: Herleid. (Schrijf als 1 breuk)

\frac{​ 4 ​ ​}{​ 5 y ​} + \frac{​ 3 ​ ​}{​ 2 x ​}

\frac{​ 7 ​ ​}{​ 5 y + 2 x ​}

\frac{​ 3 x + 1 0 y ​ ​}{​ 5 x y ​}

\frac{​ 8 x + 1 5 y ​ ​}{​ 1 0 x y ​}

\frac{​ 6 ​ ​}{​ 5 x y ​}

Slide 7 - Quizvraag

6: Herleid.

\frac{​ 4 x ​ ​}{​ 9 ​} \cdot \frac{​ 3 ​ ​}{​ 2 y ​}

\frac{​ 1 2 x ​ ​}{​ 1 8 y ​}

\frac{​ 8 x y ​ ​}{​ 2 7 ​}

\frac{​ 2 x ​ ​}{​ 3 y ​}

\frac{​ 8 x y + 2 7 ​ ​}{​ 1 8 y ​}

Slide 8 - Quizvraag

Wat is de eerste stap bij het herleiden van deze vraag?

\frac{​ 6 ​ ​}{​ 5 a ​} : \frac{​ 4 a ​ ​}{​ 7 ​}

De : veranderen naar een keer en de 1e breuk omdraaien.

De : veranderen naar een keer en de 2e breuk omdraaien.

6 : 7 berekenen

K.n. opschrijven.

Slide 9 - Quizvraag

7: Herleid.

\frac{​ 6 ​ ​}{​ 5 a ​} : \frac{​ 4 a ​ ​}{​ 7 ​}

\frac{​ 4 2 ​ ​}{​ 2 0 a ^{​ 2 ​ ​} ​}

\frac{​ 2 1 ​ ​}{​ 1 0 a ^{​ 2 ​ ​} ​}

\frac{​ 1 3 ​ ​}{​ 9 a ​}

\frac{​ 5 9 ​ ​}{​ 2 0 a ​}

Slide 10 - Quizvraag

8: Herleid.

6 - \frac{​ 1 ​ ​}{​ 3 p ​}

\frac{​ 5 ​ ​}{​ 3 p ​}

\frac{​ 1 7 ​ ​}{​ 3 p ​}

5 \frac{​ 2 ​ ​}{​ 3 ​}

\frac{​ 1 8 p - 1 ​ ​}{​ 3 p ​}

Slide 11 - Quizvraag

9: Herleid.

3 x^{​ 2 ​ ​} y + 10 x y^{​ 2 ​ ​}

13 x^{​ 3 ​ ​} y^{​ 3 ​ ​}

13 x^{​ 2 ​ ​} y^{​ 2 ​ ​}

19 x^{​ 2 ​ ​} y

Kan niet.

Slide 12 - Quizvraag

10: Herleid.

4 a b^{​ 2 ​ ​} - 6 a b^{​ 2 ​ ​}

- 2 a b^{​ 2 ​ ​}

-2

10 a b^{​ 2 ​ ​}

Kan niet.

Slide 13 - Quizvraag

11: Herleid.

\frac{​ - 1 5 x ^{​ 14 ​ ​} ​ ​}{​ 5 x ^{​ 7 ​ ​} ​}

- 3 x^{​ 2 ​ ​}

\frac{​ - 1 5 x ^{​ 7 ​ ​} ​ ​}{​ 5 ​}

- 3 x^{​ 7 ​ ​}

\frac{​ - 3 x ^{​ 14 ​ ​} ​ ​}{​ x ^{​ 7 ​ ​} ​}

Slide 14 - Quizvraag

12: Herleid.

(3 k^{​ 4 ​ ​})^{​ 2 ​ ​}

9 k^{​ 6 ​ ​}

9 k^{​ 8 ​ ​}

Slide 15 - Quizvraag

13: Herleid.

\frac{​ ( 2 x ^{​ 3 ​ ​} ) ^{​ 4 ​ ​} ​ ​}{​ x ^{​ 9 ​ ​} ​}

2 x^{​ 3 ​ ​}

\frac{​ 2 ​ ​}{​ x ^{​ 2 ​ ​} ​}

16 x^{​ 3 ​ ​}

\frac{​ 1 6 ​ ​}{​ x ^{​ 2 ​ ​} ​}

Slide 16 - Quizvraag

14: Herleid.

3 (x^{​ 5 ​ ​})^{​ 4 ​ ​} \cdot 2 x^{​ 6 ​ ​}

6 x^{​ 26 ​ ​}

162 x^{​ 26 ​ ​}

6 x^{​ 15 ​ ​}

3 x^{​ 20 ​ ​} + 2 x^{​ 6 ​ ​}

Slide 17 - Quizvraag

15: Herleid.

(- 7 x^{​ 3 ​ ​} y z^{​ 5 ​ ​})^{​ 2 ​ ​}

- 14 x^{​ 6 ​ ​} y^{​ 2 ​ ​} z^{​ 10 ​ ​}

49 x^{​ 5 ​ ​} y^{​ 3 ​ ​} z^{​ 7 ​ ​}

49 x^{​ 6 ​ ​} y^{​ 2 ​ ​} z^{​ 10 ​ ​}

- 49 x^{​ 6 ​ ​} y^{​ 2 ​ ​} z^{​ 10 ​ ​}

Slide 18 - Quizvraag

16: Zet het getal in de wetenschappelijke notatie:
300 000

3 \cdot 10^{​ 4 ​ ​}

3 \cdot 10^{​ 6 ​ ​}

3 \cdot 10^{​ 5 ​ ​}

3 \cdot 10^{​ - 5 ​ ​}

Slide 19 - Quizvraag

17: Zet het getal in de wetenschappelijke notatie:
789 100 000

7, 891 \cdot 10^{​ 8 ​ ​}

7891 \cdot 10^{​ 5 ​ ​}

7, 891 \cdot 10^{​ 5 ​ ​}

7, 891 \cdot 10^{​ 7 ​ ​}

Slide 20 - Quizvraag

18: Zet het getal in de wetenschappelijke notatie:
0,0000213

213 \cdot 10^{​ - 7 ​ ​}

2, 13 \cdot 10^{​ 5 ​ ​}

2, 13 \cdot 10^{​ - 4 ​ ​}

2, 13 \cdot 10^{​ - 5 ​ ​}

Slide 21 - Quizvraag

Zelfstandige werktijd

- Je bent aan het werk voor wiskunde.
- Je mag overleggen als je er zelf niet uit komt.

timer

10:00

Slide 22 - Tekstslide

Stil werken

Je bent zelfstandig en stil aan het werk.
Je mag nu niet met elkaar overleggen.

- Maakwerk deze les: §

timer

10:00

Slide 23 - Tekstslide

Afsluiting

Heb je het lesdoel/de lesdoelen bereikt?

Opmerkingen over de les of voor de volgende les.

Slide 24 - Tekstslide

Quiz hele hoofdstuk

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Quizvraag

Slide 3 - Quizvraag

Slide 4 - Quizvraag

Slide 5 - Quizvraag

Slide 6 - Quizvraag

Slide 7 - Quizvraag

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Quizvraag

Slide 10 - Quizvraag

Slide 11 - Quizvraag

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Quizvraag

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Quizvraag

Slide 16 - Quizvraag

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Quizvraag

Slide 19 - Quizvraag

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Quizvraag

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Meer lessen zoals deze

Quiz hele hoofdstuk

Quiz hele hoofdstuk

grote en kleine getallen in de wetenschappelijke notatie kopie

Wetenschappelijke notatie

H8 - HAVO- Herleiden en machten

Wetenschappelijke notatie

H8 - HAVO- Herleiden en machten

2021 - H8 - HAVO- Herleiden en machten