factor

Procenten en factor


Laat bij de open vragen ook steeds de berekening zien!
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 3

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

Onderdelen in deze les

Procenten en factor


Laat bij de open vragen ook steeds de berekening zien!

Slide 1 - Tekstslide

Laat de berekening zien voor de nieuwe prijs:
Een fiets kost € 645,- en je krijgt 15% korting

Slide 2 - Open vraag

Op een schooltas van € 47,50 krijg je 7,5% kroting. Wat is de nieuwe prijs?

Slide 3 - Open vraag

De korting op een jurk van € 94,50 is 12%. Wat kost de jurk met korting?

Slide 4 - Open vraag

Een museumjaarkaart van € 59,- wordt 4% duurder. Wat is de nieuwe prijs?

Slide 5 - Open vraag

De verzekering van een scooter gaat van € 245 met 6% omhoog. Wat is de nieuwe prijs?

Slide 6 - Open vraag

Welke factor hoort erbij?
30 % korting
A
0,3
B
0,7
C
1,03
D
1,3

Slide 7 - Quizvraag

Welke factor hoort erbij?
8%
A
0,08
B
0,8
C
8
D
1,08

Slide 8 - Quizvraag

Prijs inclusief 21% btw
A
0,21
B
0,79
C
1,21
D
21

Slide 9 - Quizvraag

Hoeveel procent komt erbij of gaat eraf bij de volgende factor: 1,035
A
35% erbij
B
3,5% eraf
C
3,5% erbij
D
35% eraf

Slide 10 - Quizvraag

Hoeveel procent komt erbij of gaat eraf bij de volgende factor: 0,725
A
27,5% eraf
B
27,5% erbij
C
72,5% eraf
D
72,5% erbij

Slide 11 - Quizvraag