Bio H4 Th5 Bs1 Regeling en homeostase

Bs1: Regeling en homeostase
1 / 23
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Bs1: Regeling en homeostase

Slide 1 - Tekstslide

Thema 5: Regeling
  1. Regeling en homeostase
  2. Hormonale regeling
  3. Zenuwstelsel
  4. Reflexen en het autonome zenuwstelsel
  5. Neurale regulatie
  6. Spieren en beweging

Slide 2 - Tekstslide

Regeling van een evenwicht
Bijv. suikergehalte in het bloed

Suikergehalte schommelt rond een evenwicht: de bloedsuikerspiegel

Slide 3 - Tekstslide

Wat zijn omstandigheden in het lichaam die gelijk worden gehouden?

Slide 4 - Woordweb

Na deze les kun je...
  • Het begrip homeostase omschrijven
  • Uitleggen wat wordt bedoeld met een regelkring
  • De begrippen negatieve- en positieve terugkoppeling beschrijven en herkennen 
  • Onderscheid maken tussen het interne- en externe milieu van een organisme

Slide 5 - Tekstslide

Regelkring
-Sensor

-Controlecentrum

-Uitvoerder (effector)

Slide 6 - Tekstslide

Normwaarde en dynamisch evenwicht

Slide 7 - Tekstslide

Regelkringen in het menselijk lichaam
  • Bloedsuikerspiegel
  • Temperatuur
  • Zuurstofconcentratie
  • Osmotische waarde
  • Hormoonspiegels 

Slide 8 - Tekstslide

Homeostase = Het in stand houden van een dynamisch evenwicht in het inwendig milieu van organismen
Aantekening

Slide 9 - Tekstslide

Teelballen
Hypothalamus
Hypofyse
+
+
-
-

Slide 10 - Sleepvraag

Terugkoppeling
Negatieve terugkoppeling: als het proces geremd wordt door een toename van het resultaat (hogere temperatuur remt verwarming)
Positieve terugkoppeling: als het proces versterkt wordt door een toename van het resultaat (hogere temperatuur zet verwarming nog harder aan)
Aantekening

Slide 11 - Tekstslide

Inwendig vs. uitwendig milieu
Donutmodel



Inwendig milieu: bloed en weefselvloeistof

Uitwendig milieu: de omgeving

Slide 12 - Tekstslide

Ik kom chagrijnig de klas in en begin zo de les. Jullie vinden het maar niks en beginnen vervelend te doen. Ik wordt nog chagrijniger en stuur er iemand uit. Dit is een voorbeeld van...
A
Positieve terugkoppeling
B
Negatieve terugkoppeling

Slide 13 - Quizvraag

Tijd voor opdrachten 1  & 2
Blz. 11 in je b-boek


Slide 14 - Tekstslide

Sleep de juiste namen achter de nummers 
1 =
2 =
3 =
4 =
5 =
Schildkier
Hypofyse
Teelbal(len)
Eilandjes van Langerhans
Bijnieren

Slide 15 - Sleepvraag



  1. Groeihormoon (GH)
  2. ADH (antidiuretisch hormoon)
  3. Oxytocine
  4. Schildklierhormoon (thyroxine)
  5. Adrenaline
  6. EPO (erytropoëtine)
  7. Insuline
  8. Glucagon


  1. Testosteron
  2. Oestrogeen
  3. Progesteron
  4. FSH (follikelstimulerend hormoon) 
  5. LH (luteïniserend hormoon)
Hormonen die je moet kennen:

Hormonen die je al kent:

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Bloedsuikerspiegel = hoeveel suiker er in je bloed zit

Wordt geregeld door 2 hormonen: insuline en glucagon
Suiker (glucose)
Glycogeen (geen glucose)
Insuline
Glucagon

Slide 18 - Tekstslide

Eilandjes van Langerhans
  • Hormoonklier die insuline en glucagon maakt

  • Insuline zet glucose om in glycogeen
  • Glucagon zet glycogeen om in glucose

Aantekening

Slide 19 - Tekstslide

Bloedsuikerspiegel = hoeveel suiker er in je bloed zit

Wordt geregeld door 2 hormonen: insuline en glucagon
Suiker (glucose)
Glycogeen (geen glucose)
Insuline
Glucagon

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Diabetes
Ziekte waarbij 
  • je lichaam te weinig insuline maakt (diabetes type 1) 
  • of je lichaam niet goed reageert op insuline (diabetes type 2)

Slide 22 - Tekstslide

Hw. opdr. 16
Blz. 19 in je b-boek


Slide 23 - Tekstslide