Cellen en celstofwisseling 4T examentraining

Cellen staan aan de basis
Examentraining 
Examentraining:               Bi K4

Cellen en celstofwisseling
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 4

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Cellen staan aan de basis
Examentraining 
Examentraining:               Bi K4

Cellen en celstofwisseling

Slide 1 - Tekstslide

Levenskenmerken
  • Groeien
  • Ontwikkeling
  • Voortplanting
  • Reageren op prikkels
  • Uitscheiden
  • Ademen
  • Voeden
  • Waarnemen

Slide 2 - Tekstslide

4 rijken = 
4 cellen    
  

  1. bacterie
  2. dier
  3. plant
  4. schimmel

Slide 3 - Tekstslide

Celonderdelen
  • celwand
  • celmembraan
  • celkern (chromosomen)
  • cytoplasma
  • bladgroenkorrels (plastiden)
  • vacuole


Slide 4 - Tekstslide

Plantencel
Dierlijke cel
schimmel
Bacterie
celwand 
celkern
(bladgroen) korrel
celmembraan
vacuole

Slide 5 - Sleepvraag


Wat is de juiste volgorde van klein naar groot?
A
Weefsel, cel, orgaan
B
cel, weefsel, orgaan
C
orgaan, cel, weefsel
D
cel, orgaan, weefsel

Slide 6 - Quizvraag

Bij een onderzoek van het darmslijmvlies van een patiënt worden behalve slijmvliescellen ook cellen van onverteerde plantenresten aangetroffen.
Enkele delen in en om een cel kunnen zijn:
celkern, celmembraan en celwand.
Welk van deze delen heeft een plantencel wel,
maar een cel uit het darmslijmvlies niet?
A
een celkern
B
een celmembraan
C
een celwand

Slide 7 - Quizvraag

Waar in een plantencel bevinden zich de bladgroenkorrels?
A
vacuole
B
cytoplasma
C
celwand
D
celkern

Slide 8 - Quizvraag

De micro-organismen in het verteringskanaal van een koe maken enzymen die cellulose uit het plantaardige voedsel afbreken.
Waarin bevindt zich vooral veel cellulose?
A
bladgroenkorrels
B
celwand
C
celmembraan
D
cytoplasma

Slide 9 - Quizvraag

van groot naar klein

Slide 10 - Tekstslide

Plantaardige weefsels
Dekweefsel = bescherming tegen uitdroging
vaatbundels zorgen voor stevigheid, houtstof en transport
steunweefsel= vezels zorgt voor stevigheid
bladmoes= weefsel met cellen met bladgroenkorrels.

Slide 11 - Tekstslide

Dierlijke weefsels
spierweefsel
zenuwweefsel
beenderweefsel enzovoort
bindweefsel= zachte tussencelstof, opslag van vet.

Slide 12 - Tekstslide

orgaanstelsel: een groep samenwerkende organen

Slide 13 - Tekstslide

orgaanstelsel
een groep organen die samen een bepaalde functie hebben
voorbeelden:
verteringsstelsel, beenderenstelsel, spierstelsel, bloedvatenstelsel, ademhalingsstelsel, zenuwstelsel

Slide 14 - Tekstslide

Stofwisseling in cellen
Organische stoffen komen voor in de levende natuur
vetten, koolhydraten, eiwitten
Anorganische stoffen komen uit de levenloze natuur
ijzer, kalk, jodium, magnesium, zuurstof

Slide 15 - Tekstslide

Fotosynthese

Slide 16 - Tekstslide

Voorwaarden voor fotosynthese:
  • voldoende (zon)licht
voldoende koolstofdioxide
bladgroenkorrels
voldoende water
gunstige temperatuur

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Enzymen

Slide 19 - Tekstslide

Wat heb je nodig voor fotosynthese?
A
Voldoende water
B
Bladgroenkorrels
C
Gunstige temperatuur
D
Alle drie: A,B en C

Slide 20 - Quizvraag

Welk dier verbrand meer?
A
Kikker in een bak met 10 graden Celsius
B
Kikker in een bak met 20 graden Celsius
C
muis in een bak met 10 graden Celsius

Slide 21 - Quizvraag

Waar ontstaat de meeste koolstofdioxide?
A
Bak met een plant in het licht
B
Bak met een plant in het donker
C
Dier in een bak met licht
D
Slapend dier in het donker

Slide 22 - Quizvraag

Waar is de meeste enzymactiviteit?
A
Bij een temperatuur van 30 graden Celsius
B
Bij een temperatuur van 90 graden Celsius

Slide 23 - Quizvraag

Huiswerk
Leren bladzijde 7 t/m 18 van "Samengevat"
Oefenen Quizlet

Slide 24 - Tekstslide