In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 90 min
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Slide 3 - Tekstslide
De koopovereenkomst kan als volgt worden ingedeeld:
Overeenkomst om niet
Overeenkomst om baat
Wederkerige overeenkomst
Eenzijdige overeenkomst
Onbenoemde overeenkomst
Benoemde overeenkomst
Slide 4 - Sleepvraag
Slide 5 - Tekstslide
Hoe zit het met 'aanbetalen'?
Slide 6 - Tekstslide
Welk voordeel heeft het uitoefenen van het Recht van reclame ten opzichte van het ontbinden van de overeenkomst wanneer de koper niet betaalt?
Slide 7 - Open vraag
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Wat is het verschil tussen de fabrieksgarantie en de wettelijke garantie?
A
Bij de fabrieksgarantie geldt voor de fabrikant een omgekeerde bewijslast, hij moet aantonen dat de klant de zaak niet goed heeft gebruikt
B
Bij de wettelijke garantie geldt voor de fabrikant een omgekeerde bewijslast, hij moet aantonen dat de klant de zaak niet goed heeft gebruikt
Slide 11 - Quizvraag
Wat geldt er voor de wettelijke garantie?
A
Bij de wettelijke garantie moet de fabrikant bewijzen dat de klant de zaak niet goed heeft gebruikt.
B
Bij de wettelijke garantie moet de klant bewijzen dat het product niet aan de overeenkomst beantwoordt (= conformiteitseis)
Slide 12 - Quizvraag
Slide 13 - Tekstslide
Als een consument een woning koopt moet de koop schriftelijk worden vastgelegd. Verder geldt een bedenktijd van drie dagen. Stel dat deze deze drie dagen zaterdag, zondag en maandag zijn. Hoe lang is dan de bedenktijd?
Slide 14 - Open vraag
Slide 15 - Tekstslide
Opdracht 16
Maak deze opdracht in je groepje. We bespreken hem klassikaal