H6 mavo 4 gram G I en D-toets 2021

Chapitre 6
Destination Paris!
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Chapitre 6
Destination Paris!

Slide 1 - Tekstslide

Sur la table....
* TES LIVRES: 
Livre de textes 
livre d'exercices B

* TON CAHIER
* TA TROUSSE
* TON ORDINATEUR

Slide 2 - Tekstslide

Prends tes livres!
Livre de textes:
page  78 et 79

Livre d'exercices B
page 66 jusqu'au 68





Slide 3 - Tekstslide

Les comparaisons/de trappen van vergelijking
Wat wordt bedoelt met de trappen van vergelijking?

Slide 4 - Tekstslide

De trappen van vergelijking!
Je gebruikt dus bijvoeglijke naamwoorden om het ene met het andere te vergelijken:  groot, klein, aardig, lang, aardig, hoog, sterk, duur etc.
In het Fans maak je een vergelijking met de woorden: moins (-)  
                                                                                       plus (+)
                                                                                       aussi (=)

Slide 5 - Tekstslide

De vertaling
 De voorbeelden vertaalt in het Frans: 
1. Mon frère est plus gentil que ma soeur.                  (+)  enkv   nee
2. Sa mère est moins petite que son père.                  (-)   enkv   ja
3. Les chats sont aussi grands que les chiens.           (=)  mv     ja

Slide 6 - Tekstslide

Stappenplan
Stap 1 : check: gebruik je: moins  of  plus of aussi?
Stap 2 : staat de zin in het meervoud of in het enkelvoud?
Stap 3 : moet ik het bijvoeglijk naamwoord nog aanpassen?


Slide 7 - Tekstslide

Laat nu zien dat jij de grammatica kan toepassen!
Vertaal de volgende zinnen in het Frans in je schrift: 
1. Mijn vriendin is kleiner dan mijn vriend.
2. De huizen zijn minder klein dan de tuinen.
3. Het restaurant is even duur als het café.

Slide 8 - Tekstslide

Les réponses!
Les traductions: 
1. Ma copine est plus petite que mon ami.
1. Mon amie est ......................................
2. Les maisons sont moins petites que  les jardins.
3. Le restaurant est aussi cher que le café.

Slide 9 - Tekstslide

Questions !
* H grammatica         : page 66 t/m 69   opdracht  31 c en d  32 a en b

Hoe ging het huiswerk? Zijn er vragen?
Les devoirs c'était comment? Il y a des questions?

Daarna de 3 zinnen uit je schrift!










Slide 10 - Tekstslide

Vul in: Paul et Patrick sont (grand,-).... que leur ami.

Slide 11 - Open vraag

Au travail
Wat          : Maken H opdracht 33 (blz. 68)
Hoe          : Lees eerst goed de vraag 
Wie          :  Je werkt zelfstandig en alleen in stilte (ZS)
Tijd           :  8 minuten
Klaar        : Maken opdracht 2 t/m 5 van de D-toets (zie blz. 79 t/m 82
Resultaat : Samen bespreken.


Slide 12 - Tekstslide

Wat leer je voor SEI?
Wat          : Hoofdstuk 6 A t/m I  en teksten
Hoe          : Vocabulaire A B E F G Fr-Nl en Nl-Fr
                   Grammatica C en H  + de aantekeningen in je schrift
                   Phrases-Clés  D en I Fr-Nl en Nl-Fr
Wanneer  : Dinsdag 2 november 8.30 uur

Maak de D-toets van hoofdstuk 6. Die staat op blz. 79 t/m 82 in je werkboek. Opdracht 2 t/m 5. Zo ziet het SE er ook uit. 



Slide 13 - Tekstslide

Les devoirs

Slide 14 - Tekstslide

Parler français!

Slide 15 - Tekstslide

Qu'est-ce que tu aimes faire à Paris?
Quand il fait beau, j'aime faire  le jeu de piste.

Slide 16 - Tekstslide

Et quand il fait mauvais?
Quand il pleut, je préfère aller au musée.



Slide 17 - Tekstslide

Quelle attraction est plus amusante?
Selon moi, le jeu de piste est plus amusant que le musée.



Slide 18 - Tekstslide

Quelle attraction est moins chère?
Le jeu de piste est moins cher que le musée.




Slide 19 - Tekstslide

Quels sont les horaires d'ouverture?
Ils sont ouverts de 09h00 à 18hoo.





Slide 20 - Tekstslide

Prends ton cahier!
Il faut prendre des notes!

Slide 21 - Tekstslide