Observeren en rapporteren

Observeren en  Rapporteren
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
zorggerelateerde vakkenMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Observeren en  Rapporteren

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Lesdoelen
de student kan uitleggen wat observeren inhoudt en kent de valkuilen bij observeren 
De student kan uitleggen waarom rapporteren belangrijk is.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vaardigheden in het beroepsmatig handelen:
Vaardigheden in het beroepsmatig handelen:
* Waarnemen
*Observeren
*Signaleren
*Rapporteren

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Waarnemen
Waarnemen:
  • Opnemen van informatie d.m.v. de zintuigen
  • Onbewust, de hele dag, elk moment
  • Selectief waarnemen: Je bepaalt (bewust of onbewust) zelf wat je wilt waarnemen

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Met welke zintuigen kan je waarnemen en informatie verzamelen

Slide 5 - Open vraag

Tastzin
Gezichtsvermogen
Gehoor
Reuk 
Waarnemen
  • Oren= luisteren
  • Ogen= kijken
  • Tastzin= voelen
  • Reukzin= ruiken
  • Smaakzin = proeven

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Observeren

Bewust, doelgericht iets waarnemen

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

subjectief en objectief 
Wat betekenen deze begrippen? 

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Observatiemethodes
  • Zonder meetinstrument, gebruik van zintuigen.
  • Met meetinstrument, een risicosignalering lijst, bloeddrukmeter 

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Signaleren
  • Het vaststellen van veranderingen bij de zorgvrager. 
  • Signaleren van veranderingen kan leiden tot eventuele acties.
  • na signaleren en eventuele acties altijd......rapporteren!

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Rapporteren
Het schriftelijk/mondeling verslag doen van gebeurtenissen of situaties die zijn waargenomen. 

Je rapporteert het zorgproces van de zorgvrager

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

rapportage
Wie rapporteert: 
Helpende, EVV-er, verpleegkundige, verzorgende, arts, fysio, ergo 
(alle betrokken disciplines)

Wat rapporteer je: 
Alle informatie die belangrijk is voor goede zorgverlening. 
Bijvoorbeeld hoe het gaat met iemand, evt. problemen, behaalde doelen, veranderingen, wensen, afspraken, etc.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

wie heeft er hinder van als jij slecht rapporteert?

Slide 14 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Rapportage:
Mondeling
schriftelijk 

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een nadeel van schriftelijk rapporteren?
A
Er is beïnvloeding van anderen of door anderen.
B
Het is niet efficiënt.
C
Er is geen directe feedback dus je weet niet of informatie goed overkomt.
D
De kern van de rapportage gaat vaak verloren.

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

welke handelingen voor jij uit voordat je de daadwerkelijke vtv uitvoert

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

wat is de relatie tussen rapporteren en kwaliteitszorg?

Slide 18 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

wat is coördineren van zorg?

Slide 19 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies