19-05

• Engels
• Middelbare school
• havo
• Leerjaar 1

Welcome!

•  Stop je telefoon in de telefoontas
• Laptop blijft in de tas.
  
• Pak een pen en papier voor aantekeningen
  
• Let op dat je stil bent als we gaan beginnen
  

Planning

•  Grammatica uitleg/herhaling
• Werkblad maken
• Als er tijd over is, opdrachten maken
  

5.4: Reading

•  A lot about the history of Ireland
• Bog Bodies?

• Lessongoal: You can describe a body using English words.
  
• You can use the past simple in a sentence to talk about the past.
  
• You can use the reading strategy: scanning
  

Grammar: Past simple

•  You have all completed the lessonup
• When do you use the past simple?
• How do you use it?
• Can you give an example? What did you do yesterday?
  

Past simple

•  Wanneer iets vroeger gebeurd is en nu niet meer.
  
• Vorm: Ww + ed
• Welke spellingsregels weet je nog?
  

Spellingsregels

1.      Eindigt een werkwoord op -e zoals live?
    Dan voeg je alleen een -d toe.

    Dus: live wordt lived

2.  Eindigt een werkwoord op een medeklinker en daarna een -y zoals try?
Dan vervang je de -y met een -i in de past simple en zet je er weer -ed achter in de verleden tijd
Dus: try wordt tried

Spellingsregels

3.  Eindigt een werkwoord op een klinker en -y zoals play?
Dan zet je er gewoon -ed achter in de verleden tijd

Dus play wordt played

4.  Eindigt een werkwoord op een klinker en een medeklinker zoals: Stop of clap?
Dan verdubbel je de laatste medeklinker in de verleden tijd
Dus stop wordt stopped en clap wordt clapped

Spellingsregels

5.  Eindigt een werkwoord op een -L en heeft het 2 of meer lettergrepen zoals travel en cancel?
Dan verdubbel je de L in de verleden tijd
Travel wordt dan travelled en cancel wordt dan cancelled

In het kort let op bij:

•  Werkwoorden die eindigen op -e
• Werkwoorden die eindigen op -y
  
• Werkwoorden die eindigen op een klinker en dan een medeklinker
• Werkwoorden die eindigen op -L
• Je leert deze spellingregels herkennen en toepassen door veel te oefenen!
  

Let op onregelmatige werkwoorden

•  Soms veranderd de klank van een werkwoord in de verleden tijd.
  
• Deze moet je uit je hoofd leren
• Voorbeelden: Break - broke, begin - began, buy - bought ,   be - was, say - said, become - became etc.
  
• Je krijgt een lijst met alle onregelmatige werkwoorden.
  

Werkblad maken

•  Maak het werkblad om te kijken of je het goed snapt
• Gebruik je blad met onregelmatige werkwoorden
• Je mag fluisterend overleggen met je buur als je het even niet weet.
  
• We gaan de laatste 10 minuten van de les nakijken
• Eerder klaar? Verder met de opdrachten van 4.4: 1-10 of ga woorden leren
  

Nakijken

Huiswerk

Leer de woorden van 4.2 en 4.4

Maandag klein oefen s.o.

Ga alle onregelmatige werkwoorden bij langs

Voor de mensen die toets in moeten halen: leer voor de toets!