Syllabus: Nieuwe Wereldorde (vanaf 1990)

Syllabus: Nieuwe wereldorde (vanaf 1990)
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Syllabus: Nieuwe wereldorde (vanaf 1990)

Slide 1 - Tekstslide

de gevolgen van het einde van de Koude Oorlog en de daardoor gewijzigde machtsverhoudingen herkennen en beschrijven.

  • einde communistisch Oost-Europa
  • uiteenvallen van de Sovjet-Unie (1990-1991)
  • einde Koude Oorlog 
  • ontstaan van nieuwe staten 
  • Duitse eenwording: De vereniging van Oost-Duitsland en West-Duitsland in 1990 tot één land
  • Herlevend nationalisme in Europa

Slide 2 - Tekstslide

de gevolgen van het einde van de Koude Oorlog en de daardoor gewijzigde machtsverhoudingen herkennen en beschrijven.

  • uitbreiding van de NAVO door samenwerking met voormalige tegenstanders uit Oost- Europa 
  • internationaal terrorisme: Terroristen plegen overal ter wereld aanslagen.
  • 11-9-2001: de dag waarop moslims van Al Qaida vier Amerikaanse passagiersvliegtuigen kaapten en grote aanslagen pleegden in de VS. 

Slide 3 - Tekstslide

de kenmerkende gebeurtenissen en ontwikkelingen in Nederland in het juiste tijdsgewricht plaatsen en toepassen.
  • Economische groei in jaren negentig 
  • poldermodel (overlegeconomie)
  • de verzorgingsstaat ter discussie 
  • bezorgdheid over nationale cultuur (identiteit)
  • multiculturele samenleving: Een samenleving die bestaat uit mensen met verschillende culturen.

Slide 4 - Tekstslide

de kenmerkende gebeurtenissen en ontwikkelingen in Nederland in het juiste tijdsgewricht plaatsen en toepassen.
  • secularisatie: ontkerkelijking: steeds minder mensen gingen naar de kerk. 
  • individualisering 
  • nieuwe media 
  • globalisering: Verbondenheid van de wereldeconomie; stromen geld, informatie, goederen en mensen trekken zich niets meer aan van grenzen. 

Slide 5 - Tekstslide

de gevolgen van voortgaande Europese
samenwerking voor Nederland herkennen en
beschrijven.
  • de Nederlandse autonomie onder druk door de
    verandering van EG naar EU (1993) en de invoering van de euro (2002): 
  • - discussie over richting EU: Europa een verzameling van
    nationale staten of een Verenigde Staten van Europa?

Slide 6 - Tekstslide

de gevolgen van voortgaande Europese
samenwerking voor Nederland herkennen en
beschrijven.
  • democratisch tekort: relatie Europees Parlement /
    Europese Commissie / Raad van Ministers 
  • invloed op het dagelijks leven als gevolg van de
    voortgaande Europese samenwerking.

Slide 7 - Tekstslide

de kenmerkende gebeurtenissen en
ontwikkelingen in de Nederlandse staatsinrichting
herkennen en beschrijven.
  • referendum: een volksraadpleging over een wet of maatregel waar iedereen met stemrecht voor of tegen mag stemmen
  • opkomst van het populisme: Een soort politiek waarbij mensen vinden dat er eenvoudige oplossingen zijn voor de grote maatschappelijke problemen die het volk bezighouden. 

Slide 8 - Tekstslide


Stel 1 vraag over iets dat je
deze les nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 9 - Open vraag


Schrijf 3 dingen op die
je deze les hebt geleerd

Slide 10 - Open vraag