2.6 Begrijpend lezen h.2 (2.1+ 2.2) (3F)

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

In één emoticon samengevat:
Hoe was je vakantie?
😒🙁😐🙂😃

Slide 2 - Poll

Wat gaan we doen?
Lezen hoofdstuk 2
§2.1 De indeling van teksten                             (kort herhalen theorie)
§2.2 Deelonderwerpen herkennen               (interactieve theorie)
§2.2 zelfstandig opgaven maken

Weektaken         : §2.2 lesopgaven maken + duovlog maken & inleveren

!! toets Lezen hoofdstuk 2 verplaatst naar toetsweek / eerste les periode 3

Slide 3 - Tekstslide

§2.1 De indeling van teksten

Slide 4 - Tekstslide

timer
0:45
Uit welke 4 vaste
tekstdelen bestaat
een tekst meestal?

Slide 5 - Woordweb

Wat is een lead?
A
de inleiding van de tekst
B
het onderwerp van de tekst
C
de hoofdgedachte van de tekst
D
het vetgedrukte deel onder de titel

Slide 6 - Quizvraag

§2.1 SAMENGEVAT
Aan de opmaak van een tekst kun je vaak de structuur al zien. Vrijwel iedere tekst heeft dezelfde tekstdelen: titel, [lead*,] inleiding, kern en slot

In een goed opgebouwde tekst bestaan er logische verbanden tussen de tekstdelen. Ook heeft elk tekstdeel zijn eigen functie:

- belangstelling wekken, introductie onderwerp, vraagstelling, uitleg opbouw
- uitleg onderwerp, hoofdgedachte uitwerken, deelonderwerpen bespreken
- samenvatting, conclusie, oproep, afweging en/of aanbeveling

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

§2.2 Deelonderwerpen herkennen
Oriëntatie/lesdoel:
- na de les herken je de deelonderwerpen van een tekst

Slide 9 - Tekstslide

Wat is de hoofdgedachte van een tekst?
A
Het onderwerp van de tekst
B
De inhoud van de tekst
C
In één zin samengevat waar de tekst precies over gaat
D
Dat wat de schrijver ons wil leren

Slide 10 - Quizvraag

Wat is de ONDERWERP van een tekst?
A
de kortst mogelijke samenvatting van de tekst in één zin
B
beschrijft in één woord of in een paar woorden waarover de hele tekst gaat
C
de mening van de lezer
D
de voorkennis van de lezer over de tekst

Slide 11 - Quizvraag

Wat is een deelonderwerp van een tekst?
A
Het belangrijkste onderwerp van de hele tekst
B
Het besproken onderwerp van een alinea
C
De persoonlijke mening van de schrijver in een tekst
D
De titel, inleiding, kern, slot

Slide 12 - Quizvraag

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Aan de slag...
Maak deze opdrachten van Lezen 2.2 (= Lez2):  

  • opdracht 1 "Waarom zijn clowns eng?
  • opdracht 2 "Bussemaker: mbo moet beter inspelen op bedrijfsleven"
  • Extra opdracht 1 "Grote verschillen in hondenbelasting"


Eerder klaar? Maak alvast de andere opdrachten van de paragraaf

Na

timer
15:00

Slide 19 - Tekstslide

Afronding: waaraan herken je het deelonderwerp van een tekst?

Slide 20 - Open vraag

Stel je vraag/vragen over de behandelde lesstof

(als je geen vragen hebt, zet je een streepje neer).

Slide 21 - Open vraag

Wat hebben we gedaan?
  • Je hebt jouw voorkennis opgehaald over het vinden van het onderwerp, de hoofdgedachte en de indeling van teksten (titel, inleiding, kern en slot)
  • Je weet wat deelonderwerpen in een tekst zijn
  • Je kunt nu deelonderwerpen herkennen in een tekst
  • Je hebt jouw vragen gesteld over de lesstof

Weektaken         : §2.2 lesopgaven maken + duovlog maken & inleveren

!! toets Lezen hoofdstuk 2 verplaatst naar toetsweek / eerste les periode 3

Slide 22 - Tekstslide