T1B4

Thema 1 - Organen en cellen
B4: Chromosomen
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 1 - Organen en cellen
B4: Chromosomen

Slide 1 - Tekstslide

Organisatieniveau van groot naar klein
A
orgaan -organisme -weefsel -cel -organenstelsel
B
organisme- organenstelsel- orgaan - weefsel - cel
C
weefsel - cel- orgaan - organisme- organenstelsel
D
organenstelsel- orgaan - organisme - weefsel- cel

Slide 2 - Quizvraag

Wat is de huid?
A
orgaan
B
weefsel
C
orgaanstelsel
D
cel

Slide 3 - Quizvraag

Welk orgaan is dit?
A
Maag
B
Long
C
Darmen
D
Lever

Slide 4 - Quizvraag

Welk orgaanstelsel zie je op de afbeelding?
A
Bloedvatenstelsel
B
Beenderstelsel
C
Ademhalingsstelsel
D
Zenuwstelsel

Slide 5 - Quizvraag

Je ziet hier een plaatje van een dierlijke cel.
Welk onderdeel heeft de dierlijke cel niet?
A
Celwand
B
Celkern
C
Celplasma
D
Celmembraan

Slide 6 - Quizvraag


Een dierlijke cel heeft:
A
wel een celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels
B
wel een celkern -GEEN celwand - GEEN bladgroenkorrels
C
GEEN celkern - wel een celwand - GEEN bladgroenkorrels
D
GEEN celkern - wel een celwand - wel bladgroenkorrels

Slide 7 - Quizvraag

Is dit een dierlijke cel of een plantaardige cel?
A
Dierlijke cel
B
Plantaardige cel

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een vacuole bij een plantaardige cel?
A
Een stevige rand om de cel
B
De buitenste rand van het celplasma
C
Een blaasje gevuld met vocht
D
De groene kleur van een plant

Slide 9 - Quizvraag

Is dit een dierlijke cel of een plantaardige cel?
A
Dierlijke cel
B
Plantaardige cel

Slide 10 - Quizvraag

Wat heeft een plantaardige cel wat de andere cellen niet hebben?
A
celwand
B
celkern
C
bladgroenkorrel
D
celmembraan

Slide 11 - Quizvraag

Leerdoelen
Aan het einde van de les kan je uitleggen wat chromosomen zijn.

Slide 12 - Tekstslide

Erfelijke eigenschappen
In de celkern zitten chromosomen.

Chromosomen zijn opgebouwd uit DNA en eiwit.

DNA bevat de informatie voor je erfelijke eigenschappen.

Slide 13 - Tekstslide

Chromosomenportret

Slide 14 - Tekstslide

Chromosomen
De mens heeft in zijn lichaamscellen 46 chromosomen.

Je chromosomen liggen in vaste paren van 2, je hebt dus 23 paar chromosomen.


Slide 15 - Tekstslide

Opdrachten
Maken 1.5 opdracht 1 t/m 6 (blz. 28)

Slide 16 - Tekstslide