4.2 Burgers in de oorlog

4.2 Burgers in de oorlog
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

4.2 Burgers in de oorlog

Slide 1 - Tekstslide

De Tweede Wereldoorlog 

Tijd van Wereldoorlogen
1900- 1950

20e eeuw N.chr.

Slide 2 - Tekstslide

Stap 1
ik zie...


Beschrijf alleen wat je letterlijk ziet. 

Tip:
  • Deel de afbeelding/foto/plaatje in vieren. Per vakje goed kijken naar details. 
Vraag mij af hoe lang dit huwelijk standhoudt

Slide 3 - Tekstslide

Stap 2
Dit betekent....


Koppel kennis wat je weet aan wat je ziet. 


Vraag mij af hoe lang dit huwelijk standhoudt

Slide 4 - Tekstslide

Stap 3
Hieruit concludeer ik...


Je trekt je conclusie oftewel je geeft antwoord op de vraag waarbij de afbeelding hoort. 



Vraag mij af hoe lang dit huwelijk standhoudt

Slide 5 - Tekstslide

Deze les                      
Paragraaf 4.2: Burgers in oorlog 

Aan het einde van de les: 

  • Kan je kenmerken van het oorlogsgeweld tijdens de Tweede Wereldoorlog noemen.
  • Kan je de onderdrukking van de nazi's in West-Europa aan de hand van voorbeelden (2) beschrijven.
  • Kan je oorzaken (2) en gevolgen (2) van de Hongerwinter benoemen.




Slide 6 - Tekstslide

Oorlogsgeweld
In de Tweede Wereldoorlog stierven heel veel mensen. Veel burgerslachtoffers vielen door bombardementen


Geschat:
  • Tussen de 50 en 55 miljoen burgers 
  • Tussen de 21 en 25 miljoen soldaten.


Bombardementen: het werpen van bommen. 

Slide 7 - Tekstslide

Oorlogsgeweld
In Oost-Europa stierven miljoenen mensen door de naziterreur op basis van de Duitse rassenleer. Ook het Stalin-bevel, de oproep om de Duitse bezetter tot de laatste man te vernietigen, had veel doden tot gevolg.



RassenleerTheorie over verschillen tussen 
'mensenrassen’. 
Massa-executie door SS-Einsatzkommando 12b van Einsatzgruppe D in de buurt van Dubossary, Moldavië, 14 september 1941. Ongeveer 4.000 Joden zijn hier vermoord.

Slide 8 - Tekstslide

Oorlogsgeweld
In Azië stierven veel mensen als gevolg van hongersnood en uitbuiting. Toen de Japanners in 1942 Nederlands-Indië veroverden werd iedereen met een Europese achtergrond in kampen opgesloten.

 
  • Jappenkampen.
  • Dwangarbeider: iemand die verplicht 
     werk moest doen.

Slide 9 - Tekstslide

Onderdrukking
In de door de nazi’s veroverde landen volgde gelijkschakeling. Politieke partijen werden verboden en er kwam censuur




Gelijkschakeling: Aanpassing aan het Nazi-bestuur.
Censuur: Controle op publicaties en nieuws. 

Slide 10 - Tekstslide

Onderdrukking
Vanaf 1942 was er de arbeidsinzet. Nazi’s hielden razzia’s om Joden en anderen op te sporen. Gevangenen werden vaak gemarteld en gedeporteerd.




Arbeidsinzet: de verplichting voor mannen van 
17 tot 40 jaar om in Duitsland te werken 
(in Nederland vanaf 1942)
Razzia: klopjacht op mensen 

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Onderdrukking
Veel mensen probeerden hun gewone, dagelijkse leven te leiden, maar sommigen kozen voor collaboratie.


  • Politieagenten.   
  • Soldaten.

Slide 13 - Tekstslide

De winter van 1944  
In de loop van de bezetting ontstond er schaarste. Om iedereen te voorzien van voedsel  zorgde de overheid voor een distributiesysteem. Duitse propaganda beweerde dat tekorten werden veroorzaakt door zwarthandel. 

Schaarste: tekort.
Distributiesysteem: een systeem dat zorgt voor 
een eerlijke verdeling van goederen.
Propaganda: Vaak misleidende informatie die gebruikt 
wordt om aanhangers - steun te winnen.

Slide 14 - Tekstslide

De winter van 1944  
In de winter van 1944 ontstond er een groot voedseltekort in de Randstad.  Deze winter staat bekend als de hongerwinter.
 Oorzaak:
  • Spoorwegstaking van 1944.
  • De staking moet het Duitse troepentransport stilleggen.
  • Niet succesvol.

Gevolg: 
  • De Duitsers hielden voedseltransporten naar het westen tegen.
  • Nog minder voedsel. 

Slide 15 - Tekstslide

De winter van 1944  
Vanuit de Randstad ondernamen mensen hongertochten. In het noorden en oosten van het land was nog wel genoeg voedsel. Ook brachten mensen hun kinderen onder in het noorden en oosten van Nederland.


  • Ruim 20.000 mensen stierven in de hongerwinter.


Hongertochten: tochten naar het platteland voor voedsel.

Slide 16 - Tekstslide