Literaire mindmap les 2

Opdracht literaire mindmap - Les 2
timer
10:00
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Opdracht literaire mindmap - Les 2
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Vier takken links
1.    Schrijver
2. Beoordelingswoorden (minimaal 3 argumenten)
3.    Genre
4.    Vertelperspectief




Zie ook opdracht SomToday>vakken Nederlands
Drie takken rechts
5.    Personages (hoofdpersonen en bijfiguren (helper/tegenstander, karaktereigenschappen, onderlinge relaties)
6.    Tijd (in welk tijd speelt het verhaal? Hoe weet je dat? Chronologie, terugverwijzing, vooruitwijzing, flashbacks, verteltijd, vertelde tijd)
7.    Spanning (op welke manier bouwt de schrijver spanning op?)


Slide 2 - Tekstslide

Vier takken links
1.    Schrijver
2. Beoordelingswoorden (minimaal 3 argumenten)
3.    Genre
4.    Vertelperspectief



Midden:
Titel
Afbeelding (over inhoud van je boek)
Vandaag oefenen met drie takken rechts:
5.    Personages (hoofdpersonen en bijfiguren (helper/tegenstander, karaktereigenschappen, onderlinge relaties)
6.    Tijd (in welk tijd speelt het verhaal? Hoe weet je dat? Chronologie, terugverwijzing, vooruitwijzing, flashbacks, verteltijd, vertelde tijd)
7.    Spanning (op welke manier bouwt de schrijver spanning op?)


Slide 3 - Tekstslide

Aan de slag! Film kijken!
Daarna: theorie & vragen over filmfragment.

Doelen:
- Je oefent met de begrippen voor jouw eigen mindmap.
- Je begrijpt wat de begrippen betekenen.
- Je kunt deze begrippen toepassen op jouw gelezen boek.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

In welke tijd speelt het verhaal zich af? Hoe zie je dat?

Slide 6 - Open vraag

Spanning 
  • Achterhouden van informatie
  • Spelen met tijd/vertragen van tijd
  • Terugverwijzing en vooruitverwijzing
  • Spanningsboog (tijd tussen begin open plek en antwoord)
  • Gedrag hoofdpersoon
  • Verhaalruimte/decor verhaal (setting)- weer/ donker etc.
  • Voorwerpen
  • In een film: achtergrond muziek, ook verhaalruimte/decor, voorwerpen etc.

Slide 7 - Tekstslide

Op welke manieren wordt de spanning in het begin van de film opgebouwd? Noem er minimaal drie.

Slide 8 - Open vraag

Hoofdpersonen, medespelers
Hoofdpersoon: belangrijkste persoon uit het verhaal. Je komt veel over hem/haar/het te weten.

Bijfiguren (medespeler): minder belangrijk dan de hoofdpersoon. Spelen een rol in het leven van de hoofdpersoon. Kunnen helpers/tegenstanders zijn van de hoofdpersoon. Rol kan ook wisselen.

Bijfiguren (figurant:)op de achtergrond aanwezig in het verhaal. Is er ter 'aanvulling'. Je weet amper iets over deze persoon.

Slide 9 - Tekstslide

Wie is de hoofdpersoon van het verhaal?
A
Van Beusekom
B
De Vries
C
Michael
D
Michiel

Slide 10 - Quizvraag

Noem 3 bijfiguren en geef ook in je antwoord aan of het om een helper/tegenstander gaat.

Slide 11 - Open vraag

Is het verhaal chronologisch?
A
Ja
B
Nee

Slide 12 - Quizvraag

Wat is de vertelde tijd?
A
De tijd die het verhaal praktisch in beslag neemt (aantal blz. minuten)
B
De tijd die in het verhaal verstrijkt

Slide 13 - Quizvraag

Vertelde tijd of vertel tijd
Vertelde tijd = tijd die in het verhaal verstrijkt (bijvoorbeeld 10 jaar, 1 dag, 1 schooljaar, 24 uur).

Vertel tijd = tijd die het verhaal praktisch gezien in beslag neemt (bijvoorbeeld 232 bladzijden, 6 uur en 10 minuten om het verhaal te lezen, 123 minuten bij een speelfilm).

Slide 14 - Tekstslide

Karaktereigenschappen hoofdpersoon

Slide 15 - Tekstslide

Hoe zou je het karakter van Michiel omschrijven? Noem 2 eigenschappen.

Slide 16 - Open vraag

Zou je vrienden kunnen worden met Michiel? Leg uit waarom wel/niet.

Slide 17 - Open vraag

Einde les

Slide 18 - Tekstslide