4H 7.4 Veranderende ecosystemen

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Ecologie en milieu
7.1 Organismen
7.2 Populaties
7.3 Ecosystemen
7.4 Veranderde ecosystemen
7.5 Kringlopen
7.6 Duurzaamheid en natuurbescherming
7.7 Voedselproductie
7.8 Energie


BiNaS 93

Slide 2 - Tekstslide

Programma
  • Leerdoelen
  • Uitleg basisstof 7.4 --> Veranderende ecosystemen
  • Opdrachten maken
  • Afsluiting 

Slide 3 - Tekstslide

Leerdoelen 7.4
  • Je kunt aan de hand van kenmerkende soorten enkele ecosystemen beschrijven.
  • Je kunt veranderingen in een ecosysteem beschrijven.
  • Je kunt in een model gegeven informatie over ecosystemen gebruiken, bewerken en analyseren. 






Slide 4 - Tekstslide

Successie
Successie is het proces waarbij  de soortsamenstelling in een gebied verandert en het ecosysteem geleidelijk over gaat in een ander ecosysteem. 

Pionierecosysteem --> beginstadium

Climaxecosysteem --> eindstadium

Slide 5 - Tekstslide

Successie
Pionierecosysteem
  • Abiotische factoren wisselen sterk
  • Eerste vestigingsorganismen dit zijn pionierssoorten--> planten, korstmossen, bacteriën en diertjes
  • Leven kort / vermeerderen snel
  • Gevolg: biomassa neemt toe

Slide 6 - Tekstslide

Successie
Climaxecosysteem
  • Abiotische factoren zijn constant
  • Verschillende lagen in vegetatie
  • Kringloop gesloten
  • Biomassa blijkt nagenoeg gelijk.

Slide 7 - Tekstslide

Successie

Slide 8 - Tekstslide

Successie

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Successie
Fauna volgt flora op in successie

Primaire successie --> successie begint helemaal van voren af aan.
Secondaire successie --> slecht een klein deel van het ecosysteem.

Indicatorsoorten geven aanwijzingen over het milieu b.v. zoutgehalte, voedselrijkdom enz. 

Slide 11 - Tekstslide

Modelleren
Bij dynamisch modelleren op de pc kan de ecoloog variëren met de biotische en abiotische factoren van het ecosysteem en dan zien wat de invloed van deze verandering is op de populaties in het ecosysteem.

Kost veel minder tijd, minder onderzoek voor nodig.

Slide 12 - Tekstslide

Evenwichtsituatie
Bij dynamisch modelleren op de pc kan de ecoloog variëren met de biotische en abiotische factoren van het ecosysteem en dan zien wat de invloed van deze verandering is op de populaties in het ecosysteem.

Kost veel minder tijd, minder onderzoek voor nodig.

Slide 13 - Tekstslide

Evenwichtsituaties
Konijnen houden de populaties grassen en struikachtige planten stabiel.
Geen overwoekering van de struikachtige planten --> want konijnen eten deze op. Hierdoor blijft er genoeg ruimte voor de grassen.

Instabiel bij een epidemie: populatie konijnen neemt sterk af --> houtachtige planten groeien en verdringen de grassen --> geen voedsel voor konijnen, want die kunnen de houtachtige planten niet verteren --> populatie planten zal niet meer hetzelfde zijn als voor de epidemie.

Slide 14 - Tekstslide

Huiswerk

Lezen 7.4
Maken opdracht 23 t/m 28  begrippenlijst maken









Herhalen en/of extra oefenen

Oefenen Biologiepagina.nl


Slide 15 - Tekstslide