taalbeschouwing samengestelde woorden

Samengestelde woorden
Nederlands - leerjaar 1
1 / 29
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 29 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Samengestelde woorden
Nederlands - leerjaar 1

Slide 1 - Tekstslide

Terugblik

Vorige les heb je 
samengestelde woorden met tussen /S/
bekeken.

Als je hem hoort schrijf je hem! 
Vervang eventueel het tweede deel.


Slide 2 - Tekstslide

Vooruitblik

Aan het eind van deze les...



Slide 3 - Tekstslide

  • ...weet je of je een eersteklasleerling of eerste klas leerling bent

Slide 4 - Tekstslide

💤

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Samengestelde woorden
Je kunt nieuwe woorden maken door bestaande woorden samen te voegen

Slide 7 - Tekstslide

vloer
bakker
worst
taart
bezorger
tegel
boterham
pakket
banket
slagroom

Slide 8 - Sleepvraag

kar
stoel
restaurant
boom
bureau
stem
appel
vis
tandarts
fiets

Slide 9 - Sleepvraag

Samengestelde woorden
Je kunt samengestelde woorden uit elkaar halen
Keuken+kast
Fiets+bel
Boeken+plank
Kippen+hok
Kan niet ver + legen
Kan niet ben + ieuwd
Keukenkast
Fietsbel
Boekenplank
Kippenhok
Verlegen 
Benieuwd

Slide 10 - Tekstslide

Samengestelde woorden
Keuken+kast
Wei+vogel
Boek+plank
Seconde+wijzer

Keukenkast  
Weidevogel
Boekenplank
Secondewijzer
 

Slide 11 - Tekstslide

Maak een samenstelling van gegeven woorden.

trap+huis

Slide 12 - Open vraag

Maak een samenstelling van gegeven woorden.

gedachte+sprong

Slide 13 - Open vraag

Maak een samenstelling van gegeven woorden.

la+kast

Slide 14 - Open vraag

Maak een samenstelling van gegeven woorden.

pan+ koek

Slide 15 - Open vraag

Maak een samenstelling van gegeven woorden.

reus + rad

Slide 16 - Open vraag

Maak een samenstelling van gegeven woorden.

wei+vogel

Slide 17 - Open vraag

Maak een samenstelling van gegeven woorden.

vriend+club

Slide 18 - Open vraag

Maak een samenstelling van gegeven woorden.

seconde+wijzer

Slide 19 - Open vraag

Maak een samenstelling van gegeven woorden.

groente+soep

Slide 20 - Open vraag

Maak een samenstelling van gegeven woorden.

hond+riem

Slide 21 - Open vraag

met of zonder /N/
Sleep de woorden op de volgende slide naar het juiste vak. Bedenk of je een regel kan verzinnen wanneer er wel of geen tussen /n/ geschreven moet worden.

Slide 22 - Tekstslide

woorden met /N/
Woorden zonder /N/
Hondenriem
Vriendenclub
Trappenhuis
Reuzenrad
Groentesoep
Weidevogel
Pannenkoek
Gedachtesprong
Ladekast
Secondewijzer

Slide 23 - Sleepvraag

Meervoud van het eerste deel van het woord
Tekst
vriend + club =          vriendenclub
reus + rad =                reuzenrad
pan + koek =             pannenkoek
hond + riem =           hondenriem
trap + huis =.             trappenhuis

Slide 24 - Open vraag

Meervoud van het eerste deel van het woord
Tekst
Groentesoep
Secondewijzer
Gedachtesprong
Ladekast
Weidevogel

Slide 25 - Open vraag

Bedenk nu 3 woorden zonder tussen /n/. Je mag ze ook opzoeken.
Tekst
Groentesoep
Secondewijzer
Gedachtesprong
Ladekast
Weidevogel

Slide 26 - Open vraag

Bedenk nu 3 woorden met tussen /n/. Je mag ze ook opzoeken.
Tekst
 vriendenclub
 reuzenrad
 pannenkoek
 hondenriem
 trappenhuis

Slide 27 - Open vraag

Juiste blad
Ga nu op zoek naar het juiste blad om jouw woorden erbij te schrijven. Bespreek eerst met een ander tweetal of het woord er echt op past.

Slide 28 - Tekstslide

Ga weer zitten op je plek
Zorg dat je alle woorden in je schrift hebt geschreven

Vergeet je schrift niet volgende les. 

Slide 29 - Tekstslide