hoofdstuk 4

Welkom bij Geschiedenis
1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij Geschiedenis

Slide 1 - Tekstslide

Lesdoelen:
  • Je begrijpt hoe Rome groeide van een klein dorp tot een groot wereldrijk.
  • Je weet welke rol het leger, de veroveringen en slaven speelden in de groei van het Romeinse Rijk.
  • Je kent begrippen zoals "Forum Romanum", "Pax Romana" en "klassieke cultuur".

Slide 2 - Tekstslide

Van dorp naar stadstaat

  • Rome begon in de 8e eeuw v.Chr. als klein dorp aan de rivier de Tiber.
  • De Romeinen verdreven de Etrusken en groeiden door handel en landbouw.
  • Rome werd een stadstaat: een stad met een eigen bestuur en leger.

Slide 3 - Tekstslide

Begrippen: 
  • Stadstaat: Een stad die zichzelf bestuurt en een eigen leger heeft.
  • Etrusken: Een machtig volk dat de Romeinen eerst bestuurde.

Slide 4 - Tekstslide

 Veroveringen

  • Rome moest voedsel invoeren omdat het niet genoeg landbouwgrond had.
  • Door oorlogen veroverden de Romeinen veel gebieden, zoals Gallië en Carthago.
  • Na elke verovering werd Rome groter en machtiger.
  • In 146 v.Chr. was Rome de baas rond de Middellandse Zee.

Slide 5 - Tekstslide

Begrippen: 
  • Carthago: Een grote handelsstad in Noord-Afrika, die door Rome werd verslagen.
  • Gallië: Een gebied dat nu Frankrijk en België is, veroverd door Julius Caesar.
  • Imperium: Een groot rijk dat door één volk of keizer wordt bestuurd.

Slide 6 - Tekstslide

Het Forum Romanum
  • Het Forum Romanum was het centrum van het Romeinse Rijk.
  • Hier stonden belangrijke gebouwen, zoals het Senaat en tempels.
  • Het was een plek voor handel, politiek en rechtspraak.


Slide 7 - Tekstslide

Begrippen:

Forum Romanum: Het centrale plein van Rome waar handel, politiek en religie samenkwamen.
Senaat: Een groep mensen die beslissingen namen over het bestuur van Rome.

Slide 8 - Tekstslide

 Sterk leger, rechte wegen
  • Het Romeinse leger was goed georganiseerd en sterk.
  • Soldaten legden rechte wegen aan om snel te reizen en voedsel te vervoeren.
  • Ze bouwden langs die wegen forten om het rijk te verdedigen.

Slide 9 - Tekstslide

Romeins leger: Een sterk en professioneel leger dat nieuwe gebieden veroverde en verdedigde
Romeinse wegen: Rechte en sterke wegen die gebieden in het rijk verbonden.

Slide 10 - Tekstslide

Welkom bij Geschiedenis

Slide 11 - Tekstslide

Lesdoelen:

  • Je leert hoe je bronnen kunt gebruiken om iets te leren over het verleden en hoe je kunt bepalen of een bron betrouwbaar is.

Slide 12 - Tekstslide

Wat is een bron?

Slide 13 - Open vraag

Wat betekent 'een betrouwbare bron'?

Slide 14 - Open vraag

Zijn alle bronnen betrouwbaar?
A
Ja
B
Nee

Slide 15 - Quizvraag

Betrouwbaarheid van bronnen
Er zijn heel veel bronnen, maar…
Is alle informatie juist? Bronnen met juiste informatie zijn betrouwbaar
Betrouwbaarheid kun je controleren doormiddel van vragen:

Slide 16 - Tekstslide

Wanneer is de bron gemaakt/geschreven?
- Is de bron vrij snel na een gebeurtenis geschreven?
- Is het een verhaal van één persoon of zijn er meerdere bronnen die dit onderbouwen?
- Wat komt er soms bij een ervaring kijken?

Slide 17 - Tekstslide

Hoe is de schrijver aan de informatie gekomen?
- Hoe minder schakels, hoe betrouwbaarder
- Wetenschappelijke artikelen
- Functie van de schrijver? (bijvoorbeeld arts of psycholoog)

Slide 18 - Tekstslide

Pak je laptop 
Ga naar Kahoot :)

Slide 19 - Tekstslide

Bruikbaarheid van bronnen
  • Bronnen geven informatie over het verleden.
  • Niet alle bronnen zijn even betrouwbaar.
  • Let op: Wie maakte de bron? Wanneer? Waarom?

Slide 20 - Tekstslide

De Limes 1/2 
  • De limes was de noordgrens van het Romeinse Rijk.
  • Er waren verschillende soorten limes:

- Natuurlijke grenzen: zoals rivieren (bijvoorbeeld de Rijn in Nederland) en bergen. 
- Kunstmatige grenzen: muren, wachttorens en forten die door mensen werden gebouwd.

Slide 21 - Tekstslide

De Limes 2/2
  • Soldaten bewaakten de grens met wachttorens en forten (kleine verdedigingswerken).
  • Handelaren en bewoners zorgden voor economische activiteit. 
  • De limes zorgde niet alleen voor verdediging, maar ook voor handel en uitwisseling van culturen.

Slide 22 - Tekstslide

Germaanse boeren
Germanen woonden in kleine dorpen.
Ze leefden van landbouw en veeteelt.
Door contact met Romeinen leerden ze nieuwe technieken.
Veel Germanen werkten op Romeinse villa's als boeren of ambachtslieden.

Slide 23 - Tekstslide

Paragraaf 4.2
Koningstijd, republiek, keizertijd

Slide 24 - Tekstslide

Leerdoelen 
  • Je kunt beschrijven hoe het Romeinse Rijk van een koninkrijk een republiek werd. 
  • Je kunt met voorbeelden uitleggen hoe de Romeinse bestuurders het volk tevreden hielden. 

Slide 25 - Tekstslide

Van koningstijd naar republiek
Rome had eerst koningen, maar de laatste koning was streng en werd in 509 v.Chr. weggejaagd. Daarna werd Rome een republiek, waarin de macht bij de senaat en twee consuls lag.

Slide 26 - Tekstslide

De senaat

De senaat was een groep rijke en ervaren mannen die advies gaven over oorlog, wetten en geld.

Slide 27 - Tekstslide

Consuls 
De twee consuls bestuurden Rome en leidden het leger. Ze werden elk jaar gekozen en moesten samenwerken. Ze konden elkaar tegenhouden als ze het niet eens waren.

Slide 28 - Tekstslide

Ze werkten samen met:
- De senaat (advies over bestuur).
- De volksvergadering (gewone burgers kozen consuls en stemden over wetten).
- De volkstribunen (zij kwamen op voor de plebejers en konden wetten tegenhouden met vetorecht)

Slide 29 - Tekstslide

Plebejers en volkstribuun
  • Plebejers waren gewone burgers, zoals boeren en ambachtslieden. Ze hadden eerst weinig macht.
  • De volkstribuun was een bestuurder die de plebejers beschermde en wetten kon tegenhouden met het vetorecht.
  • Vetorecht = "Ik verbied het!" → De volkstribuun kon een voorstel blokkeren als het slecht was voor het gewone volk.

Slide 30 - Tekstslide