Week 50

Vandaag
- Stil lezen
- Wat moet ik leren? 
- Oefenopdracht 1
- Oefenopdracht 2
- Nieuwsquiz/ black story?

1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 16 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Vandaag
- Stil lezen
- Wat moet ik leren? 
- Oefenopdracht 1
- Oefenopdracht 2
- Nieuwsquiz/ black story?

Slide 1 - Tekstslide

Stil lezen
Je mag ook werken aan je fictiedossier :) 

Slide 2 - Tekstslide

Wat moet ik leren?
- Als je iets wil zeggen, steek je je vinger op :)
- Schrijf vooral mee :)
- Je levert je schrijfopdracht samen in met de toets :)

Slide 3 - Tekstslide

Oefenopdracht 1
Een goede tekst heeft zes kenmerken. Noteer achter elke uitspraak het juiste kenmerk van een goede tekst. Elk kenmerk komt
één keer voor. 

Slide 4 - Tekstslide

Welk kenmerk?
1. De tekst gaat over een afgebakend onderwerp: 
2. Alle hoofdletters en andere leestekens staan op de goede plaats. 
3. De indeling: Inleiding, kern, slot is duidelijk: 
4. De tekst is overal voor hetzelfde publiek geschreven:
5. De kopjes en titel zijn duidelijk herkenbaar:
6. De zinnen zijn niet te lang:

Slide 5 - Tekstslide

Oefenopdracht 2: 
Je krijgt straks een reclame te zien.

Wat is het doel van deze reclame? Noteer twee antwoorden.
Kies uit: Amuseren, overtuigen, activeren, informeren, instructie geven

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Vandaag
- Stil lezen
- Keuze: Oefenen op toetsniveau/ Fictiedossier
- Vragen over de toets
- Nieuwsquiz/black story?

Slide 8 - Tekstslide

Stil lezen
Je mag ook werken aan je fictiedossier :) 

Slide 9 - Tekstslide

Opdracht:
- Schrijf op: Uit welke krant komt deze tekst? Kies uit: 

1. De website van Kidsweek, een jongerenkrant
2. Uit de Telegraaf, een krant voor volwassenen
3. De website van het financieel dagblad, economisch nieuws
4. Uit de LC, een regionale krant

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht:
Aan welke woorden kan je dat zien, dat het gaat om de tekst die je hebt gekozen. Schrijf minimaal drie woorden op:

Slide 12 - Tekstslide

Opdracht: Verbeter de fout!
Je krijgt straks een tekst, waar 10 spelfouten inzitten! Schrijf op welke fout en hoe het wel moet!

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide