lesdag 1 coaching

lesdag 1 coaching
Verwachtingsmanagement;
geschiedenis van coaching
Wat is coaching/begeleiding
competenties van de coach
methodieken
oefenen
Omgaan met weerstand
huiswerkopdracht
1 / 44
volgende
Slide 1: Tekstslide
GezondheidskundePraktijkonderwijsMBOLeerjaar 3

In deze les zitten 44 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

lesdag 1 coaching
Verwachtingsmanagement;
geschiedenis van coaching
Wat is coaching/begeleiding
competenties van de coach
methodieken
oefenen
Omgaan met weerstand
huiswerkopdracht

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat verwacht je van de lessen coaching?

Slide 2 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is coaching volgens jou?

Slide 3 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is het verschil tussen coachen en begeleiden

Slide 4 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is coaching;
Coaching is een begeleidingsvorm waarbij een coach,  iemand helpt bij het ontwikkelen van persoonlijke en professionele vaardigheden om een bepaald doel te bereiken. In plaats van instructies te geven of problemen voor de ander op te lossen, helpt een coach de coachee om zelf oplossingen te vinden, antwoorden op vragen te ontdekken en belemmeringen te overwinnen.
dit gebeurd doorgaans door het stellen van vragen.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Coaching is een krachtig instrument om teamleden te ondersteunen, hen te helpen groeien en professionele ontwikkeling te stimuleren. Binnen de zorg kan coaching helpen om de kwaliteit van zorg te verbeteren, de samenwerking in het team te versterken en zorgmedewerkers te ondersteunen in hun professionele en persoonlijke groei. Een EVV'er/GVP,er of coordinerend verzorgende heeft als taak om niet alleen bewoners te begeleiden, maar ook een coachende rol richting collega's te vervullen.

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

het ontstaan van coachen
In de jaren '80 en '90 werd coaching steeds meer erkend als een effectieve methode voor persoonlijke en professionele ontwikkeling vooral in het bedrijfsleven. Deze vorm van begeleiding werd met name toegepast om leidinggevenden en medewerkers te helpen met communicatie, leiderschap, en het behalen van (persoonlijke) doelen. Deze beweging zorgde ervoor dat coaching als een breder toepasbare benadering werd ingezet , niet alleen in bedrijven maar ook in b.v. de zorg.

hiervoor werd coaching met name ingezet in de sport om zo mensen te motiveren en aan t zetten tot verandering.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

over welke competenties moet een coach beschikken?

Slide 8 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

competenties
Coachen is een een vak, waarbij het  gaat  over leerdoelen, een methodische aanpak, werkelijke beweging en resultaten. Het is praktisch toepassen van technieken zoals afstemmen op de ander, actief luisteren, empathie tonen en het stellen van open vragen. Daarnaast is het belangrijk  jouw eigen oordelen en aannames opzij te zetten om volledig aanwezig te zijn voor je coachee. Alleen op deze manier bekrachtig je de ander op een manier die effectiever is dan het delen van oplossingen. 

Adviseur: Een coach geeft geen tips of advies op basis van inhoudelijke kennis, en is niet sturend in het gesprek. Een coach vertelt je niet wat je moet doen

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kenmerken van Coaching:
Doelgericht: Coaching richt zich vaak op het behalen van specifieke doelen, zoals het verbeteren van prestaties, het ontwikkelen van vaardigheden of het maken van belangrijke keuzes.
Oplossingsgericht: Het proces is toekomstgericht en focust op wat mogelijk is, in plaats van te blijven hangen in problemen.
Empowerment: Coaching stimuleert zelfontplooiing en eigenaarschap, waarbij de coachee de verantwoordelijkheid neemt voor zijn of haar eigen leerproces.
Actief luisteren en vragen stellen: De coach luistert actief en stelt gerichte vragen om de coachee aan het denken te zetten en zelf tot inzichten te komen.

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschil met Andere Begeleidingsvormen:
Instructie/training: Bij training geeft je trainer directe kennis en vaardigheden door, terwijl coaching vooral gericht is op het begeleiden van het leerproces.

Therapie: Therapie richt zich vaak op het verwerken van het verleden en emotionele blokkades, terwijl coaching zich richt op het realiseren van toekomstgerichte doelen.

Mentoring: Bij mentoring geeft een ervaren persoon advies op basis van eigen ervaring. Een coach doet dit meestal niet, maar helpt de coachee zijn/haar eigen weg te vinden.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

opdracht
. Coachende Vaardigheden in de Praktijk

Denk aan een situatie uit jouw werkpraktijk waarin je een collega of een bewoner hebt gecoacht, of waarin je zelf gecoacht bent. Beschrijf de situatie aan de hand van de volgende punten:

De situatie: Wat gebeurde er? Wat was de aanleiding voor de coaching?
De aanpak: Hoe heb je de coaching aangepakt of hoe werd de coaching uitgevoerd?
De resultaten: Wat was het effect van de coaching? Wat ging goed en wat zou je anders doen?
Geef hiervan voorbeelden.

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doe opdracht duidelijke informatie geven
in tweetallen.
Ruggen tegen elkaar. 
A) gaat een voorwerp tekenen zonder dit te zeggen tegen de ander
Zij/hij tekent zelf mee.
De ander wordt begeleidt in dit proces van tekenen
Wanneer dit af is leg je de tekeningen naast elkaar.
wat ging goed/wat kan beter?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer zet je coaching in? 
Coaching wordt gebruikt in verschillende contexten, zoals:

Professionele ontwikkeling: Ondersteunen van medewerkers bij het verbeteren van prestaties of leiderschapsvaardigheden.
Persoonlijke groei: Helpen bij het ontwikkelen van zelfvertrouwen, het omgaan met verandering, of het bereiken van persoonlijke doelen.
Zorg en welzijn: Begeleiding van cliënten of zorgverleners bij het omgaan met stress, gedragsverandering, of het verbeteren van de zelfredzaamheid

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

methodieken
1. GROW-model
Het GROW-model is een van de meest gebruikte methodieken voor coaching en staat voor:

Goal: Wat is het doel van de coachee?
Reality: Wat is de huidige situatie?
Options: Welke opties zijn er om het doel te bereiken?
Will/Way Forward: Wat gaat de coachee doen? Wat is het actieplan?
Toepassing: Dit model helpt bij het structureren van een gesprek en het duidelijk maken van de stappen om van de huidige situatie naar het gewenste doel te komen. Je bereikt dit door open vragen te stellen aan elkaar

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Grow-model 


goal / doel
- wat is het doel
- in welke situatie is het te bereiken
reality - stand van zaken
- wat is er ondernomen
- wie zijn betrokken
options / mogelijkheden
- welke mogelijkheden zijn er 
Will / actieplan
- duidelijk wat de planning is

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Competenties van de coach
  • Geef de student/collega  heldere, eerlijke en constructieve feedback over het functioneren en de prestaties
  • Stimuleert de student/ collega om kritisch naar zichzelf te kijken
  • Begeleidt de student/collega gericht op oplossingen
  • Motiveert de student/collega om doelen te bereiken en uitdagingen aan te gaan
  • Toon betrokkenheid bij de problemen van de student/collega bij het opleiden.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht: rollenspel
Aantal: 
3 studenten (1 werkbegeleider, 1 stagiair, 1 observator)
De stagiair is ook echt de leerling van nu met iets waar men aan wil werken

Wat: 
  • Welke competenties inzetten? 
  • Rollenspel: Coaching gesprek voeren advh GROW- model
  • de observator observeert de tips en tops en koppelt die terug 
  • plenaire terug koppeling

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

methodieken
 2. Motiverende Gespreksvoering (Motivational Interviewing)
Deze methodiek richt zich op het versterken van intrinsieke motivatie bij de coachee. Het doel is om de coachee te helpen bij het maken van keuzes en gedragsveranderingen, vooral in situaties waarin de coachee weerstand ervaart.

Kernprincipes:
Empathie tonen
Ambivalentie verkennen en verminderen
Autonomie van de coachee respecteren
Bevestigen wat goed gaat
Toepassing: Deze methodiek is effectief bij gedragsverandering, bijvoorbeeld in de zorg bij cliënten die moeite hebben met veranderingen in hun leefstijl of zorgplan.

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke ervaringen heb jij met motiverende gespreksvoering?

Slide 22 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De wil om te veranderen/weerstand
Men moet wel openstaan voor verandering.
Wat als er sprake is van weerstand?

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

opdracht ( 15 minuten)
in groepjes gaan we aan de slag met weerstand.
Bespreek en analyseer met je groepje 2 casussen vanuit je werk  waarbij er sprake was van weerstand.
Welk onderwerp betrof het? Waar bestond de weerstand uit, hoe werd de feedback/reden waaruit weerstand ontstond gebracht? waar kwam de weerstand vandaan denk je en wat had er anders gekund? 
Zorg ervoor dat je alles goed kunt toelichten in de les.

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke valkuilen zie in je in de volgende video?

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welke valkuilen heb je gezien?

Slide 34 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Emphatisch vermogen
Inlevingsvermogen
Draagvlak kunnen cree"ren
Samen kunnen werken
Luisteren
Samenvatten
Doorvragen
Oprechte interesse
Onderhandelen
Afstand kunnen bewaren
Omgaan met agressie
Beheersing


Dank voor jullie aandacht!

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

We hebben nu de nodige theorie gehoord en gelezen over weerstand.
Nu je dit weet, hoe ga je morgen dan aan de slag met de weerstand die je collega laat zien.

Slide 39 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

coachen /leerstijlen 
Wanneer je leerlingen gaat coachen is het van belang dat je wel weet wat hun leerstijl is.
We gaan hierom aan de slag met de leerstijlen van kolb.

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

leerstijlen 
neem de leerstijlen voor je en lees deze door. welke stijl heb jij?
Waar moet dan de nadruk bij coaching opgelegd worden?

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

intervisie
we gaan intervisie doen maar niet met betrekking tot onbegrepen gedrag maar een casus mbt het team of collega's 
Wat liep er niet en wat is hierbij je leervraag?
Neem 15 minuten om dit voor te bereiden!

Wie wil voorzitter zijn?

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

huiswerkopdracht
Delen

Je gaat een coachingsgesprek voorbereiden en uitvoeren met een collega. Dit gesprek moet gericht zijn op het verbeteren van een specifieke zorgsituatie of op de ontwikkeling van een vaardigheid bij de collega.


Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

huiswerkopdracht
Voorbereiding:
Kies een collega waarmee je een coachingsgesprek gaat voeren.
Stel een concreet doel op voor het gesprek (bijv. het verbeteren van een handeling of het ondersteunen van de collega bij werkdruk).
Denk na over welke coachingstechnieken je wilt gebruiken (bijv. actief luisteren, feedback geven, open vragen stellen).

Uitvoering van het gesprek:
Voer het gesprek op een coachende manier, waarbij je de collega ondersteunt in zijn/haar ontwikkeling.
Zorg voor een veilige en open sfeer waarin de collega zich gehoord voelt.

Reflectie:
Schrijf een reflectieverslag over het gesprek. Wat ging goed? Wat heb je geleerd? Wat zou je een volgende keer anders doen? Hoe heeft het gesprek bijgedragen aan de ontwikkeling van jouw collega?

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies