In deze les zitten 15 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Verhaalanalyse - Kader Abdolah - Nachtmerrie
Slide 1 - Tekstslide
De ik-figuur is...
A
een man.
B
een vrouw.
C
een man of een vrouw.
D
non-binair.
Slide 2 - Quizvraag
Wat hoort er niet bij setting?
A
Het natuurmuseum
B
Dorp aan de rivier
C
Vetachtige geur appartement Pieter
D
Angst voor slangen
Slide 3 - Quizvraag
werk samen: Welke drie gebeurtenissen heb je in dit verhaal?
Slide 4 - Open vraag
werk samen: Welk inzicht in menselijke ervaringen krijg je door "Nachtmerrie"?
Slide 5 - Open vraag
werk samen: Wat weet je over de identiteit van de ik-figuur?
Slide 6 - Open vraag
Geef je beargumenteerde oordeel over de ik-figuur.
Slide 7 - Open vraag
werk samen: De ik-figuur is bang voor slangen (van Pieter). Hoe en waar is die angst voor slangen ontstaan?
Slide 8 - Open vraag
De gebeurtenissen in deze tekst worden niet chronologisch verteld. Je kunt de tekst in drie delen verdelen: a) Het gesprek in het natuurmuseum; b) De jeugdherinneringen van de ik-figuur; c)De verjaardag van Pieter
Geef de exacte regelnummers van tekstgedeelte B.
A
Start bij regel 52
B
Eindigt bij regel 89
C
Start bij regel 57
D
Eindigt bij regel 94
Slide 9 - Quizvraag
Nachtmerrie (chronologie)
Fabel/story: de chronologisch geordende gebeurtenissen
Sujet: de gebeurtenissen zoals ze worden gepresenteerd in het verhaal.
Jeugdherinneringen: flashback van regel 57 t/m 94
Slide 10 - Tekstslide
Motieven
Betekenisvolle herhalingen. De elementen die herhaald worden, noem je motieven.
Verhaalmotief: terugkeren van bepaalde situaties, waarnemingen, opvattingen, gebeurtenissen of gevoelens.
Leidmotief: herhaling van een bepaald woord (of voorwerp). Soms ook dingen die met elkaar in verband staan.
Slide 11 - Tekstslide
Noem twee verhaalmotieven uit het verhaal 'Nachtmerrie'.
Slide 12 - Open vraag
Welke van de onderstaande zaken is absoluut geen motief?
A
Angst
B
Vluchten
C
Rivier
D
Natuurmuseum
Slide 13 - Quizvraag
Slide 14 - Tekstslide
en nu ...
noteer huiswerk voor dinsdag: ingevuld onderwerp + hoofdvraag + deel- of documenteervragen (minimaal 4)
noteer huiswerk voor vrijdag: Laagland theorie p. 33 t/m 35 bestudeerd; opdrachten 10, 14 of 15, 18 (p. 18 t/m 33) af\
pak een Birk uit de mand en lees in stilte
laatste 5 minuten noteer op mindmap wat je bent tegen gekomen