Elektrische grootheden

• Natuurkunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 3

Elektrische symbolen

De spanning
Noteer het symbool van de spanning

1. U
2. I
3. R
4. P

Spanning is een grootheid.
Wat is de eenheid voor spanning?

1. U
2. I
3. Ampere
4. Volt

Open stroomkring

Gesloten stroomkring

In deze stroomkringen is de richting van de stroom aangegeven met pijlen. Alleen één ervan is goed. Sleep de krul naar de goede stroomkring en de kruisjes naar de foute stroomkringen. 

10

De stroomsterkte
Noteer het symbool van de stroomsterkte

1. U
2. I
3. R
4. P

De stroomsterkte
Noteer de eenheid van de stroomsterkte

1. Volt
2. Ampère
3. Ohm
4. Watt

De stroomsterkte
Noteer het symbool van de weerstand

1. U
2. I
3. R
4. P

Wat is de eenheid van de weerstand?

1. Volt
2. Ohm
3. Ampère
4. Watt

Weet je het nog?

grootheid	symbool	eenheid	symbool
spanning
	R
		Ampère

weerstand

Ω

stroomsterkte

I

U

V

ohm

volt

A

Wet van Ohm

Wet van Ohm

Wat is de Wet van Ohm?

1. U = I : R
2. R = U x I
3. U = I x R
4. R = I : U

Oefening 1

Als er op een luidspreker een spanning van 5V staat en er gaat een stroom van 0,7 A doorheen. Wat is dan de weerstand van die luidspreker?

Oefening 2