Quiz sportcentrum

Binnen=Beginnen
Ga zitten doe je jas uit, kauwgom in de prullenbak en pak je laptop op tafel. 

Opdracht 
Log in op LessonUp met je eigen naam. 
timer
1:00
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Binnen=Beginnen
Ga zitten doe je jas uit, kauwgom in de prullenbak en pak je laptop op tafel. 

Opdracht 
Log in op LessonUp met je eigen naam. 
timer
1:00

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
Quiz sportcentrum 
Tijd om te leren voor de toets. 

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een RI&E?
A
Onderzoek waarbij de risico`s op de werkvloer wordt onderzocht
B
Een EHBO techniek om mensen te helpen die gewond zijn
C
Een lijstje die je gebruikt bij EHBO handelingen
D
Risico`s op de werkvloer

Slide 3 - Quizvraag

Hoe noem feedback die je krijgt van een ander?
A
Communicatie
B
Terugkoppeling
C
Ontvanger
D
Zender

Slide 4 - Quizvraag

Komt langzaam opzetten is dit een kenmerk van een acute of chronische blessure?
A
Acute blessure
B
Chronische blessure

Slide 5 - Quizvraag

Hoe kun je een blessure voorkomen?

Slide 6 - Open vraag

Een grote groep sporters komt sporten. Het is een groep vrouwen in de leeftijd van 18 jaar tot 55 jaar. Tot welke groep of groepen sporters behoren zij.
A
Homogene groep
B
Hetrogene groep
C
Horizontale groep
D
Verticale groep

Slide 7 - Quizvraag

Heterogeen Hebben grote verschillen (man, vrouw)
Homogeen Hebben gelijkenissen, zijn hetzelfde(mannen)
Verticaal Verschillende leeftijden bij elkaar 
Horizontaal Kinderen van dezelfde leeftijd 

Slide 8 - Tekstslide

Welvaart zorgt voor een hogere........
A
Baby sterfte
B
Levensverwachting
C
Welvaartsziekte

Slide 9 - Quizvraag

Welke maaltijd is geschikt voor een vegetariër die lactosevrij moet eten?
A
Broodje kaas
B
Gegrilde zalm, doperwten en aardappelen
C
Kipsaté met friet
D
Rijst met champignons, komkommer en taugé.

Slide 10 - Quizvraag

Schrijf 1 open vraag en 1 gesloten vraag op

Slide 11 - Open vraag

Een veganist eet geen..
A
Vlees
B
Kwark
C
Eieren
D
Alle bovenstaande antwoorden zijn juist

Slide 12 - Quizvraag

Wat is het verschil tussen een vegetariër en een veganist?

A
Een vegetariër eet geen vlees en geen vis. Een vegan eet dit allemaal wel
B
Een vegan eet geen vlees, vis en geen dierlijke producten, een vegetariër eet wel dierlijke producten
C
Een vegan eet geen vlees, vis en planten. Een vegetariër eet wel planten
D
Een vegetariër eet geen vlees maar wel vis, een vegan eet geen dierlijke producten

Slide 13 - Quizvraag

Noem 2 aanpassingen die worden gedaan op openbare plekken om de toegankelijkheid te vergroten

Slide 14 - Open vraag

Wat betekent het woord voedingsgewoonte?
A
Dat is de manier waarop je eet
B
Bepaalde manier van eten en manier waarop je eten klaar maakt
C
De producten die je dagelijks eet
D
Een schema van het eten dat je elke week eet

Slide 15 - Quizvraag

Iemand die geen gluten mag eten heeft....
A
Coeliakie
B
Diabetes
C
Hart- en vaatziekte
D
Kanker

Slide 16 - Quizvraag

Grove en fijne motoriek
Fijne motoriek: kleine bewegingen vaak van hand of vingers. 
Schrijven, knippen, veters strikken, flesje water open maken etc. 
Grove motoriek: Grote bewegingen van je lichaam. Lopen, rennen, springen etc. 

Slide 17 - Tekstslide

Een voedingsgewoonte kan afhangen van:
A
religie
B
klimaat
C
wat je lekker en/of belangrijk vindt
D
alle antwoorden zijn waar

Slide 18 - Quizvraag

Wat kun je doen om een blessure te behandelen?

Slide 19 - Open vraag

Wanneer gebruik je een drukverband?
A
Als iemand gevallen is
B
Als iemand een wond heeft
C
Als iemand heftig bloed
D
Als iemand iets gebroken heeft.

Slide 20 - Quizvraag

Wat is spinning?
En wat heb je nodig voor spinning?

Slide 21 - Open vraag

Wat moet je NIET doen bij iemand die een epileptische aanval heeft?
A
Spullen verplaasten
B
Een kussen onder het hoofd doen
C
De persoon verplaatsen
D
Een stokje tussen de tanden.

Slide 22 - Quizvraag

Noem bij elke begrip een voorbeeld.
Psychisch gezondheid, sociale gezondheid, lichamelijke gezondheid.

Slide 23 - Open vraag

Met een rooster kun je...
A
Uitleg geven over de soorten activiteiten.
B
De indeling aangeven van de personen die meehelpen
C
Uitrekenen hoeveel materiaal je nodig hebt

Slide 24 - Quizvraag

Een deurbel versterker is een aanpassingen van een huis voor.....
A
Slechthorenden
B
Rolstoelgebruikers
C
Iemand met dementie

Slide 25 - Quizvraag

De docent steekt de duim op naar een leerling in de klas
A
Dit is verbale communicatie
B
Dit is non-verbale communicatie

Slide 26 - Quizvraag

Tijd om te leren 
Vragen? 
Leren voor de theorietoets 
timer
1:00

Slide 27 - Tekstslide