3.1: Verschillen in bevolkingskenmerken

Paragraaf 1.3: bevolkingsontwikkeling
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Paragraaf 1.3: bevolkingsontwikkeling

Slide 1 - Tekstslide

Demografische kenmerken
- Geboortecijfer (hoog-laag)
- Sterftecijfer (hoog-laag)
- Levensverwachting


- Bevolkingsgroei (wat is een ideale bevolkingsgroei voor economische groei?

(let op: demografische kenmerken niet verwarren met culturele of economische kenmerken)



Slide 2 - Tekstslide

Demografisch Transitiemodel: Sleep de juiste hotspot naar de juiste plek in de grafiek
In deze fase sterven er veel mensen: Er is weinig geld voor gezondheidszorg, voedsel, veilig drinkwater en hygiëne
In deze fase stijgt het gemiddeld inkomen van een land. Daardoor worden basisvoorzieningen beter. Zo wordt de gezondheidszorg beter, wordt er gezorgd voor veilig drinkwater en worden veel meer mensen gevaccineerd. Hierdoor daalt het sterftecijfer. 
Er is een groot verschil tussen het geboorte- en sterftecijfer. Het sterftecijfer is laag, terwijl het geboortecijfer hoog is. Omdat er veel meer mensen worden geboren dan er sterven, groeit de bevolking enorm.  
Het land ontwikkelt zich verder. Meiden gaan langer naar school, gaan vaker werken en trouwen later. Hierdoor krijgen ze later kinderen en daalt het geboortecijfer. 
Op een gegeven moment hebben rijke landen een laag geboorte- en een laag sterftecijfer. Omdat ze ongeveer even laag zijn, groeit de bevolking nauwelijks. Veel rijke landen (zoals Nederland) zitten in deze fase. 
In de 5e fase stijgt het sterftecijfer weer. Niet omdat het land arm wordt of er oorlog uitbreekt, maar omdat de bevolking zo oud is geworden dat deze groep mensen komt te overlijden. Landen als Duitsland en Rusland zijn in deze fase beland. 

Slide 3 - Sleepvraag

Demografische kenmerken
- Geboortecijfer (hoog-laag)
- Sterftecijfer (hoog-laag)
- Levensverwachting


- Bevolkingsgroei (wat is een ideale bevolkingsgroei voor economische groei?

Let op: GC, SC & LV zijn indicatoren van welvaart (dus het gevolg)
Bevolkingsgroei is niet alleen het gevolg, maar ook één mogelijke oorzaak van een (beperkte) economische groei

Slide 4 - Tekstslide

Centrum
Periferie
Semi-Periferie
Hoog sterftecijfer
Laag sterftecijfer
Laag geboortecijfer
Hoog geboortecijfer
Stijgende levensverwachting
Vergrijzing
Tekort aan arbeidskrachten
Overschot aan jongeren op arbeidsmarkt

Slide 5 - Sleepvraag

In welke richting verwacht je migratie, als alleen wordt gekeken naar demografische factoren? (Geboortecijfer, sterftecijfer, bevolkingstoename)
A
Van centrum naar periferie
B
Van periferie naar centrum
C
Van periferie naar semi-periferie
D
Van semi-periferie naar centrum

Slide 6 - Quizvraag

Bevolingsdiagrammen

Slide 7 - Tekstslide

Bekijk de bron.
Welk land had in 1970 de meest gunstige bevolkingsopbouw
om tot economische groei te komen?
En:
Welk land had in 2010 de meest gunstige bevolkingsopbouw
om tot economische groei te komen?
A
1970: India 2010: India
B
1970: India 2010: China
C
1970: China 2010: India
D
1970: China 2010: China

Slide 8 - Quizvraag

Demografie & welvaart
Relatief groot deel van de bevolking kan werken: 15-65 jaar
0-15; gaat naar school
65+ is met pensioen

Hoe is dat in de periferie?
Hoe is dat in het centrum?

Slide 9 - Tekstslide

Wat heeft de achtergrondafbeelding
met dit onderwerp te maken?

Slide 10 - Open vraag

Aan het werk
Voor de toets moet de lesson up af zijn tot en met dia 125

Deze week in ieder geval tot en met 100

Slide 11 - Tekstslide