Beroemd zijn, les 1

Semantiseren 
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
Begrijpend lezenBasisschoolGroep 6

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Semantiseren 

Slide 1 - Tekstslide

Het ergens mee eens zijn
Hetzelfde vinden als iemand anders 
Mijn zus vindt dat kinderen de baas van het land moeten zijn. Ik vind dat ook. Ik ben het daarmee eens. 

Slide 2 - Tekstslide

Waar zijn jullie het absoluut niet mee eens?
A
Ouders bepalen bedtijd voor kinderen
B
Fastfood ketens moeten verboden worden.
C
Alle kinderen moeten sporten.
D
Mensen zeuren teveel over de processierups.

Slide 3 - Quizvraag

bereiken
Dat mensen zien dat je iets goed kan of weet.
Na zijn toespraak vonden veel mensen de ideeën van de burgermeester heel goed. Het was hem gelukt veel mensen te bereiken. 

Slide 4 - Tekstslide

Welke zanger of zangeres heeft jou ooit bereikt?

Slide 5 - Open vraag

het voordeel/het nadeel
iets dat fijn is/iets dan niet fijn is. 
Op tijd naar bed gaan heeft fijne kanten en minder fijne kanten. Op tijd naar bed gaan heeft voordelen en nadelen. 

Slide 6 - Tekstslide

Wat is een nadeel van op tijd naar bed gaan?

Slide 7 - Open vraag

bewonderen
iets bijzonder goed aan iemand vinden
Ik vind het zo bijzonder goed dat topsporters hun leven lang trainen om zo goed te worden. Ik bewonder dat aan ze. 

Slide 8 - Tekstslide

Wie bewonder jij?
A
Koning Willem-Alexander
B
Maarten van der Weijden
C
Ed Sheeran
D
Mohammed Osman

Slide 9 - Quizvraag

schuilen achter

verborgen zijn
Achter die boze ogen zit een lief kind verborgen. Er schuilt een lief kind achter die boze ogen. 

Slide 10 - Tekstslide

Wat schuilt er achter de zin "dat moet je vooral nog een keer doen!"?

Slide 11 - Open vraag

hoewel
ook al
De voetbalwedstrijd ging gewoon door, ook al regende het. Hoewel het regende ging het gewoon door. 

Slide 12 - Tekstslide

Wat doe jij als je de schuld krijgt, hoewel je niets hebt gedaan?
A
Ik doe niets, kan een keer gebeuren.
B
Op een rustige toon probeer ik het te zeggen, hoe het echt zit.
C
Dan word ik heel boos.. daar kan ik echt niet tegen.
D
Ik ga huilen

Slide 13 - Quizvraag

anoniem
dat niemand weet dat jij het bent
Op een Valentijnskaart zetten mensen vaak niet hun naam. Ze sturen de kaart anoniem. 

Slide 14 - Tekstslide

Waarom kun jij op school niet anoniem rondlopen?

Slide 15 - Open vraag

vrijstaan om
dat je iets zelf mag weten
Ik mag zelf weten of ik iedere dag dezelfde schoenen aan doe. Het staat me vrij om iedere dag dezelfde schoenen aan te doen. 

Slide 16 - Tekstslide

Kun je een voorbeeld noemen van ets wat jou pas sinds dit jaar vrij staat om te doen?

Slide 17 - Open vraag

de keerzijde
een niet zo'n leuke kant van iets dat verder wel leuk is
Ik vind het erg leuk om te sporten, maar een minder leuke kant is dat ik er spierpijn van krijg. De keerzijde is dat ik spierpijn krijg. 

Slide 18 - Tekstslide

Wat is de keerzijde van lekker veel snoepen?
A
Het is ongezond
B
Je krijgt er ziektes van
C
Het is gewoon lekker
D
Wanneer iemand jarig is mag je best snoepen.

Slide 19 - Quizvraag

zodanig
zo; op die manier
De stoelen waren op zo'n manier neergezet, dat iedereen elkaar kon zien. De stoelen waren zodanig neergezet, dat iedereen elkaar kon zien. 

Slide 20 - Tekstslide

Wat doe je meestal als het weer zodanig slecht is, dat je niet naar buiten kan?

Slide 21 - Open vraag

Vul de zinnen aan met de woorden uit het woordschema. Ieder woord wordt één keer gebruikt, maar kan in verschillende woordvormen verschijnen. 

Slide 22 - Tekstslide

Thematekst
leesstrategieën

Slide 23 - Tekstslide

toneelstukje 
Wie wil er een beroemdheid spelen? 
Loop als een beroemdheid over straat. 
De andere leeringen zijn "gewone" mensen die de beroemdheid herkennen. 

Slide 24 - Tekstslide

Hoe voelde het om op die manier herkend te worden?

Slide 25 - Open vraag

Beroemd zijn kan leuk zijn, maar heeft ook minder leuke kanten. 

Slide 26 - Tekstslide

Tekst lezen met stappenplan
Tekst individueel lezen
Voorspelling checken

Slide 27 - Tekstslide

Heb jij wel eens gefantaseerd over beroemd zijn? Wat zag je dan voor je? 
Bespreek het met je buurman of buurvrouw. 

Slide 28 - Tekstslide