In deze les zitten 40 slides, met interactieve quiz en tekstslides.
Onderdelen in deze les
ABC-formule deel 2
Pak je aantekeningenschrift en kladschrift
Slide 1 - Tekstslide
Drieterm oplossen
−5x2−15x+90=0
Slide 2 - Tekstslide
Drieterm oplossen
−5x2−15x+90=0
a=−5
b=−15
c=90
Slide 3 - Tekstslide
Drieterm oplossen
−5x2−15x+90=0
a=−5
b=−15
c=90
x=2a−b±√b2−4ac
Slide 4 - Tekstslide
Drieterm oplossen
−5x2−15x+90=0
a=−5
b=−15
c=90
x=2a−b±√b2−4ac
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
Slide 5 - Tekstslide
Drieterm oplossen
−5x2−15x+90=0
a=−5
b=−15
c=90
x=2a−b±√b2−4ac
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
Slide 6 - Tekstslide
Drieterm oplossen
−5x2−15x+90=0
a=−5
b=−15
c=90
x=2a−b±√b2−4ac
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
x=−1015±√225+1800
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
Slide 7 - Tekstslide
Drieterm oplossen
−5x2−15x+90=0
a=−5
b=−15
c=90
x=2a−b±√b2−4ac
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
x=−1015±√225+1800
x=−1015±√2025
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
Slide 8 - Tekstslide
Drieterm oplossen
−5x2−15x+90=0
a=−5
b=−15
c=90
x=2a−b±√b2−4ac
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
x=−1015±√225+1800
x=−1015±√2025
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
x=−1015±45
Slide 9 - Tekstslide
Drieterm oplossen
of
−5x2−15x+90=0
a=−5
b=−15
c=90
x=2a−b±√b2−4ac
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
x=−1015±√225+1800
x=−1015±√2025
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
x=−1015±45
x=−1015+45
x=−1015−45
Slide 10 - Tekstslide
Drieterm oplossen
of
−5x2−15x+90=0
a=−5
b=−15
c=90
x=2a−b±√b2−4ac
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
x=−1015±√225+1800
x=−1015±√2025
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
x=−1015±45
x=−1015+45
x=−1015−45
x=−1060
Slide 11 - Tekstslide
Drieterm oplossen
of
of
−5x2−15x+90=0
a=−5
b=−15
c=90
x=2a−b±√b2−4ac
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
x=−1015±√225+1800
x=−1015±√2025
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
x=−1015±45
x=−1015+45
x=−1015−45
x=−1060
x=−10−30
Slide 12 - Tekstslide
Drieterm oplossen
of
of
−5x2−15x+90=0
a=−5
b=−15
c=90
x=2a−b±√b2−4ac
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
x=−1015±√225+1800
x=−1015±√2025
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
x=−1015±45
x=−1015+45
x=−1015−45
x=−1060
x=−10−30
x=−6
Slide 13 - Tekstslide
Drieterm oplossen
of
of
of
−5x2−15x+90=0
a=−5
b=−15
c=90
x=2a−b±√b2−4ac
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
x=−1015±√225+1800
x=−1015±√2025
x=2⋅−5−−15±√(−15)2−4⋅−5⋅90
x=−1015±45
x=−1015+45
x=−1015−45
x=−1060
x=−10−30
x=−6
x=3
Slide 14 - Tekstslide
Geogebra
Slide 15 - Tekstslide
Oefenopgaven
Ga aan de slag met de oefenopgaven
Overleg met je buurman/buurvrouw
Vragen of klaar? Steek je vinger op
timer
15:00
Slide 16 - Tekstslide
Antwoorden oefenopgaven
y=x2+4x+3
Slide 17 - Tekstslide
Antwoorden oefenopgaven
y=x2+4x+3
Slide 18 - Tekstslide
Antwoorden oefenopgaven
y=x2+4x+4
Slide 19 - Tekstslide
Antwoorden oefenopgaven
y=x2+4x+4
Slide 20 - Tekstslide
Antwoorden oefenopgaven
y=−2x2−x+1
Slide 21 - Tekstslide
Antwoorden oefenopgaven
y=−2x2−x+1
Slide 22 - Tekstslide
Antwoorden oefenopgaven
y=−x2+2x−3
Slide 23 - Tekstslide
Antwoorden oefenopgaven
y=−x2+2x−3
Slide 24 - Tekstslide
Aantekening: 8.6 Discriminant
Zonder de abc-formule te gebruiken kunnen we al kijken hoeveel oplossingen de formule heeft. Dit doen we met de discriminant: het gedeelte onder de wortel.
dan 2 oplossingen.
dan 1 oplossing.
dan geen oplossingen
D=b2−4ac
D>0
D=0
D<0
Slide 25 - Tekstslide
Aantekening: 8.6 Discriminant
Zonder de abc-formule te gebruiken kunnen we al kijken hoeveel oplossingen de formule heeft. Dit doen we met de discriminant: het gedeelte onder de wortel.