5.1 Vloeistoffen

Behoren ethanol en aluminiumsulfide tot de moleculaire stoffen of zouten?
A
Het zijn beide zouten
B
Het zijn beide moleculaire stoffen
C
Ethanol is een moleculaire stof en aluminiumsulfide is een zout
D
Ethanol is een zout en aluminiumsulfide is een moleculaire stof
1 / 10
volgende
Slide 1: Quizvraag
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Behoren ethanol en aluminiumsulfide tot de moleculaire stoffen of zouten?
A
Het zijn beide zouten
B
Het zijn beide moleculaire stoffen
C
Ethanol is een moleculaire stof en aluminiumsulfide is een zout
D
Ethanol is een zout en aluminiumsulfide is een moleculaire stof

Slide 1 - Quizvraag

Behoren kaliumhydroxide en waterstofbromide tot de moleculaire stoffen of zouten?
A
Het zijn beide zouten
B
Het zijn beide moleculaire stoffen
C
Kaliumhydroxide is een moleculaire stof en HBr is een zout
D
Kaliumhydroxide is een zout en HBr is een moleculaire stof

Slide 2 - Quizvraag

Welke soort binding zit er tussen de atomen in hexaan? En welke soort binding zit er tussen moleculen hexaan?
A
Tussen atomen de atoombinding en tussen moleculen de vanderwaalsbinding
B
Tussen atomen de atoombinding en tussen moleculen de covalente binding
C
Tussen atomen zit de covalente binding en tussen moleculen de waterstofbrug
D
Tusse n atomen zit de vanderwaalsbinding en tussen moleculen de waterstofbrug

Slide 3 - Quizvraag

Welke binding wordt verbroken als natriumchloride in water oplost?
A
De atoombinding
B
De ionbinding
C
De covalente binding
D
De vanderwaalsbinding

Slide 4 - Quizvraag


A

Slide 5 - Quizvraag

Leg uit waarom de ionbinding veel sterker is dan de vanderwaalsbinding

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Tekstslide

propaan-2-amine
butaan-2-ol
butaan-1-ol
trifluor-
methaan

Slide 8 - Sleepvraag

Welke van onderstaande stoffen heeft het hoogste kookpunt?
A
methaan
B
ethaan
C
propaan
D
butaan

Slide 9 - Quizvraag

Qua molecuulmassa lijkt water het meest op methaan. Toch is het kookpunt van water veel hoger

Slide 10 - Tekstslide