2.3 1kgt Lezen les 6 1E

  • Etui, werkboek én laptop op tafel
  • Ga rustig zitten.
timer
10:00
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo k, g, tLeerjaar 1

In deze les zitten 14 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 40 min

Onderdelen in deze les

  • Etui, werkboek én laptop op tafel
  • Ga rustig zitten.
timer
10:00

Slide 1 - Tekstslide

Lezen 2.3 - Leerdoelen
In deze paragraaf leer je:
  • wat feiten en meningen zijn;
  • feiten en meningen herkennen;
  • de Moeilijkewoordenwijzer toepassen;
  • signaalwoorden herkennen die een opsomming aangeven.

Slide 2 - Tekstslide

Vandaag 
  • Nog een keer kerstontbijt !!
  • signaalwoorden herkennen die een opsomming aangeven.
  • Afronden verhaal: Ik wil niet naar buiten... (zelfstandig)

Slide 3 - Tekstslide

Lezen 2.3 huiswerk bespreken

Slide 4 - Tekstslide

1.3 Lezen
Leertekst: Signaalwoorden: opsomming blz. 115

In bijna elke tekst staan signaalwoorden. Deze woorden laten het verband zien tussen woorden, zinnen of alinea’s. Dat is bijvoorbeeld zo bij een opsomming.

Dit zijn signaalwoorden voor een opsomming:
verband
signaalwoorden
opsomming
als eerste, bovendien, verder, daarnaast, ook, tot slot.
2.3 Lezen - signaalwoorden - opsomming (blz. 115)

Slide 5 - Tekstslide

1.3 Lezen
Leertekst: Signaal woorden: opsomming blz. 115 voorbeelden

  • Max is dol op sporten. Hij kan goed wielrennen. Ook kan hij geweldig 
      zwemmen. Bovendien loopt hij regelmatig hard.

  • Zaterdag ben ik naar het theater geweest. Als eerste ging ik op bezoek bij een
     vriend. Verder ben ik iets gaan eten. Tot slot heb ik een leuke voorstelling gezien. 

  • Mijn zusje had een druk weekend. Ze had veel huiswerk, ook moest ze een
     spreekbeurt oefenen en voor paardrijden een proef doen. Daarnaast moest ze
     ook shoppen met vriendinnen.
2.3 Lezen - signaalwoorden

Slide 6 - Tekstslide

Aan de slag - zelfstandig werken
  • Maak opdracht 11 en 12 blz. 115-116
  • Werk verder aan je verhaal 'ik wil niet naar buiten'
  • Huiswerk voor donderdag: Lezen tekst 3 en maken opdracht 12 t/m 14 blz. 117-119

timer
25:00

Slide 7 - Tekstslide

Aan de slag - zelfstandig werken
Verhaal 'ik wil niet naar buiten'

timer
15:00

Slide 8 - Tekstslide

Kruip in de huid van....,
  • Je hebt de tekst 'wat vindt je hond eigenlijk van wandelen in de regen?' gelezen
  • Je gaat een verhaal schrijven, tekstsoort : amuseren
  • Jouw openingszin is: "Ik wil niet naar buiten!"
  • Bedenk zelf waarom de hond niet naar buiten wil.
     Bijvoorbeeld: slecht weer, te koud, te heet, geen zin, niet lekker, bang voor
     vuurwerk of andere honden. 
  • Je kruipt in de gedachte van de hond. Wat denkt hij? Wat vindt hij? Wat vindt hij van zijn baasje? Hoe probeert hij het duidelijk te maken aan zijn baasje.
  • Je schrijft een verhaaltje van ongeveer 250 woorden in Word.
  • Let op Hoofdletters, spelling en leestekens!
  • Deel je tekst met mij!
timer
1:00

Slide 9 - Tekstslide

Lezen 2.3 - Aan de slag
  • Ga zitten in tweetallen
  • Pen en woordenboek op tafel
  • Jullie krijgen 9 woorden uit het woordenboek.
  • Zoek 7 woorden op en schrijf de bladzijde op waar het woord staat.
  • Elke verkeerde betekenis is 1 minuut strafminuten erbij.
  • Wie heeft  7 woorden het snelst gevonden?
stopwatch
00:00

Slide 10 - Tekstslide

Lezen 2.3 - Aan de slag
  • Ga zitten in tweetallen
  • Pen en woordenboek op tafel
  • Jullie krijgen 9 woorden uit het woordenboek.
  • Zoek 7 woorden op en schrijf de bladzijde op waar het woord staat.
  • Wie heeft  7 woorden het snelst gevonden?
timer
1:00

Slide 11 - Tekstslide

  • Etui, werkboek én laptop op tafel
  • Ga rustig zitten.
timer
10:00

Slide 12 - Tekstslide

Lezen 2.3 huiswerk bespreken
Opdracht 12, 13, 14 en 16 blz. 118-119

Slide 13 - Tekstslide

  • Ga zitten in tweetallen
  • Pen en woordenboek op tafel
  • Jullie krijgen een werkblad met het alfabet erop
  • Je kiest een strookje met daarop een thema
  • Schijf achter elke letter een woord dat te maken heeft met jouw thema. Het woord moet natuurlijk beginnen met de eerste letter.
    Wie weet het snelst  23 woorden op te schrijven.
Woordenboekenspel 3
stopwatch
00:00

Slide 14 - Tekstslide