Unit 2 lesson 2 plurals (meervoud) and demonstrative pronouns (aanwijzende voornaamwoorden)

1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Lesson goals:
1. I can use plurals (meervoud)
2. I can use demonstrative pronouns (aanwijzende voornaamwoorden) 

Slide 2 - Tekstslide

Grammar: plurals
1. grab a notebook
2. take notes during the instruction
3. raise your hand to ask a question



Slide 3 - Tekstslide

Plurals

De meeste vormen eindigen in het meervoud op -s. Dus plak een -s achter het woord.

parent - parents
star - stars
friend - friends
Plurals

Eindigen op -sis klank is -es erachter. 

watch - watches
dish - dishes

Slide 4 - Tekstslide

Plurals

Eindigen op medeklinker + -y. De -y veranderd in -ies.

lady - ladies
story - stories
Plurals

Eindigen op medeklijnker + -o. Plak -es erachter.

potato - potatoes
tornado - tornadoes

Slide 5 - Tekstslide

Plurals

Eindigen op -f (klank). De -f veranderd in -ves. 

life - lives
leaf - leaves
Plurals

Onregelmatig. (leer deze!)

child - children
Man - men
Woman - women
foot - feet
mouse - mice
sheep - sheep
tooth - teeth

Slide 6 - Tekstslide

Plurals (= meervoud):
What is the plural of:
A
tomatos
B
tomaten
C
tomato's
D
tomatoes

Slide 7 - Quizvraag

Plurals (= meervoud):
What is the plural of:
elf?
A
elfs
B
elvs
C
elfes
D
elves

Slide 8 - Quizvraag

Plurals (= meervoud):
What is the plural of:
A
knife's
B
knifes
C
knives
D
kniven

Slide 9 - Quizvraag

Plurals (= meervoud): What is the plural of
wolf?
A
wolves
B
wolfs
C
wolvs
D
wolfes

Slide 10 - Quizvraag

Plurals (= meervoud):
What is the plural of:
A
child's
B
childs
C
kinderen
D
children

Slide 11 - Quizvraag

Plurals (= meervoud):
What is the plural of:
A
mouses
B
mice
C
mices
D
mouse's

Slide 12 - Quizvraag

Plurals (= meervoud):
What is the plural of:
A
shoe
B
shoes
C
schoenen
D
shoos

Slide 13 - Quizvraag

Plurals (= meervoud):
What is the plural of:
A
babys
B
baby's
C
babies
D
babyes

Slide 14 - Quizvraag

Plurals (= meervoud):
What is the plural of:
A
puppies
B
puppy's
C
puppys
D
puppen

Slide 15 - Quizvraag

Plurals (= meervoud):
What is the plural of: hero
A
heroes
B
hero's
C
heros
D
held

Slide 16 - Quizvraag

What is the plural of
watch?
A
watchs
B
watches
C
watch's
D
watchis

Slide 17 - Quizvraag

Plurals (= meervoud):
What is the plural of:
A
taxies
B
taxi's
C
taxis
D
taxie's

Slide 18 - Quizvraag

Ik snap de grammatica over de plurals en kan dit ook toepassen.
Ja,
Nee
Een beetje

Slide 19 - Poll

Grammar: demonstrative pronouns 
1. grab a notebook
2. take notes during the instruction
3. raise your hand to ask a question



Slide 20 - Tekstslide

Write this in your notebook!

Slide 21 - Tekstslide

Kies de juiste demonstrative pronoun

........... jackets over there are blue.
A
This
B
that
C
these
D
those

Slide 22 - Quizvraag

Kies de juiste demonstrative pronoun:

I like ... book here.
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 23 - Quizvraag

Choose the correct demonstrative pronoun.

I like _____ mobile over here.
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 24 - Quizvraag

Kies de goede demonstrative pronoun.
Can you give me ...... glass over there?
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 25 - Quizvraag

Welke twee demonstrative pronouns passen het best?

Are ... yours?
A
This
B
That
C
These
D
Those

Slide 26 - Quizvraag

Kies de juiste demonstrative pronoun:

Look at ... horses in the field!
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 27 - Quizvraag

Welke twee demonstrative pronouns passen het best?

.... is my mother's ring.
A
This
B
That
C
These
D
Those

Slide 28 - Quizvraag

Choose the correct demonstrative pronoun


I love ____ biscuits here.
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 29 - Quizvraag

Kies de juiste demonstrative pronoun:

Look at ... shoes over there!
A
this
B
that
C
these
D
those

Slide 30 - Quizvraag

Ik weet wat ''demonstrative pronouns'' zijn en ik weet hoe ik ze kan toepassen.
A
Ja
B
Nee
C
ongeveer, ik moet nog even oefenen
D
Ik heb extra uitleg nodig

Slide 31 - Quizvraag

What to do next?
Open your book on P 58 and do exercises 6, 9 and 10


Huiswerk (maken en leren voordat je naar de les komt)
1. Leer de woorden op blz. 86 second-hand - umbrella 
2. Herhaal de woorden op blz. 86 bag - outerwear
3. P 58: do exercises 6, 9 and 10







Slide 32 - Tekstslide