Spelling H6 les 2+3 - 2M1

di. 1 dec. - 2m1 - 4e uur
Lesdoel: aan het einde van deze les weet je ook het meervoud van woorden met een bijzonder meervoud.
Morgen: SO spelling H1-5-6
blz. 58-59, 136-137, 162-163
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

di. 1 dec. - 2m1 - 4e uur
Lesdoel: aan het einde van deze les weet je ook het meervoud van woorden met een bijzonder meervoud.
Morgen: SO spelling H1-5-6
blz. 58-59, 136-137, 162-163

Slide 1 - Tekstslide

do. 3 dec. - 2m1 - 3e uur
  • Controleren en bespr. huiswerk: opdr. 3 blz. 163
  • Herhalen uitleg meervoudsvorming bijzondere meervouden
  • Maken en bespreken opdr. 4 + 5 blz. 163
  • Boek lenen in de studieruimte
Morgen: SO spelling H1-5-6
blz. 58-59, 136-137, 162-163

Slide 2 - Tekstslide

Meervoudsvorming
  • op -en --> stoel - stoelen
  • op  -s --> tafel - tafels
  • op -ën --> knie - knieën
  • op -n --> bacterie - bacteriën

Slide 3 - Tekstslide

Zo maak je meervoud op -en
  • Meestal hoef je alleen maar -en achter het woord te zetten:
  • --> bord - borden; snoer - snoeren
  •  Soms moet je de laatste letter verdubbelen + -en erachter zetten:
  • --> tak - takken; bril - brillen
  • Soms moet je een klinker (a, e, o of u) weghalen + -en erachter zetten:
  • --> schaal - schalen; steen - stenen
  • Soms moet je van een f een v maken + -en erachter zetten:
  • --> graf - graven; kloof - kloven
  • Soms moet je van een s een z maken + -en erachter zetten:
  • --> muis - muizen; vaas - vazen

Slide 4 - Tekstslide

Zo maak je meervoud op -s
  • Meestal hoef je er alleen maar een -s achter te zetten:
  • --> garage - garages; telefoon - telefoons

  • Bij woorden die eindigen op een -a, -o, -u, -i of -y moet je een apostrof '  voor de -s schrijven:
  • --> auto - auto's; paraplu - paraplu's; baby - baby's

Slide 5 - Tekstslide

Zo schrijf je het mv van woorden die eindigen op -ie of -ee:

  • Als het ev eindigt op -ee, maak je met mv met -ën
  • --> zee - zeeën

  • Als het ev eindigt op -ie, maak je het mv met -ën als de klemtoon op de -ie valt, anders met -n:
  • --> melodie - melodieën; bacterie - bacteriën 

Slide 6 - Tekstslide

do. 3 dec. - 2m1 - 3e uur
Lesdoel: aan het einde van deze les weet je nog beter hoe je het meervoud schrijft van woorden met een bijzonder meervoud. Ook heb je een nieuw leesboek uitgekozen.
Morgen: SO spelling H1-5-6
blz. 58-59, 136-137, 162-163

Slide 7 - Tekstslide

do. 3 dec. - 2m1 - 3e uur
  • Controleren en bespr. huiswerk: opdr. 1+2 blz. 163
  • Herhalen uitleg meervoudsvorming
  • Maken en bespreken opdr. 3 blz. 163
  • Zelfstandig werken
Morgen: SO spelling H1-5-6
blz. 58-59, 136-137, 162-163

Slide 8 - Tekstslide

Bijzonder meervoud
  • havik
  • haviken woorden die eindigen op een onbeklemtoonde -es, -et, -ik krijgen geen medeklinkerverdubbeling --> dreumes - dreumesen; lemmet - lemmeten 
  • kalf; lied; rad
  • kalveren; liederen; raderen
  • jubileum
  • jubilea / jubileums 
  • motor 
  • motoren / motors

Slide 9 - Tekstslide

Bespreken
opdr. 3 blz. 163

Slide 10 - Tekstslide

Zelfstandig werken + bespreken
Maak opdr. 4 + 5 blz. 163
  • Werk alleen.
  • Werk in stilte.
  • Heb je een vraag? Lees de uitleg nogmaals; steek, indien nodig, daarna je vinger op.
Morgen: SO spelling H1-5-6
blz. 58-59, 136-137, 162-163

Slide 11 - Tekstslide