In deze les zitten 42 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
WELCOME
Slide 1 - Tekstslide
TODAY
After this lesson you will
... know more about (un)countable nouns
... have read text 5
... have repeated grammar in LessonUp
Slide 2 - Tekstslide
PLURAL = MEERVOUD
Countable nouns (telbare zelfstandige naamwoorden) kun je in het enkelvoud en meervoud zetten
Slide 3 - Tekstslide
book
Slide 4 - Open vraag
computer
Slide 5 - Open vraag
student
Slide 6 - Open vraag
Meestal +S
of + (e)s: bus wordt buses/busses
Slide 7 - Tekstslide
lady
Slide 8 - Open vraag
thief
Slide 9 - Open vraag
child
Slide 10 - Open vraag
man
Slide 11 - Open vraag
COUNTABLE NOUNS
Sommige countable nouns hebben eenonregelmatige meervoudsvorm. Die moet je uit je hoofd leren (p.20)
Neem de lijst even door
timer
1:00
Slide 12 - Tekstslide
tooth
Slide 13 - Open vraag
tomato
Slide 14 - Open vraag
basis
Slide 15 - Open vraag
wife
Slide 16 - Open vraag
goose
Slide 17 - Open vraag
COUNTABLE NOUNS
Er zijn ook een paar woorden die in het Engels in enkelvoud en meervoud hetzelfde zijn, terwijl we in het Nederlands wel onderscheid maken tussen enkelvoud en meervoud.
een schaap, twee schapen
one sheep, two sheep
Slide 18 - Tekstslide
COUNTABLE NOUNS
Bestudeer de lijst op pagina 21 en kijk daarna kort of het in de onderstaande zinnen om enkelvoud of meervoud gaat:
- The deer are standing in the meadow.
- Have you seen that series? It has won a lot of awards!
- Several aircraft could be seen in the sky.
Slide 19 - Tekstslide
ASSIGNMENT 1 + 2
timer
10:00
Slide 20 - Tekstslide
HERHALING
futures, much & many
Slide 21 - Tekstslide
I'm not sure but I think we ... a movie tonight.
A
will watch
B
are going to watch
C
are watching
D
watch
Slide 22 - Quizvraag
Are you thirsty? I ... a glass of lemonade.
A
will bring
B
am going to bring
C
am bringing
D
bring
Slide 23 - Quizvraag
Look at those clouds! I think it ... soon!
A
will rain
B
is going to rain
C
is raining
D
rains
Slide 24 - Quizvraag
Hurry! The train ... any minute now!
A
will leave
B
is going to leave
C
is leaving
D
leaves
Slide 25 - Quizvraag
I ... up with my friend around 3pm.
A
will meet
B
am going to meet
C
am meeting
D
meet
Slide 26 - Quizvraag
MUCH/MANY/FEW/LITTLE
Slide 27 - Tekstslide
I have ... friends in London.
A
a lot
B
a lot of
C
much
D
many
Slide 28 - Quizvraag
There isn't ... time left to finish the project.
A
many
B
much
C
a lot of
D
lots of
Slide 29 - Quizvraag
She hasn't read ... books last summer.
A
many
B
much
C
a lot
D
a lot of
Slide 30 - Quizvraag
There are ... people waiting in line for the concert tickets.
A
many
B
a lot
C
a lot of
D
much
Slide 31 - Quizvraag
Do you have ... experience in coding?
A
many
B
a lot of
C
much
D
much experience
Slide 32 - Quizvraag
I have too ________ time to finish reading this book.