Geografische benadering (Vierslag)
Waarnemen: beschrijf wat je ziet zonder te oordelen
Herkennen: ken je dit? Heb je het eerder gezien? Ben je er zelf geweest? Waar heb je deze kennis vandaan?
Verklaren: wat denk je dat hier gebeurt? Hoe zou dit kunnen (zijn) ontstaan? Waar heb je deze kennis vandaan? Wat kun je niet verklaren?
Waarderen: wat vind je ervan? Hoe denk je dat andere mensen dit vinden?