In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
Geneesmiddelenkennis
Themakaart 2 - Week 1
Slide 1 - Tekstslide
Planning van deze themakaart
We beginnen vandaag met:
Therapie(on)trouw
Medicatiebewaking
Verder:
Top 100, deel 2
Zelfzorgstandaarden: eikenprocessierups, hoofdluis, hoofdroos en hoofdpijn
Slide 2 - Tekstslide
Wanneer spreken we van therapietrouw?
Slide 3 - Open vraag
Therapietrouw
Nauwkeurig gebruik van geneesmiddelen op voorschrift van een arts
We noemen het therapieontrouw als iemand zich niet houdt aan dat voorschrift
Ongeveer 30% van de patiënten volgt het medische voorschrift niet of niet goed op
Slide 4 - Tekstslide
Welke gevolgen kunnen er ontstaan door therapieontrouw?
Slide 5 - Open vraag
Therapie ontrouw kan veel verschillende oorzaken hebben. Noem een van die oorzaken.
Slide 6 - Open vraag
Oorzaken therapieontrouw
Therapieontrouw kan te maken hebben met het soort geneesmiddel:
Onhandig tijdstip van innemen
Meerdere soorten geneesmiddelen tegelijk
Langdurig gebruik van een medicijn
Te ingewikkeld doseringsschema
Steeds veranderende naam en/of verpakking
Het optreden van bijwerkingen
Slide 7 - Tekstslide
Oorzaken therapieontrouw
Therapieontrouw kan ook te maken hebben met de gebruiker:
Vergeetachtigheid
Analfabetisme
Slechtziendheid
Moeite met het openen van de verpakking
Onvoldoende kennis over de ziekte en behandeling
Andere/onjuiste verwachtingen van het effect van het geneesmiddel
Ontkenning van een ziekte
Werken in ploegendiensten
Psychische omstandigheden
Kosten van de medicatie
Slide 8 - Tekstslide
Welke vragen zou je als doktersassistente kunnen stellen om de therapietrouw te beoordelen?
Slide 9 - Open vraag
Farmacotherapeutische anamnese
Onderstaande vragen kun je stellen om therapietrouw te beoordelen:
Waarvoor gebruikt u dit medicijn?
Hoe gebruikt u de medicijnen?
Hoe gaat het met het innemen van de medicatie?
Heeft u last van bijwerkingen?
Wat vindt u van de werking van de medicijnen?
Slide 10 - Tekstslide
Motiverend gesprek bij therapieontrouw
Begin met een relatief eenvoudige vraag waar de patiënt het antwoord op zou moeten weten. Creëer een open sfeer: probeer niet veroordelend te zijn, maar uitnodigend en behulpzaam
Stel open vragen om zo problemen en belemmeringen te achterhalen
Bespreek nadelige gevolgen van verkeerd medicijn gebruik
Geef de patiënt de ruimte en de tijd om emoties te laten verwerken
Hou er rekening mee dat therapieontrouw mogelijk het gevolg kan zijn van onvoldoende kennis, dus geef uitleg waar nodig
Slide 11 - Tekstslide
Elke huisartseninformatie systeem heeft medicatiebewaking (HIS). Tijdens de medicatiebewaking wordt er door het HIS gekeken of de voorgeschreven medicijnen wel gebruikt mogen worden door die patiënt. Waarop wordt er dan gelet?
Slide 12 - Open vraag
Medicatiebewaking
Er wordt gelet op:
Aandoeningen die een patiënt heeft (contra-indicaties)
Of een patiënt eerder een ongewenste reactie heeft gehad op het geneesmiddel of op een ander geneesmiddel uit dezelfde geneesmiddelgroep (intoleranties)
Of er tegelijkertijd ook andere medicijnen in gebruik zijn die een wisselwerking hebben met de voorgeschreven medicatie (interactie)
Of de patiënt niet twee verschillende middelen uit dezelfde geneesmiddelgroep gebruikt (dubbelmedicatie)
Slide 13 - Tekstslide
Een mevrouw kan niet tegen amoxicilline. Hoe is dat vast gelegd in het HIS?
A
Als intolerantie
B
Als contra-indicatie
C
Als interactie
D
Als dubbelmedicatie
Slide 14 - Quizvraag
In het HIS lees je dat meneer de Jonge intolerant is voor penicillinen. Welke antibiotica mag meneer niet krijgen?
A
Doxycycline
B
Flucloxacilline
C
Claritromycine
D
Azitromycine
Slide 15 - Quizvraag
Mevrouw Zwart gebruikt al een poosje oxycodon. Nu wordt er ook Fentanyl voorgeschreven. Welke melding geeft het HIS?
A
Intolerantie
B
Interactie
C
Dubbelmedicatie
D
Contra-indicatie
Slide 16 - Quizvraag
Meneer de Wit heeft diabetes. Hij wilt een hoestdrank kopen. Welke melding zou het HIS geven?
A
Interactie
B
Contra-indicatie
C
Dubbelmedicatie
D
Intolerantie
Slide 17 - Quizvraag
Mevrouw Pieters gebruikt clopidogrel. Vanwege de pijn schrijft de dokter haar ibuprofen voor. Welke melding geeft het HIS?