Hoofdstuk 2.1: Beweging vervolg 2023

Welkom bij het mooiste vak op het VC! Biologie!
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Welkom bij het mooiste vak op het VC! Biologie!

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen vandaag?
- Leerdoelen
- Check HW
- 'Het biologische momentje van de dag',
- Check vorige les + korte herhaling
- Uitleg van de stof
- Demo proefje
- Afsluiting (Tijd voor HW)

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen voor deze les:
Na deze les kun je:

  • De bekendste botten uit het lichaam benoemen.
  • De functies van het skelet uitleggen (aan de hand van bepaalde botten)
  • Vorm en functies van botten toelichten.
  • Kun je de onderdelen en functies van de botonderdelen benoemen.
  • Celweefsels van botten herkennen.
  • Uitleggen hoe je kan groeien met behulp van groeischijven.

Slide 3 - Tekstslide

Check HW
Is het iedereen gelukt? 

Nog vragen over het HW?
Vragen over de ELO?

Slide 4 - Tekstslide

Het 'biologische momentje' van de dag... 
  • Hoe behoud je sterke en gezonde botten
  • Beweeg elke dag minimaal een half uur: wandelen, fietsen, hardlopen of een andere sport. 
  • Vitamine D (maakt je oiv de zon).
  • Calcium is ook erg belangrijk. 
  • 'Zware botten' bestaan niet. 
    Skelet gewicht man: tussen  12-15 kg,
    Skelet gewicht vrouw: tussen 9-11 kg.
  • Meest kwetsbare bot is je sleutelbeen. 

Slide 5 - Tekstslide

Check vorige les:
Probeer eens in 5 steekwoorden te noteren waar de les vorige week over ging.

Slide 6 - Open vraag

Check check vorige les! 
D.m.v. 5 vragen

Slide 7 - Tekstslide

1. Wat is levenloos?
A
Drijvende vis, steen, wolken
B
Blikje cola, tractor, lucht
C
Schedel, drijvende vis, overreden egel
D
Blikje cola, libelle, water

Slide 8 - Quizvraag

2. Wat is een torso?
A
Het onderlichaam
B
Het bovenlichaam
C
Het hele lichaam
D
Deel van het lichaam zonder hoofd, armen en benen

Slide 9 - Quizvraag

3. Organismen vertonen 7 levensverschijnselen/levenskenmerken.

Welke van de onderstaande antwoorden is juist?




A
Waarnemen, ademhalen, voortplanten, uitscheiden, groeien, voeden, bewegen.
B
Waarnemen, ademhalen, verplanten, uitscheiden, groeien, voeden, ontwikkelen.
C
Waarnemen, ademhalen, voortplanten, uitgaan, groeien, voeden, ontwikkelen.

Slide 10 - Quizvraag

4. Welk orgaanstelsel zie je hier?
A
Ademhalingstelsel
B
Voortplantingstelsel
C
Verteringstelsel
D
Beenderenstelsel

Slide 11 - Quizvraag

5. Welke celorganellen zitten in een dierlijke cel? Meerdere antwoorden mogelijk!
A
Celkern
B
Celwand
C
Celmembraan
D
Cytoplasma

Slide 12 - Quizvraag

Herhaling stof vorige les. 
  • Grieks: bíos "leven" en lógos "leer") = Leer van het leven. 
  • Organismen - voldoen aan 7 levensverschijnselen (kenmerken). 
  • Levend - Dood - Levenloos (natuur of mens).

  • Torso - orgaanstelsels (+functies) - organen - weefsel - cel - celorganelen
  • Borstholte en buikholte (middenrif)
  • Celmembraan -cytoplasma - celkern

Slide 13 - Tekstslide

Start nieuwe stof
Paragraaf 2.1 

Slide 14 - Tekstslide

Orgaanstelsel: paragraaf 2.1
Het skelet - botten
  • Skelet/Geraamte: Bestaat uit botten/beenderen (+- 206)
     - inwendig (endoskelet).

  • Botten bestaan uit kraakbeen of beenweefsel.

  • Functies: - Stevigheid, - bescherming, - vorm - beweging.
  • Botten bron 2, 3, 4, 5 blz. 34/35 KK!!!


Meisje van Yde

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Vorm en functie: 
  • Zoolgangers: zool


  • Teengangers: tenen


  • Topgangers/hoef-gangers:
      hoeven.
Zie blz. 39 - toepassen!

Slide 17 - Tekstslide

Bouw van het bot: beenweefsel
  • Bestaat uit beenweefsel: bron 6 blz. 36
    - beencellen (groeien in ringen, voor stevigheid): rondom bloedvat. 
    - bloedvaatjes (aanvoer/afvoer stoffen)
    - zenuwen (voor pijn)
    - beenmerg
    (herstelt redelijk snel na een breuk). 

  • Beencellen hebben tussencelstof, dat bevat:
    - Veel kalkzouten – stevigheid
    - Klein beetje lijmstof (collageen) - buigzaam.


Slide 18 - Tekstslide

DEMO
Botje zoutzuur + botje verbrand

Slide 19 - Tekstslide

Bouw van het bot: kraakbeenweefsel
  • Bestaat uit kraakbeenweefsel: bron 8 blz. 36
     - kraakbeencellen (groeien in groepjes).
  • Kraakbeencellen hebben tussencelstof, dat bevat:
     - Veel lijmstof (collageen) - buigzaam
     - heel weinig kalkzouten – stevigheid


  • Bindweefsel (verbinding tussen botten/ schokdemper gewrichten etc.)

  • Geen zenuwen, geen bloedvaten! Herstelt heel langzaam.

Slide 20 - Tekstslide

2 soorten beenderen: 

 - Pijpbeenderen
   (geel beenmerg = vet opslag)
 - Platte beenderen
  (rood beenmerg = aanmaak
   bloedcellen)


Bron 6 blz. 36 KK!

Slide 21 - Tekstslide

Jong vs Oud: 

  • Skelet baby:
    - veel kraakbeen,
    - meer lijmstof dan kalkzouten,
    - fontanellen schedel (tot 1,5 jaar).

  • Verbening = kraakbeen verandert in beencellen (in de groeischijven).


  • Skelet oudere:
    - minder kraakbeen,
    - meer kalkzouten dan lijmstof,
    - schedel vastgegroeid.


Groeischijven:

  • Groei = toename grootte + gewicht van organismen.
Invloeden:
- buitenaf: o.a. voeding, ziekte.
- binnenuit: genetische bepaling. 

  • Lengtegroei: groei uiteinde pijpbeenderen.
  • Uiteinde van kraakbeen = groeischijf. 
Bron 10 blz. 37 KK!


Groeischijf verbeend? Groeien stopt. 

Slide 22 - Tekstslide

Zelf oefenen: 
Biologiepagina.nl - vwo 1 - nectar - bewegen - oefenen

https://biologiepagina.nl/Oefeningen/Bottenskelet/bottenskeletoefenen.htm

Slide 23 - Tekstslide

Terug naar de leerdoelen:
Kun je nu?

  • De bekendste botten uit het lichaam benoemen.
  • De functies van het skelet uitleggen (aan de hand van bepaalde botten)
  • Vorm en functies van botten toelichten.
  • Kun je de onderdelen en functies van de botonderdelen benoemen.
  • Celweefsels van botten herkennen.
  • Uitleggen hoe je kan groeien met behulp van groeischijven.

Slide 24 - Tekstslide