V3 - overige spelling

vwo 3
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

In deze les zitten 34 slides, met tekstslides en 5 videos.

Onderdelen in deze les

vwo 3

Slide 1 - Tekstslide

inhoud 
  • les 1: met of zonder -n (NN, H2)
  • les 2: getallen (NN, H3)
  • les 3: afkortingen (NN, H4)
  • les 4 en 5: leestekens (NN, H5)
  • les 6: extra oefeningen, voorbereiden toets
                                                                                                                              
4 november: toets spelling (NN, H1 t/m 5)

Slide 2 - Tekstslide

werkwijze
1. Vóór elke les bekijk je thuis het instructiefilmpje. De link naar het filmpje vind je in deze LessonUp of in Magister. 
2. Aan het begin van de les controleer je of je de uitleg begrepen hebt. Je maakt daarvoor een korte test. De link naar de test krijg je  van je docent.
3. De uitslag van de tekst bepaalt in welke groep je zit. Het groepsnummer geeft aan of je nog wat extra uitleg van je docent nodig hebt of dat je zelfstandig aan de slag kunt. 
4. Als je tijd over hebt in de les, lees je in je leesboek.
                                                                     Succes! 

Slide 3 - Tekstslide

les 1 - met of zonder -n

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Video

test met of zonder -n
Begin met de test in Socrative: https://socrative.com/#login
Room name: TRAPMAN

Slide 6 - Tekstslide

Opdrachten Nieuw Nederlands (blz. 78 t/m 80)
groep 1: minder dan vijftig procent goed (extra instructie)
groep 2: vijftig t/m zeventig procent goed
groep 3: tachtig of meer goed
opdracht 2, 3 en 4


opdracht 2, 3 (zin 1-10) en 4

opdracht 2, 3 (zin 1-5) en 4 

Slide 7 - Tekstslide

les 2: getallen

Slide 8 - Tekstslide

Les 2

1. Ga verder met de opdrachten met en zonder -n. Klaar? Kom het antwoordenblad halen.

2. Bekijk het filmpje over cijfers en getallen. Zie volgende slide. Gebruik je oortjes.

3. Maak de test in Socrative (room name: TRAPMAN)
4. Maak de opdrachten die horen bij jouw score. Zie deze LessonUp.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

test getallen
3. Maak de test in Socrative (room name: TRAPMAN)

Slide 11 - Tekstslide

opdrachten Nieuw Nederlands (blz. 122 t/m 123)
groep 1: minder dan 50 % vragen goed (extra instructie)

groep 2: 50 tot 70 % vragen goed

groep 3: meer dan 70% goed
opdracht 1, 2 en 3


opdracht 2 en 3


opdracht 2 (zin 1-8), opdracht 3 (zin 1-5)



Slide 12 - Tekstslide

les 3: afkortingen

Slide 13 - Tekstslide

Vandaag
- dagopening
- 10 minuten lezen
- nakijken opdrachten vorige les
- afkortingen
- opdracht
- dicteewoorden
- huiswerk: bekijk het filmpje over trema en apostrof

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

opdrachten Nieuw Nederlands (blz. 166)
iedereen
opdracht 3





Slide 16 - Tekstslide

opdracht 3
1 BSN 
2 cv 
3 d.w.z. 
4 DigiD 
5 etc. 
6 hetero 
7 ivf 
8 jl. 
9 kW
10 CO
2
11 LAKS
12 BuZa
13 NAVO
14 pin
15 PS
16 t.z.t.
17 zzp (of zzp’er)
18 zgn.

Slide 17 - Tekstslide

woorddictee (p. 80)
Je moet de woorden van opdracht 5 (p. 80) foutloos kunnen spellen. (Je hoeft de betekenis van deze woorden weliswaar niet te kennen, maar het is een beetje vreemd om wel te weten hoe je een woord schrijft, maar niet te weten wat het betekent.. Vraag dus de docent!)
Neem vijf minuten de tijd om zo veel mogelijk van deze woorden foutloos te leren spellen.

Slide 18 - Tekstslide

les 4: trema en apostrof

Slide 19 - Tekstslide

les 4: trema en apostrof
- Bekijk het filmpje over trema en apostrof in deze lessonup met oortjes!
- Maak de test in Socrative: room name = TRAPMAN
- Maak opdrachten (zie schema)
- Nieuwsquiz

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Video

Opdrachten (blz. 166-168)
stel vragen aan NTR en maak opdracht 4 

opdracht 4 
 

opdracht 4 (even getallen) 
 

1. minder dan 50 % goed 
 

2. 50 tot 80 % goed 


3. meer dan 80 % goed  

Slide 22 - Tekstslide

Opdracht 4  (blz. 166-168)
10. intuïtie
11. lolly'tje
12. media-aandacht
13. milieu-inspectie
14. nuance
15. puppy's
16. reünie
17. wc'tje
18. WK-wedstrijd
1. A4'tje
2. besproeiing
3. BN'er
4. cowboys
5. euro's
6. functie-inhoud
7. glühwein
8. heien
9. hüttenkäse

Slide 23 - Tekstslide

woorddictee (p. 211-212)
Je moet de woorden van opdracht 6 (p. 211-212) foutloos kunnen spellen. 
(Je hoeft de betekenis van deze woorden weliswaar niet te kennen, maar het is een beetje vreemd om wel te weten hoe je een woord schrijft, maar niet te weten wat het betekent.. Vraag dus de docent!)

Neem vijf minuten de tijd om zo veel mogelijk van deze woorden foutloos te leren spellen.

Slide 24 - Tekstslide

les 5: leestekens

Slide 25 - Tekstslide

programma vandaag

lezen (10 min.)

filmpje leestekens

Socrative test (login: TRAPMAN)

maak opdrachten: zie schema in LessonUp



Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Opdrachten Nieuw Nederlands (blz. 209 - 212)

groep 1
:  minder dan 50 % goed (extra instructie)

groep 2: 50 tot 80 % goed  



groep 3: meer dan 80 % goed


opdracht 2 t/m 5


opdracht 2 (oneven) en 3 t/m 5

opdracht 2 (oneven) en 3 en 5

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Link

Werkwoordspelling
Na enige overpeinzingen heb ik de opruiende documenten maar (deleten).

Het in de Telegraaf vermelde bericht dat de (verplichten) autokeuring (verdwijnen), bleek op geruchten te berusten.

De bewoners van de gebombardeerde stad zochten in hun (verwoesten) huizen naar de laatste resten van hun grotendeels (verbranden) huisraad.

Waarom (antwoorden) je je vriend niet dat zijn gezeur je (vervelen)?

Het (bevreemden) me gisteren dat er maar steeds geen beslissing over de opstelling werd genomen.

Waarom heeft die jongen steeds (ontkennen) dat hij de gestorven varkens meestal zelf (verdelgen)?

Heeft Malika je al verteld dat haar afstudeerdatum is (veranderen), omdat ze haar studie (veranderen) voor een lang bezoek aan de VS?

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Link

Slide 32 - Link

les 6: extra oefenen 
- neem goed door wat de toetsstof is (slide 34)
- kijk bij welk onderdeel je extra oefening nodig hebt
- vraag de docent om de oefening of ga bezig met de filmpjes en opdrachten in de vorige slides (29-32)

Slide 33 - Tekstslide

toetsstof
  • paragraaf 2 (p. 78-81): uitleg alle/allen + opdracht 2 en 3; foutloos spellen woorden van opdracht 5
  • paragraaf 3 (p. 122-125): schrijfwijze van getallen + opdracht 2; tussenletters en koppelteken (aantekening in ELO)  + opdracht 4 en 5
  • paragraaf 4 (p. 165-168): uitleg trema en apostrof + opdracht 4
  • paragraaf 5 (p. 209-212): uitleg leestekens + opdracht 3 en 4, foutloos spellen woorden opdracht 6
  • werkwoordspelling 

Slide 34 - Tekstslide