BOA Hoofdstuk 3.5 tm 3.7

BOA HOOFDSTUK 3.4 - 3.7
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
BOAMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

BOA HOOFDSTUK 3.4 - 3.7

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Log in en laat even weten...
Hoe zit je er bij?

Slide 2 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

QUOTE VAN DE DAG

IN HET LEVEN IS NIETS
DEFINITIEF ZELFS JE ZORGEN
NIET

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Structuur van de les.
  • Herhaling → Nog vragen over de vorige les?
  • Leerdoelen.
  • Nut & belang.
  • Lastige woorden
  • Voorkennis.
  • Vragen.

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Herhaling

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opsporingsambtenaren zijn:
Alle personen met opsporing van het strafbare feit belast.
Dit is:
A
Juist
B
Onjuist

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De buitengewoon opsporingsambtenaar mag opsporen:
A
Alle strafbare feiten
B
De strafbare feiten die in zijn akte zijn benoemd.
C
De strafbare feiten uit het besluit BOA

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wie is geen algemeen opsporingsambtenaar:
A
De Officier van Justitie
B
Aangewezen militairen van de marechaussee
C
Aangewezen ambtenaren van de politie
D
De onderzoeksrechter

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De politie handhaaft vooral op leefbaarheid en veiligheid, de Boa's domein 1 vooral op openbare orde en verkeer.
Dit is:

A
Juist
B
Onjuist

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

LEERDOELEN
1.de begrippen: ambtseed of ambtsbelofte en eed of belofte van zuivering omschrijven en uitleggen.

2. de regels benoemen waaronder de boa zijn functie uitoefent

3. omschrijven hoe samenwerking met de politie wettelijk is geregeld.

4. omschrijven hoe het toezicht op de boa is ingericht.

5. de omstandigheden benoemen voor het intrekken, vervallen en beëindigen van de opsporingsbevoegdheid.


Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Nut &
Belang

Slide 11 - Tekstslide

Helpt de student te begrijpen hoe bepaalde regels werken en hoe ze tot stand komen.
Artikel 142 WvSv basisartikel BOA
 Lid 4 artikel 142: “Bij AMvB nadere regels omtrent……”

Besluit BOA (AMvB op basis van 142 lid 4) daarin:
Verlening akte/ beëindiging bevoegdheid
Beëdiging
Hoofdstuk 5 = instructie aan de BOA (Toezicht op de BOA)


Regeling domeinlijsten BOA (Min.Reg. op basis van 142 lid 2) daarin:Domeinlijsten 1 t/m 6

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

VERVOLG VOORWAARDEN
BEKWAAM
BETROUWBAAR
BEEIDIGD


TOEZICHT
MIN. VAN J&V
TOEZICHTHOUDER
HOOFDOFFICIER V JUSTITIE
DIRECT TOEZICHTHOUDER
REGIONALE KORPS (POLITIE) CHEF

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Beëdiging

Slide 14 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Beëdiging
  • Eed en belofte zijn gelijk/ vrije keuze op basis van geloof
  • Minister van J&V is bevoegd om te beëdigen
  • Mandaat: korpschef, politiechefs, districtchefs en hoofden van landelijke inspectiediensten van diverse ministeries
  • Bij beëdiging afleggen: eed van zuivering + ambtseed
  • Proces-verbaal van de beëdiging = bewijs beëdiging
  • Naar de minister van J&V




Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zou jij de ambtseed of ambtsbelofte doen?
Ambtseed
Ambtsbelofte

Slide 16 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Vb akte van Beëdiging

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ambtseed/belofte

Slide 18 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Ambtseed en eed van zuivering  
  1. Eed van zuivering 
  • Aanstelling op zuivere gronden Ambtseed
   2. Ambtseed
  • Trouw aan Koning en wetten
  • Volbrenging opdrachten
  • Plichtsgetrouw
  • Geheimhouding
  • Zorgvuldig
  • Onkreukbaar
  • Betrouwbaar




Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tekst eed van zuivering
'Ik zweer (verklaar), dat ik middellijk of onmiddellijk, onder welke
vorm of voorwendsel ook, tot het verkrijgen mijner aanstelling aan niemand, wie hij ook zij, iets heb gegeven of beloofd, of zal geven of beloven.
Ik zweer (beloof), dat ik, om iets hoegenaamd in mijn betrekking te doen of te laten, van niemand hoegenaamd, middellijk of
onmiddellijk, enige beloften of geschenken zal aannemen.
Zo waarlijk helpe mij God almachtig (Dat verklaar en beloof ik!)'

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tekst Ambtseed/belofte
‘Ik zweer (beloof) trouw aan de Koning, aan de Grondwet en aan de wetten van ons land. Ik zweer (beloof) dat ik de krachtens de wet uitgevaardigde voorschriften en verordeningen zal nakomen en handhaven, dat ik de aan mij verstrekte opdrachten plichtsgetrouw en nauwgezet zal volbrengen en de zaken, waarvan ik door mijn ambt kennis draag en die mij als geheim zijn toevertrouwd, of waarvan ik het vertrouwelijke karakter moet begrijpen, niet zal openbaren aan anderen dan aan hen, aan wie ik volgens de wet of ambtshalve tot mededeling verplicht ben. Ik zweer (beloof) dat ik mij zal gedragen zoals een goed ambtenaar betaamt, dat ik zorgvuldig,
onkreukbaar en betrouwbaar zal zijn en dat ik niets zal doen dat het aanzien van het ambt zal schaden. Zo waarlijk helpe mij Godalmachtig (dat beloof ik).’

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

HOE GAAT DAT DAN?

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

BESLUIT BOA
H5 is het hoofdstuk met de gedragsregels voor de BOA

de zgn. 10 geboden  

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

OPDRACHT
Zoek in je boek/leerplein de instructie van de BOA (H5) op.
Beschrijf per punt in je eigen woorden wat het betekent 
Werk het uit in een Word bestand
Je krijgt hiervoor 10 min.

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uit de Instructie aan de BOA (H5 BBO)
  • Hij beperkt de opsporingshandelingen waartoe hij bevoegd is (akte) tot zijn functie (beschrijving) in verband waarmee hij beëdigd is.
  • Hij onthoudt zich van elk optreden waartoe hij niet bevoegd is.
  • Op uniform of bedrijfskleding draagt hij duidelijk zichtbaar het insigne (model minister). Dit is n.v.t. voor de BOA bij de politie/Kmar en Belastingdienst/douane.
  • Hij draagt een legitimatiebewijs (model door de minister vastgesteld).
  • Hij legitimeert zich desgevraagd aanstonds.
  • In het PV vermeldt hij standplaats en nummer akte van beëdiging.
  • Hij is verplicht de aanwijzingen van de (direct) toezichthouder op te volgen die zijn gegeven met het oog op een goede samenwerking met de politie.
  • Hij verstrekt de (direct) toezichthouder de gewenste inlichtingen en stelt hen op de hoogte van wijziging van standplaats, functie of werkgever.
  • De BOA woont (plicht) de door de direct toezichthouder aangewezen bijeenkomsten bij, waarin onderricht wordt gegeven in zaken welke verband houden met de uitoefening van opsporingsbevoegdheden.
  • Artikel 10 PW 2012: verplichte samenwerking met politie.

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toezicht op de BOA (Min. v. Justitie en Veiligheid)
Toezichthouder
BOA - lokaal gebied = hoofdofficier van dat arrondissementsparket (11)
BOA - landelijk = hoofdofficier functioneel parket of landelijk parket
Direct toezichthouder
korpschef van de politie NL (of hoofd landelijke inspectiedienst of cdt Kmar)
e.v.t. mandaat aan politiechef regionale of landelijke eenheid
Taak direct toezichthouder is het toezicht houden op:
Het juist uitvoeren van opsporingsbevoegdheden en instructies
Een goede samenwerking met de politie
Zorg werkgever voor opleiding van de BOA
Werkgever heeft een informatieplicht
Verschaffen gewenste info over de BOA’s
E.v.t. jaarverslag
E.V.t Verplicht systeem info BOA’s




Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Klacht over het optreden/bevoegdheden van de BOA
1.Werkgever stuurt een kopie van klacht over toepassing van bevoegdheden aan:
  • de toezichthouder en direct toezichthouder.
  • zij geven een niet- bindend oordeel over het wel/niet gegrond zijn van de klacht
  • Werkgever moet dit oordeel meenemen in de afhandeling
2. Gevolgen BOA
Als de klacht gegrond is volgens de (direct) toezichthouder kan dat gevolgen hebben voor de opsporingsbevoegdheid van de BOA
De minister kan die bevoegdheid in dat geval beëindigen
3.Vervolg voor de klager
Klager kan niet in beroep tegen de afdoening
Klager kan wel klacht doen bij de Nationale Ombudsman



Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wanneer beschikt iemand over de bekwaamheid voor de uitoefening van opsporingsbevoegdheden?
A
Indien hij als buitengewoon opsporingsambtenaar is beëdigd en beschikt over een akte van beediging
B
Indien hij het door de minister van Veiligheid en Justitie goedgekeurd examen met goed gevolg heeft afgelegd
C
Bij zijn aanstelling (akte van aanstelling) als buitengewoon opsporingsambtenaar
D
Indien hij beschikt over een akte van aanstelling en een akte van opsporingsbevoegdheid

Slide 29 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bij wie moet een klacht tegen een een buitengewoon opsporingsambtenaar worden ingediend?
A
Bij de direct toezichthouder van de buitengewoon opsporingsambtenaar
B
Bij de toezichthouder van de buitengewoon opsporingsambtenaar
C
Bij de Korpschef van de Nationale Politie
D
Bij de werkgever van de buitengewoon opsporingsambtenaar

Slide 30 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

I- Een akte van opsporingsbevoegdheid kan worden ingetrokken op aanvraag van de werkgever van de buitengewoon opsporingsambtenaar.
II- Indien de buitengewoon opsporingsambtenaar in burgerkleding zijn taak uitoefent, dient hij een legitimatiebewijs ongevraagd te tonen.
A
I en II zijn juist
B
Alleen I is juist
C
Alleen II is juist
D
I en II zijn niet juist

Slide 31 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Beëindigen bevoegdheid
De minister kan de bevoegdheid van de BOA beëindigen wanneer:
  1. - de werkgever of de BOA dit aanvraagt
  2. - de BOA misbruik maakt van zijn bevoegdheden of aanwijzingen
  3. van het bevoegd gezag, de (direct) toezichthouder, niet nakomt
  4. - of wanneer hij handelt in strijd met het Besluit BOA of de Ambtsinstructie (Artikel 35 Besluit BOA)

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vervallen bevoegdheid
De opsporingsbevoegdheid vervalt als:
  • - de titel vervalt of wijzigt
  • - is vastgesteld dat de BOA niet meer bekwaam of               betrouwbaar is  
  • - het dienstverband beëindigd is of als de noodzaak vervalt
  • - de minister de bevoegdheid heeft beëindigd

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke aanstellingseisen gelden voor een boa?
A
Een geldige titel van opsporingsbevoegdheid, bekwaamheid en beëdiging
B
Een geldige titel van opsporingsbevoegdheid, bekwaamheid, betrouwbaarheid en de juiste diploma’s
C
Een geldige titel van opsporingsbevoegdheid, bekwaamheid en betrouwbaarheid
D
Een geldige titel van opsporingsbevoegdheid, bekwaamheid, betrouwbaarheid en een akte van beëdiging

Slide 34 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Met de zuiveringseed verklaart de BOA:
A
Dat de aanstelling geen gevolg is van een gekregen of nog te krijgen gift of belofte.
B
Dat deze altijd integer en eerlijk zal handelen
C
Dat deze zorgvuldig, onkreukbaar en betrouwbaar is.
D
Dat deze een verklaring omtrent gedrag heeft.

Slide 35 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Een BOA toont zijn legitimatie:
A
Altijd
B
Bij elke staandehouding
C
onmiddellijk, wanneer daarom gevraagd.
D
Enkel als hij niet in uniform is.

Slide 36 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De toezichthouder op de BOA, de hoofdofficier van Justitie, ziet erop toe dat de BOA zijn taak juist uitvoert. dit is:
A
Juist
B
Onjuist

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

VOLGENDE LES
BESCHERMING PERSOONSGEGEVENS (3.7)
LEES HOOFDSTUK 3.7 door en schrijf moeilijke woorden op
LEER HOOFDSTUK 3 tot 3.7
MAAK DE OPEN VRAGEN VAN HOOFDSTUK 3

WOENSDAG 16 OKTOBER  OEFEN TOETS
DONDERDAG 17 OKTOBER TOETS

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

EINDE LES !!!

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies