3.5 Griekse kunst

H3 De Grieken

3.5 Griekse kunst
1 / 38
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 38 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

H3 De Grieken

3.5 Griekse kunst

Slide 1 - Tekstslide

Programma
Vorige les
3.5 Griekse kunst
Lessonup
Video maken
Terugblik

Slide 2 - Tekstslide

Doelen

Aan het eind van deze les ken je:
  • Kenmerken van Griekse tempels.
  • Kenmerken van Griekse beeldhouw en schilderkunst.
  • Analyse maken van Griekse kunst.

Slide 3 - Tekstslide

fronton
Fries
Zuilen

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Kaart

De bewondering voor de Griekse (en later ook de Romeinse) kunst is altijd blijven bestaan en ging soms erg ver. De gevel van het Paleis op de Dam in Amsterdam is bijna een kopie van het Parthenon in Athene.

Slide 6 - Tekstslide

Zuilen
De Grieken ondersteunden de daken van tempels met zuilen
Er waren drie zuilen met drie soorten kapitelen (DIK):
Dorische zuilen
Eenvoudig met rechte lijnen
D
Ionische zuilen
Twee krullen bovenaan
I
Korintische zuilen
Versierd met gekrulde bladeren
K
D
I
K

Slide 7 - Tekstslide

Welke zuil is dit?
A
Dorische zuil
B
Ionische zuil
C
Korinthische zuil

Slide 8 - Quizvraag

Welke zuil is dit?
A
Dorische zuil
B
Ionische zuil
C
Korinthische zuil

Slide 9 - Quizvraag

Welke zuil is dit?
A
Dorische zuil
B
Ionische zuil
C
Korinthische zuil

Slide 10 - Quizvraag

Welk beeld is mooier?

Slide 11 - Tekstslide

Griekse beelden
  • Grieken namen hun beeldhouwkunst over van de Egyptenaren
  • Daarom leken de beelden erg stijf
  • Maar Grieken wilden beelden "echt" laten lijken
  • Een techniek om beelden echt te laten lijken was contrapost
Voorbeeld
Een Egyptisch beeld (links) en een Grieks beeld (rechts)
Voorbeeld
Een discuswerper. Je kan de beweging van de worp zien

Slide 12 - Tekstslide

contrapost
  • Het ene been werd gestrekt weergeven, het andere gebogen

  • Het figuur neemt daarmee een meer natuurlijkere pose aan, waardoor het beeld realistischer lijkt

Slide 13 - Tekstslide

Perfectie
  • De beelden leken op mensen, maar moesten goden voorstellen
  • Daarom moest het lichaam perfect zijn
  • Dus aantrekkelijk, gespierd en fel gekleurd
Voorbeeld

Slide 14 - Tekstslide

Klein en groot schilderwerk
  • Schilders hadden in Griekenland veel aanzien

  • Grieks aardewerk werd ook vaak beschilderd

  • De Grieken tekenden al in perspectief
Griekse vazen waren meestal zwart en oranje/bruin gekleurd

Slide 15 - Tekstslide

Tragedies en komedies
  • De Grieken hielden van toneelspel

  • Zo waren er tragedies, drama toneelstukken

  • En er waren komedies, humoristische toneelstukken

Slide 16 - Tekstslide

Waarin verschilden Griekse beelden van Egyptische beelden?
A
Ze waren groter
B
Ze waren van ander materiaal
C
Er zat meer 'beweging' in de beelden
D
Er werden vooral goden afgebeeld in plaats van gewone mensen

Slide 17 - Quizvraag

Tempels en beelden waren bij de oude Grieken vaak felgekleurd.
A
Goed
B
Fout

Slide 18 - Quizvraag

Programma
Vorige les
3.5 Griekse kunst
Analyse maken
Samenvatten
Terugblik

Slide 19 - Tekstslide

Welke zuil is dit?
A
Dorische zuil
B
Ionische zuil
C
Korinthische zuil

Slide 20 - Quizvraag

Welke zuil is dit?
A
Dorische zuil
B
Ionische zuil
C
Korinthische zuil

Slide 21 - Quizvraag

Welke zuil is dit?
A
Dorische zuil
B
Ionische zuil
C
Korinthische zuil

Slide 22 - Quizvraag

fronton
Fries
Zuilen

Slide 23 - Tekstslide

Eigen beeld kiezen.
  • Ga op zoek naar een typisch Grieks beeld.
  • Beargumenteer/vertel aan de hand van beeldkenmerken dat dit werk typische beeldkenmerken draagt die tekenend zijn voor technieken van de Griekse kunst. Zeg kort de naam van het beeld en wie het gemaakt heeft (als dat bekend is)
  • Dit doe je allemaal in een videomaker (Imovie) Gebruik een screenshot van een afbeelding. Eind van de les inleveren en Verstuur naar: lvijfhuizen@vechtdalcollege.nl
  • Succes!
  • Voorbeeld

Slide 24 - Tekstslide

Eigen beeld kiezen.
  1. Beschrijf wat je op de afbeelding ziet. 
  2. Vind ik het werk mooi? Waarom wel/niet? 
  3. Wat valt op aan het kunstwerk? Zijn er kenmerkende elementen te zien? 
  4. Wat stelt het werk voor?
  5. Wie heeft het gemaakt en wanneer?





Slide 25 - Tekstslide

Aan de slag
  1. Samenvatten paragraaf naar keuze 3.1 t/m 3.5 (samen of alleen)
  2. Samen samenvatten of zelfstandig aan de slag.
  3. Pak de leerdoelen (studiewijzer) bij de hand. Welke ken je al wel en welke nog niet?
  4. Laat je samenvatten checken door een andere leerling of de docent.
  5. Resultaat: Eind van de les heeft iedereen een samenvatting van een blok naar keuze gemaakt.
  6. Klaar? Maak een spel, woordkaartjes, quizlet of een kahoot.



Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Video

Slide 28 - Video

Schrijf twee dingen op die je vandaag geleerd hebt over Griekse Kunst

Slide 29 - Open vraag

Schrijf één ding op die je vandaag nog niet zo goed hebt begrepen over Griekse Kunst

Slide 30 - Open vraag

Ionisch
Dorisch
Korintisch

Slide 31 - Tekstslide

Aan de slag
Lezen leerboek blz. 61 t/m 63.
Maken werkboek 1 t/m 6 (blz. 76 en 77)

Slide 32 - Tekstslide

Programma
Vorige les
3.5 Griekse kunst
Video's bekijken/luisteren
Samenvatten 3.1 t/m 3.5 
Terugblik

Slide 33 - Tekstslide

Eigen beeld kiezen.
  • Ga op zoek naar een typisch Grieks beeld.
  • Beargumenteer/vertel aan de hand van beeldkenmerken dat dit werk typische beeldkenmerken draagt die tekenend zijn voor technieken van de Griekse kunst. Zeg kort de naam van het beeld en wie het gemaakt heeft (als dat bekend is)
  • Dit doe je allemaal in een videomaker (Imovie) Gebruik een screenshot van een afbeelding. Eind van de les inleveren en Verstuur naar: lvijfhuizen@vechtdalcollege.nl
  • Succes!
  • Voorbeeld

Slide 34 - Tekstslide

Eigen beeld kiezen.
  1. Beschrijf wat je op de afbeelding ziet. 
  2. Vind ik het werk mooi? Waarom wel/niet? 
  3. Wat valt op aan het kunstwerk? Zijn er kenmerkende elementen te zien? 
  4. Wat stelt het werk voor?
  5. Wie heeft het gemaakt en wanneer?





Slide 35 - Tekstslide

Aan de slag
  1. Samenvatten paragraaf naar keuze 3.1 t/m 3.5 (samen of alleen)
  2. Samen samenvatten of zelfstandig aan de slag.
  3. Pak de leerdoelen (studiewijzer) bij de hand. Welke ken je al wel en welke nog niet?
  4. Laat je samenvatten checken door een andere leerling of de docent.
  5. Resultaat: Eind van de les heeft iedereen een samenvatting van een blok naar keuze gemaakt.
  6. Klaar? Maak een spel, woordkaartjes, quizlet of een kahoot.



Slide 36 - Tekstslide

Programma
Oefenen/leren proefwerk Grieken
Quizlet
Starten opdracht Romeinen
Terugblik

Slide 37 - Tekstslide

Aan de slag
  1. Samenvatten paragraaf naar keuze 3.1 t/m 3.5 (samen of alleen)
  2. Samen samenvatten of zelfstandig aan de slag.
  3. Pak de leerdoelen (studiewijzer) bij de hand. Welke ken je al wel en welke nog niet?
  4. Laat je samenvatten checken door een andere leerling of de docent.
  5. Resultaat: Eind van de les heeft iedereen een samenvatting van een blok naar keuze gemaakt.
  6. Klaar? Maak een spel, woordkaartjes, quizlet of een kahoot.



Slide 38 - Tekstslide