Talent ontwikkelen ~ deel 1

talentontwikkeling
L’homme passe infiniment l’homme

 pascal
1 / 40
volgende
Slide 1: Tekstslide
LevensbeschouwingBeroepsopleiding

In deze les zitten 40 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

talentontwikkeling
L’homme passe infiniment l’homme

 pascal

Slide 1 - Tekstslide

Wat is
het belangrijkste dat je
leert op school?

Slide 2 - Woordweb

Slide 3 - Video

Passend onderwijs voor ieder kind
School als onderdeel in het proces van menswording. 

School stuurt op leerstrategieën 

 Welke strategieën passend zijn is afhankelijk van de persoon.


Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Link

De School 
naar de leerling: 
de ontwikkeling van de verstandelijke vermogens,  een gezond oordeel, brengt hen in contact met de rijke cultuurgoederen van de voorafgaande generaties, bevordert het gevoel voor de juiste waarden, opent de weg voor de beroepskeuze en werkt vriendschap tussen leerlingen van uiteenlopend karakter en verschillende stand en legt zo de grondslag voor wederzijds begrip

Slide 6 - Tekstslide

de katholieke school
Deze beoogt even goed als de andere scholen de culturele doeleinden en de menselijke vorming van de jeugd. Maar haar eigen kenmerk is, dat ze op de school een sfeer schept, die bezield wordt door de evangelische geest van vrijheid en liefde, dat ze de jonge mensen helpt om bij de ontwikkeling van hun persoonlijkheid groeien tot de nieuwe mens, die zij door het doopsel zijn geworden, (...)  Zo voelt de katholieke school, door zich, gelijk ook haar plicht is, open te stellen voor de moderne vooruitgang, haar leerlingen op om het welzijn van de aardse stad doeltreffend te bevorderen

Slide 7 - Tekstslide

de school
in samenwerking
Bovendien is ze een soort middelpunt, dat tot activiteit en bloei moet gebracht worden door de gezamenlijke inspanning van de gezinnen, het onderwijzend personeel, de verschillende verenigingen met cultureel, maatschappelijk en godsdienstig doel, de burgerlijke samenleving en heel de mensengemeenschap gezamenlijk.

Slide 8 - Tekstslide

Jaren 70: Intelligentie…daarna….
In certain persons ~ At certain Times 
Within certain circumstances

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Wie is de mens
A
Een lijf
B
Een ziel
C
Een biologisch construct
D
Een samenraapsel van ervaringen

Slide 12 - Quizvraag

Methodes: kernvragen
Wat is belangrijk
Wie is de mens
Hoe leven mensen met elkaar samen
Wat is de betekenis van lijden en dood
Wat is tijd
Wat is de natuur

Slide 13 - Tekstslide

Ontwikkeling

1. Wat is de aanleg (nature)

2. Wat is de omgeving (nurture)

3. Ontwikkelingsgerichtheid 
5 kanalen van waarneming en beleving
Loop voor jezelf eens door de lijst van Lotte van Lith (in de portal). 
Welke scoort hoog?
Herken je dat deze geraakt worden in werk- of privésituaties?

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video

Attributiestijl
Oftewel een goede attributiestijl. 

De attributiestijl ontwikkelt in leeftijdsfasen aan de hand van de positionering van de “locus of control”. 
Een baby heeft weinig controle, maar kan met huilen een grote invloed op zijn omgeving uitoefenen.

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Gedrag van de leerling / HB
De gemiddelde persoon 
  • ziet niet wat de HB-er ziet, 
  • kan niet zo snel connecties maken als de HB-er en 
  • is niet zo goed in vooruit denken.

Wat heeft de gemiddelde hoogbegaafde te leren:
Wat kan ik er zelf aan doen?…maar geldt dat niet voor iedere leerling?

Slide 18 - Tekstslide

Oei oei
Naast hoger ontwikkelde intellectuele vaardigheden en speciale talenten hebben HB-ers een eigen manier waarop zij de wereld beschouwen en verwerken wat ze meemaken. Dit kan onderscheiden worden op kwalitatief en kwantitatief niveau. HB-ers ervaren hun omgeving vaak intenser en sensitiever. Hierdoor ervaren zij vaker onbegrip. 

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Trauma
Juist het spiegelen aan anderen en de beleving van anderen is lastig voor een HB-er omdat hij afwijkt van “de normaal”. 
De HB-er is anders en wordt door anderen vaak ook als “anders” gezien. 
De meeste HB-ergs lopen in hun jeugd micro-trauma’s op door sociaal onaangepast gedrag. 


Slide 21 - Tekstslide

Zij voelen zich vaak niet helemaal passend in de samenleving en dat gevoel ondermijnt hun capaciteiten
Dit wordt versterkt door het feit dat onder de HB-ers een bovengemiddelde hoeveelheid hoogsensitieve personen zijn.

Slide 22 - Tekstslide

Birds of a rare feather…
Juist voor HB-er van belang om een correct zelfbeeld te ontwikkelen, met kennis van de eigen begaafdheid en voorwaarden om te kunnen functioneren (vaak HS) én ontwikkelen van intuïtie.

Slide 23 - Tekstslide

Talentontwikkeling
Het is juist voor een leerling van belang voor het ontwikkelingspotentieel om zich
1. Bewust te zijn van mogelijkheden;
2. Bewust te zijn van “van wat zou moeten”;
3. Emotionele band met de mensen met wie zij connectie voelen. (Inter- en intrapersoonlijke ontwikkeling)

Slide 24 - Tekstslide

Persoonlijkheidsontwikkeling
Zelfbeeld en persoonlijkheidsontwikkeling is van belang voor ieder kind. 
(voor iedere HB-er (2%), HSP (25%) en voor iedereen die op basis van kansenongelijkheid een kleinere kans heeft om het potentieel ook te ontwikkelen (etniciteit, sociaal economisch lagere klasse, geslacht en een ander diagnostisch label) .
Daar ontstaan vaak problemen.

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Bewust van eigen mogelijkheden
Wie ben ik?

VIA Test (waar wordt ik gelukkig van)
Covey (hoe richt ik mijn gewoonten en gedrag daarop)

Intuïtie ontwikkelen (hoofd, hart, buik verkennen)

Slide 28 - Tekstslide

Wat zou er moeten 
Wie zijn belangrijk voor mij?
Ouders ~ School ~ Peers

Op welke manier?
Wat vinden zij? 
Sluit dat aan bij wie ik ben?

Slide 29 - Tekstslide

Waar wil ik heen?
Wat hou ik bij me?
Op welke manier?
Wat laat ik los?
~
Aandacht voor theorie van omgaan met Trauma, 
Waarom ben ik hier volgens mijzelf?
Bijv. onderzoek naar Inner voices

Slide 30 - Tekstslide

Waar haal ik het vandaan?
5 x 4 minuten:
Wat zijn voor jou bronnen van zingeving? 
In wisselende tweetallen deel je steeds 1 bron (ieder heeft 2 min voor een toelichting)

Slide 31 - Tekstslide

Uit de bron:
je fijnste verhaal/voorbeeld/
Inspiratie?

Slide 32 - Woordweb

Didactiek: Algemene doelen
  1. Bevrijden van het zelf: eigen situatie beschouwen, subject van eigen geschiedenis;
  2. Bevrijding tot vrijheid, gerechtigheid en solidariteit: geloof in en hoop op de mens en de liefde tussen mensen;
  3. Bevrijding van anderen, met name mensen die het meest te lijden hebben

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Algemene doelen
  1. Het Rijk Gods: de mens, de natuur, de werkelijkheid
  2. In dialoog: het christendom is een minderheid. Complementariteit zoeken in relatie tot het voorgaande
  3. Ideologie kritisch: maatschappelijke belangen en groepen onderscheiden
  4. Vanuit de samenhang zelf ook te streven naar een moderne uitdrukking van de traditie

Slide 35 - Tekstslide

Onderwijsleerproces
1. Specifieke doelstellingen
2. Beginsituatie
Methode onderscheiden naar 
3. concrete stof
4. didactische werkvorm
4. media
5. evaluatie (formatief of summatief?)

Slide 36 - Tekstslide

Specifieke doelstellingen
1. Inhoud: 
complexiteit en precisie en abstractie
2. Gedrag


Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

Specifieke doelstellingen
3. Cognitieve doelstellingen 
- in verband met maatschappij (bijv kennis van Holocaust)
- in verband met eigen persoon (bijv kennis van Covey)
4. Perceptuele vorming (belevingen kunnen verklaren, bijv misbruik in de kerk)
5. Attitudinale vorming (bijv. opvattingen over abortus)

Slide 39 - Tekstslide

Speciale doelstellingen
6. Sociale vorming (visie op hiërarchie of bijv desertie in oorlog)
7. Rituele vorming (bijv rituele gedragingen herkennen of bedenken)
7. Praktische vorming (een actieplan maken ten behoeve van slachtoffers aardbeving, een conflict bespreekbaar maken, een uitvoering geven)

Slide 40 - Tekstslide